De Volkskrant, 15-09-2006, door Martin Sommer 18 sep.2006

Interview | Tom Holland

‘De Romeinen worden met de dag actueler’

De Britse schrijver Tom Holland werkte eerder Homerus en Thucydides om tot hoorspelen. Nu heeft hij succes met de avonturen van Caesar en Cicero. 'Ik was zo'n jongetje dat van dinosaurussen overstapt op de Romeinen.'


Engeland en Amerika werden veroverd onder de titel Rubicon, in Brazilië heet het boek Rubicaõ, in Italië Rubicone, in Polen Juliusz Cezar kontra Rzym, in Duitsland Die Würfel sind gefallen. En nu is Nederland aan de beurt om te worden overrompeld door Rubicon, ondertitel Het einde van de Romeinse Republiek. Dat geschiedenisoplages flink kunnen oplopen, weten we sinds Geert Mak. Maar dat de avonturen van die saaie en serieuze Romeinen nu ook in vijftien talen met rode oortjes in bed worden gelezen, daar staat Tom Holland (37) zelf nog steeds van te kijken. Hij ontvangt in zo’n typisch Engels erkerwoninkje, in Brixton, Zuid-Londen. Voorheen een enge buurt, bekend van rassenrellen en ander ongerief. Daarom was een huis met tuin betaalbaar voor een jongeman die tot drie jaar geleden klassieken bewerkte voor de BBC-radio – Homerus, Herodotus, Thucydides.
    Geen oudhistoricus van huis uit, maar een novelist, zoals hij zegt. Boven zijn bureau hangt Julius Caesar, op tafel staat een klein plastic Asterixje. De oorsprong van zijn klassieke belangstelling. ‘Ik was zo’n jongetje dat eerst alles weet van dinosaurussen en dan naadloos overgaat op de Romeinen .’ Op een dag ging hij met zijn vrouw naar Rome, en zocht voor haar een mooie toegankelijke geschiedenis van de Romeinse Republiek, de staatsgreep van Julius Caesar en het begin van de keizertijd. ‘Tot mijn verbazing was er niets. Ja, The Roman Revolution van Ronald Syme, uit 1939. En I, Claudius natuurlijk van Robert Graves, maar dat is fictie. Toen besloot ik het zelf maar te schrijven.’
     Deze novelist heeft een uitstekende pen, dat merk je meteen op de eerste bladzijden, als Julius Caesar in het jaar 49 voor Christus met zijn legioenen voor het riviertje de Rubicon staat, ergens ten noorden van Rome. Caesar aarzelt. Er waren eerder generaals geweest die Rome waren binnengetrokken, in strijd met de wet die bepaalde dat alleen ongewapende mannen zich in de metropool mochten vertonen. Maar die hadden hun wapenrusting altijd weer neergelegd.
    Caesar was iets anders van plan – het oversteken van dat miezerige stroompje was een ‘beslissend moment’ waarmee hij ‘de wereld in een oorlog stortte, tevens bijdroeg aan de vernietiging van eeuwenoude vrijheden van Rome, en indirect mogelijk maakte dat op de puinhopen een monarchie werd gesticht – gebeurtenissen die van cruciaal belang waren voor de geschiedenis van het Westen’.
    Rubicon kwam in Engeland uit in 2003, en Holland denkt dat timing de sleutel van het succes is geweest. ‘Toen ik eraan begon had iedereen het over globalisering. Dat paste al heel mooi bij die Romeinse Republiek, met zijn immense veroveringen, maar ook het onbehagen over verdwijnende grenzen, arrogantie van de macht en angst. Hybris, overmoed, werd door de goden van Rome bestraft, dat leek mij in het licht van de globalisering een mooie invalshoek.
    ‘Ergens in 2001 was ik aangeland bij koning Mithridates van Pontus in Klein-Azië. Die joeg in het jaar 89 v Chr tachtigduizend Romeinen over de kling, bij wijze van economische sabotage tegen het Romeinse Rijk. Hij liet zien dat Rome wel groot en machtig was, maar ook een reus op lemen voeten. Hij durfde wat niemand durfde. Ik zat te piekeren hoe ik dat verhaal in moest passen, toen ik om vijf uur de radio aanzette. En het was in één klap alsof wat ik schreef over 11 september ging. Alles paste, de pax Americana, de hovaardij, het terroristische verzet. En dat bleef zo.
