Denkmethodes
Er is een vrij algemeen vooroordeel, hoogst dominant bij intellectuelen, dat de
enige manier om aan ware uitspraken te komen, loopt via de methodes van de
logica: om tot een ware uitspraak te komen, moet je hem afleiden van andere ware
uitspraken - een idee genaamd Aristoteliaanse logica
.
Het idee heeft een zeer zichtbare tekortkoming in het feit dat je op één of
andere manier toch aan je eerste waarheden moet komen. Daarvoor neemt men dan
vaak de toevlucht tot idealen of ideologieën, hetgeen fout op misverstand
stapelt - insult upon injury. Deze en andere denkfouten zijn verzameld
hier
.
De goede weg naar de "primaire" waarheden loopt, zoals bekend
bij verstandige mensen, via de wetenschappelijke methode
. Maar heel weinig mensen kunnen dit direct toepassen, en dus is men meestal
aangewezen op wat anderen aan informatie aanreiken. Dat probleem is behandeld
hier
.
Is er redelijk betrouwbare informatie voor handen, kan
daarmee verder gewerkt worden volgens meer en betere methodes dan die van de
Aristoteliaanse logica - een aantal is verzameld hieronder. Alles tezamen kan je
dat zien als "gezond verstand", in de zin van de uitdrukking:
"Natuurkunde/wetenschap is niets ander dan georganiseerd gezond verstand".
Daarbij zal opvallen dat veel van deze methoden naar elkaar verwijzen - een
teken van die gezamenlijk achtergrond.
Het gebruik en de ontwikkeling van deze denkmethodes is het meest
vruchtbaar in samenwerking met die van de algemene semantiek
,
de leer van de betekenis van woorden en taal, en met name het bijbehorende
trainingsprogramma
,
en die ook gebruikt is voor het ontwikkelen van het al genoemde informatiefilter
.
De algemene semantiek is op haar beurt weer gebaseerd op de wetenschappelijke
methode
-
de onderstaande lijst lijkt erop te wijzen dat alle goede denkmethodes
zijn gebaseerd op de intuïtie of de wetenschappelijke methode.
Adaequatio
Als principe zegt dit dat als de ene zaak de andere zaak beïnvloedt, de zaak die
beïnvloed wordt iets moet inhouden van het beïnvloedende. Een voorbeeld is
drugs: het principe zei dat hun werking op de hersenen erop wijst dat in de
hersenen soortgelijke stoffen werkzaam zijn - hetgeen later dan ook zo bleek te
zijn. De meeste drugs, stoffen als heroïne, cocaïne, zijn familieleden van
stoffen in de context van hersenen bekend als endorfinen.
In deze vorm stamt de term van E. F. Schumacher, uit A
Guide for the Perplexed
.
Afstrepen
Sherlock Holmes is de literaire drager van meerdere nieuwe denkmethodes, en hier
gaat het om de volgende: als alle andere alternatieven zijn weggestreept wegens
onmogelijkheid, is hetgeen dat overblijft, hoe onwaarschijnlijk ook, de waarheid
- een paar voorbeelden hier
.
Analyse
Als denkmethode is "analyse" het ontleden van een zichzelf als geheel voordoend
proces in zijn onderdelen of deelprocessen. Vaak wordt in plaats van "proces" de
term "probleem" gebruikt als aanleiding voor een analyse, maar "probleem" is
gewoon een proces met een ongewenste uitkomst.
Waarop de vraag gesteld kan worden wat dan wel een "proces"
is, welke vraag een analyse is van het proces van "aanduiding" - oftewel: "Wat
wordt er aangeduid met de term 'proces' ". Het antwoord wordt gegeven door de op
deze website gegeven analyse van het proces van "aanduiding", hetende de
"algemene semantiek"
.
Het antwoord op de vraag naar wat aangeduid wordt met de term "proces" luidt:
een gebeurtenis in de werkelijkheid. Welk laatste antwoord in de algemene
semantiek de naam heeft van een "extensionele definitie" - staande tegenover
"intensionele definities", die termen uitleggen aan de hand van andere termen
.
Een analyse die alleen gebruikt maakt van intensionele definities en termen, en
nooit een extensionele definitie gebruikt, heeft geen relatie met de
werkelijkheid. Hiervan zijn in de algemene semantiek diverse beschrijvingen
bekend, één zijnde "chasing each other verbal circles"
-
een ander geval is dat van "circulaire definities", bijvoorbeeld bekend van de
aforismen-schrijver Ambroce Bierce in The Devils Dictionary
(Wikipedia):
Het ontleden in factoren of deelprocessen is dus deel van
het proces van analyse. Vaak wordt daaronder ook verstaan het bepalen van het
relatieve belang van de gevonden deelprocessen, de prioritering. In het geval
van een "probleem" ook nog de, indien mogelijk, aanpassing van één van de
factoren ten einde tot een meer gewenste uitkomst van het proces te komen.
