De Volkskrant, 23-06-2007, column van Marjolijn Februari |
27 jun.2007 |
Nederlanders zijn niet tegen Europa en ook niet tegen een
grondwet
Tussentitel: Regering geeft het Nederlandse volk een klap in het gezicht
We worden geregeerd door clichés. De clichés die we zelf de wereld in helpen.
Iemand zegt wat, een ander herhaalt het, een derde neemt het over en de vierde
weet niet beter of het is altijd al waar geweest.
Zo is Nederland sinds kort ‘aangeharkt’. Je kunt niet meer
met goed fatsoen over Nederland spreken zonder er een beetje meesmuilend aan toe
te voegen dat het land zo … zo wat?... ja, zo aangeharkt is. Nederland is
aangeharkt. Iedereen weet dat. Maar gelukkig, lees ik steeds, bestaan er clubs
als Natuurmonumenten die her en der nog wat kleine stukjes van Nederland
beschermen. Die stukjes, zo wordt daar onveranderlijk bij gezegd, hebben de
grootte van een ‘postzegel’. Nederland is aangeharkt, behalve godzijdank een
postzegel hier en daar.
Wel, kom maar eens achter de schrijftafel vandaan, loop een
tijdje rond en zie zelf dat de bossen in Nederland erbij liggen alsof er zojuist
een burgeroorlog heeft gewoed. Dat de weilanden door al die natuurbeschermers
onder water worden gezet, dat langgekoesterde landschappen worden teruggegeven
aan de natuur, dat het platteland een woekering wordt van onkruid, dode bomen,
scheefgezakte bossen, drassige velden, onderhoudsarme rommel en rotzooi.
Nederland aangeharkt? Was het maar waar.
En nu is er natuurlijk ook die andere, onomstotelijke
waarheid over Nederland. Dat het Nederlandse volk ‘tegen Europa’ is. Het
Nederlandse volk heet koppig tegen Europa te zijn en wel op basis van volslagen
onkunde, ongeïnformeerdheid en lage onderbuikgevoelens; het Nederlandse volk is
dan ook vooral tegen de Europese vlag. Je kunt geen commentaar opslaan en geen
debat horen inleiden of deze onomstotelijke waarheid komt voorbij. Nederland is
tegen Europa.
Gek genoeg weet iedereen wel dat het niet waar is. Twee dagen
na het referendum van 1 juni 2005 liet het radioprogramma Stand.nl zijn
luisteraars reageren op de stelling ‘Nederland heeft tegen Europa gestemd’. De
stelling werd door 78 procent van de luisteraars verworpen. En later bleek uit
onderzoek van het burgerinitiatief Europadebat dat slechts 5 procent van de
tegenstemmers tegen Europese integratie – ‘tegen Europa’ – is. 5 procent van de
tegenstemmers, dat is nog geen 2 procent van de Nederlandse kiezers. Nederland
is helemaal niet tegen Europa. Nederland is voor Europa.
Maar dat punt kun je dan nog zo ijverig in de debatten
inbrengen, ieder cliché dat tijdelijk van tafel gaat, maakt meteen weer plaats
voor een nieuw cliché. Want ook al is Nederland dan voor Europa, toch hebben de
Nederlandse burgers tegen ratificatie van de Europese grondwet gestemd. En dat
komt dan – hier beginnen de commentatoren steevast schalks te lachen, want ze
denken zonder uitzondering dat ze de eerste zijn om je met deze
duizelingwekkende analyse volledig van je stuk te brengen – dat komt dan doordat
burgers nu eenmaal automatisch nee zeggen zodra je ze een vraag voorlegt.
Dit nieuwe cliché is werkelijk voor iedereen een belediging.
Voor de Europese politici; want als dat nee-zeggen inderdaad een vaststaand
gegeven is, getuigt het wel van ongelooflijke stompzinnigheid om daar vooraf
geen rekening mee te houden. Voor de ter zake deskundige burgers; want hun
bedenkingen tegen de grondwetstekst worden daarmee afgedaan als pure
balorigheid. Voor de burgers in het algemeen, want hun standpunt wordt ermee
weggezet als een standpunt dat niet alleen niet gehoord hoeft te worden, maar
zelfs niet vertegenwoordigd.
U merkt het, vandaag lever ik een weinig constructieve
bijdrage aan het debat over Europa. De beslissingen zijn al genomen en ik kan me
er alleen nog maar over verbazen. Ik verbaas me, bijvoorbeeld, over de bewering
van de Nederlandse regering dat de Nederlandse bevolking bezwaar maakt tegen het
woord ‘grondwet’. Twee jaar lang praat de regering niet met de burgers over
Europa, en dan komt ze met deze conclusie.
Mijn verbazing is vooral zo groot omdat het verzet tegen het
woord ‘grondwet’ helemaal niet komt van de tegenstanders van de grondwetstekst.
Volgens onderzoeken en enquêtes hebben die tegenstanders vooral gevraagd om
democratischer besluitvorming in Europa – en een grondwet zit daarbij niet in de
weg, integendeel. Voor zover ik het kan overzien is ook geen sprake geweest van
bezwaar tegen het woord ‘grondwet’ in de maatschappelijke discussies die door
burgers rond de Europese grondwet zijn georganiseerd. Je zou zelfs kunnen zeggen
dat de Nederlandse burgers net als de Europese politici vóór een Europese
grondwet zijn.
Het verzet tegen het woord grondwet komt in Nederland van de
kant van de voorstemmers. Het komt uit regeringskringen. De term grondwet heeft
te veel aandacht getrokken, en dus slikt de Nederlandse regering het woord
schielijk in. Vervolgens is het een meesterzet om te doen alsof ze daarbij
spreekt namens het Nederlandse volk; althans, dat zou een meesterzet zijn, als
het niet zo opzichtig onwaar was. Het Nederlandse volk vraagt om democratische
besluitvorming, en wat krijgt het? Het krijgt een klap in het gezicht.
Vraag van een journalist aan de minister-president: ‘Is
Frankrijk het met u eens dat het woord grondwet taboe is?’ Minister-president:
‘Ja, absoluut.’ Vraag: ‘Waarom?’ Antwoord: ‘Omdat we toch echt de behoefte
hebben iets anders te presenteren aan de bevolking.’ Dit spoelen we nog even
terug, en daar komt de boodschap van de minister-president nog een keer: ‘Is
Frankrijk het met u eens dat het woord grondwet taboe is?’ ‘Ja, absoluut.’
‘Waarom?’ ‘Omdat we toch echt de behoefte hebben iets anders te presenteren aan
de bevolking.’
Een tijdlang heb ik de discussie over Europa gevolgd en nu is
het definitief tot me doorgedrongen: u en ik, die de bevolking van Nederland
uitmaken, zijn volslagen idioten in de ogen van onze nationale regering.
Naar Alfa-denken, orde, bronnen
,
Filosofie lijst
, of site home
.
|