    ‘Tegen het einde van het boek zoekt Octavianus, de latere keizer Augustus, een voorwendsel voor de oorlog tegen Cleopatra. Hij organiseert een raid tegen de tempel van Vesta waar het testament van haar minnaar Antonius ligt. Uit dat testament blijkt dat er allerlei anti-Romeinse toestanden ophanden zijn, en weer op diezelfde dag dat ik daaraan zat te schrijven komt Tony Blair op de proppen met het dossier tegen Saddam Hussein. Jazeker, Rome heeft wel degelijk wat te zeggen over de moderne wereld.’
    Holland noemt zich novelist, maar het is de vraag of hij snel naar zijn stiel zal terugkeren. Echte geschiedenis is zo spannend, daar kan geen fictie tegenop. Betaald in geschiedenisboeken lezen, elke maandagochtend verheugt hij zich weer als hij driehoog in de studeerkamer kan gaan zitten. ‘Exciting! Terwijl ik aan Rubicon werkte, zag ik mijn met de dag boek actueler worden. De Koude Oorlog was eigenlijk een dode periode, een soort van permafrost. En nu eist het verleden zijn plaats weer op. Eerst in de Balkan; neem die grens tussen Kroatië en Servië, dat is de grens tussen katholiek en orthodox – en óok de grens van Diocletianus tussen het Oostromeinse en het Westromeinse Rijk. Daar werd tien jaar geleden om gevochten! Wij zijn opgevoed met de spanning tussen communisme en kapitalisme. Maar de conflicten die we nu kennen, zijn zoveel ouder. Die Romeinen zijn niet zo dood als lange tijd wel leek. De vergelijking tussen Amerika en de Romeinen is niet alleen maar tendentieus. De Founding Fathers haalden zelf hun inspiratie bij de Republiek. En elke staat in Europa – Nederland misschien uitgezonderd – grijpt uiteindelijk terug op het Romeinse recht. Pas na de Tweede Wereldoorlog was die inspiratie afgelopen. Mussolini met zijn mars op Rome was zo’n vreselijk voorbeeld, daar kon je toen niet meer mee aankomen.’
    De Romeinen , vindt hij, hebben ten onrechte een slechte naam. In de inleiding citeert hij John Updike, die sprak ‘van al die benauwende antieke Romeinse waarden’. De Grieken staan veel beter bekend. Filosofie, democratie, maar ook komedies en seks en drugs en rock-’n-roll. Die Romeinen namen zichzelf met hun saaineuzige Romeinse recht zo verschrikkelijk serieus. ‘Ja wat wil je, ze waren verantwoordelijk voor een wereldrijk, voor het lot van miljoenen! Maar wat zich daar in de Senaat en omstreken afspeelde was het tegendeel van saai. Het is je reinste Sopranos.
    ‘Iedereen kent ze nog, Caesar, Pompeius, Cicero, allemaal larger than life, peetvaders die tegen elkaar opbieden in een wrede, dramatische rivaliteit. Hun onderlinge haat had gevolgen voor miljoenen mensen. Al die opeengestapelde macht, die overweldigende rijkdom, en daarbij hun rare gewoonten – het komt je bekend en menselijk voor en tegelijk zijn ze zo vreemd.’
    Hij herinnert zich zijn Latijnse leerboek, met plaatjes van zo’n witmarmeren pater familias. In combinatie met gerundium en gerundivum was daar geen kraak of smaak aan. ‘Maar toen kwamen de liefdesgedichtjes van Catullus, en bleken ze alles behalve morsdood. Vooral niet toen Catullus ook nog de minnaar was van Clodia, een echte society bitch. Tegen haar gaat Cicero tekeer in zijn rede Pro Caelio, tegen de seksuele mores ook, dat is opwindend sociaal drama.’
    We hebben de brieven van Cicero, de redevoeringen, de gedichten, al met al veel materiaal waaraan je de morele codes van een samenleving kunt aflezen. Een aantrekkelijke samenleving kun je het niet noemen, vindt Holland. Alles draait bij deze heren om de eer. Wie de eer aantast, is een legitiem doelwit. Wie zich onderdanig toont, betaalt. En wie zich verzet, wordt vernietigd. ‘Je kunt er veel voordeel van hebben, maar als je aan de verkeerde kant staat is het de vreselijkste samenleving die je je kunt voorstellen.
    ‘Mijn favoriet was niet Caesar. Caesar is een psychopaat. Geef mij maar Cicero. We weten veel van hem, hij is zo menselijk, zo ijdel en onzeker tegelijk. Wat zullen ze over duizend jaar van me denken, schrijft hij in een brief aan Atticus. Wat een ijdeltuit, denk je dan, maar kijk, het is tweeduizend jaar later en we hebben het nog steeds over hem.’
    Hoe Engels is de belangstelling voor de oudheid? In de boekwinkels doet ook het conservatieve parlementslid Boris Johnson goede zaken met zijn De droom van het Romeinse Rijk (Mets & Schilt, november), en de BBC-serie Rome is een mooi succes. ‘Sinds de Renaissance hoorden de klassieken bij de upper class-opvoeding, bij wijze van moreel voorbeeld en waarschuwing. Dat is sinds veertig of vijftig jaar helemaal weg. Boris Johnson vindt dat iedere leerling zijn Vergilius moet kennen, als een soort gezamenlijke cultuurbasis, en daar heeft hij gelijk in. En ja, er is die BBC-serie, maar die blinkt toch vooral uit in steamy sex. Alsof de Romeinen het de hele dag onafgebroken deden, zonder ons christelijke schuldgevoel. Maar ze hadden juist heel veel schuldgevoel, alleen anders dan het onze.
    ‘Bij ons draagt veel seks bij aan je mannelijkheid, je machismo. Dat was bij de Romeinen precies andersom, van teveel seks werd je slap en verwijfd. Caesar, die er wel pap van lustte, stond bekend als de queen of Rome. Er heerste bij mannen ook een panische angst voor de passieve rol, dan zouden ze maar op vrouwen lijken.’
   Hij rent naar boven, om het beroemde The Decline and Fall of the Roman Empire van de door hem bewonderde Edward Gibbon te halen. Momenteel is hij gebiologeerd door de ondergang van dat rijk, en ook daar liggen fraaie parallellen voor het opscheppen. Op de laatste bladzij van Gibbon staat ‘the greatest, perhaps, and most awful scene in the history of mankind.’ Holland leest het met instemming voor. De ineenstorting van dat rijk is zo totaal geweest, dat uiteindelijk alleen de christelijke kerk als erfenis is overgebleven.
    ‘De Europese geschiedenis kent eigenlijk maar één grote cesuur, en dat is het eind van het Romeinse rijk. En het bijzondere van Europa is dat er op de puinhopen van Rome iets nieuws gekomen is. Europa is de uitzondering, de afwijking van het algemeen menselijk patroon. Het dominante beschavingsmodel is heel oud, al sinds tweeduizend voor Christus is dat een heerser, een hof en een aristocratie. Dat geldt voor Rome, maar ook voor het Midden-Oosten, voor Alexander, en ook voor het kalifaat en voor Byzantium.
    Maar in het Latijnse christendom werkt dat model niet. Karel de Grote probeerde het, en daarna de pausen. Tevergeefs. In Byzantium en ook de islam is het totalitaire karakter van de macht dat van een god die de wereld regeert, in de vorm van een keizer of een kalief. Die aanname dat de autocratie de natuurlijke orde is, kan geen westerse koning waarmaken. Die heeft de macht op een of andere manier altijd moeten delen.
    ‘Dan kom je onvermijdelijk op de vraag naar de morele equivalentie van islam en christendom. Ik geloof daar niet in. De islam is een geloofssysteem dat is bedacht voor veroveringen, en geschikt is voor het bestuur. Het christendom is daar helemaal niet op gebouwd. Jezus werd door Satan gepaaid met alle koninkrijken der aarde, maar hij wilde er niks van weten. Vanwege dat resultaat ben ik blij dat het Romeinse Rijk inderdaad ten onder is gegaan. Wie weet in welke wereld we anders zouden hebben geleefd.’


Tom Holland: Rubicon - Het einde van de Romeinse republiek; vertaald uit het Engels door Boukje Verheij. Athenaeum – Polak & Van Gennep; prijs: € 19,95; 240 pagina's; isbn: 90 253 20511


Naar Westerse organisatie, uniekheid , Sociologie overzicht , of site home .
 

[an error occurred while processing this directive]