Om tot een inschatting van de mate van gewenstheid van de
nieuwe uitkomst van het proces na eerst het uit elkaar uit elkaar halen en dan
de aanpassing van één van de deelprocessen, moet er van de deelprocessen eerst
weer een geheel worden gemaakt. Dat heet "synthese". De "synthese" wordt meestal
losgezien van de "analyse", maar als de analyse bedoeld is als oplossing van een
"probleem", maakt de synthese er een onlosmakelijk deel van uit.
De voorgaande beschrijving van het proces van "analyse" is
redelijk bekend. Toch is het overduidelijk dat er een probleem mee is, want als
analyse op bovenstaande wijze zou werken en gebruikt werd, zouden er geen
problemen zijn - die werden dan opgelost. De onvermijdelijke conclusie luidt dat
analyse niet als bovenstaand werkt of niet als zodanig gebruikt wordt, of beide.
Het "niet als zodanig gebruikt worden" zit al in de term
"wenselijk". Als de analyse van het proces van immigratie zou luiden dat dit een
negatieve effecten heeft, in termen van koste bijvoorbeeld, zal dit resultaat
door de ene mens gezien worden als wenselijk en de ander als onwenselijk -
bijvoorbeeld omdat de een zelf immigrant is of ermee sympathiseert, en de ander
niet. En wie immigratie wenselijk vindt en de uitkomst van een analyse ervan
voorziet als gevende dat het kosten met zich meebrengt, zal de analyse zelf
onwenselijk vinden, en, indien hij de baas is, zal die analyse niet worden
uitgevoerd. Een situatie die zich in de praktijk heeft voorgedaan.
Het "niet als zodanig werken" van "analyse" is eigenlijk al
gedemonstreerd, en zit om te beginnen in de term "deelproces": op wat aangeduid
wordt als "deelproces" van het "proces" is hetzelfde van toepassing als op
"proces". Enzovoort. En we zitten dus met een in principe oneindige reeks
processen en analyses - geïllustreerd is dit bekend als het Droste-effect
. Er
zal dus ooit een keuze gemaakt moeten worden, welke factoren en deelprocessen al
dan niet mee te nemen in de analyse. Dit is geen onoverkomelijk probleem, want
ook de natuurkunde, de meest succesvolle wetenschap, heeft met deze situatie te
maken, en heeft daarvoor succesvolle oplossingen gevonden - één waarvan bekend
is als "successive approximation". Bij successive approximation
kijk je of de verandering van deelfactor één iets oplevert dat overeenkomt met
de werkelijkheid, dan deelfactor twee van deelfactor één, enzovoort. Bij de
natuurkunde blijkt op deze manier al snel die factoren te vinden die nog van
belang zijn, "van belang zijn" dan bepaald door hoe nauwkeurig je iets over de
werkelijkheid kan zeggen. In het geval van het Droste-blikje wordt dat bepaald
door hoeveelheid blikjes je kan zien, want op een gegeven moment worden de
blikjes zo klein dat je niet meer kan zien dat er op het blikje nóg een (nog
kleiner) blikje staat.
Bij "analyse" in het algemeen is waar je ophoudt met
analyseren een moeilijk te definiëren zaak. Desondanks vindt het proces van
analyse veelvuldig plaats, want een groot deel van de hogere functionaliteit van
de hersenen valt onder de term "analyse". Kennelijk hebben de hersenen een
ingebouwd proces dat deze inschatting van de van belang zijnde factoren
meeneemt. Dat geheel vindt voor het overgrote deel plaats buiten het bewustzijn
van de mens. De resultaten zijn alleen zichtbaar in de beslissingen die hij
neemt
.
De uitkomsten van de processen die redelijk nauwkeurig bovenstaande methode van
aanpak volgen, en die zich afspelen in het onbewuste, zijn voor het bewuste
bekend als "intuïtie"
, "gezond
verstand"
,
redelijkheid, ratio, enzovoort. De verstoringen ervan, zoals het bovenste
"gewenstheid", spelen zich voornamelijk af op het vlak van een ander en ouder
proces in de hersenen, dat het proces van analyse minder succesvol uitvoert, in
de emotionele hersenen
.
De circulariteit in het proces van zoals uitgebeeld in de
vorm van het Droste-blikje, kan ook tot problemen leiden, bijvoorbeeld in het
geval van het blikje als de afbeelding van het blikje óp het blikje niet kleiner
is dan het blikje maar even groot of groter. Nu nis onmiddellijk duidelijk dat
dat niet kan, in de werkelijkheid, maar in het denken, de verbeelding, kan dat
wel. Wat dat natuurlijk onmiddellijk tot denkproblemen leidt. Al aangeduid is
het probleem van circulair gaan analyseren. En er zijn nog veel meer van dit
soort zaken waarop het mis kan gaan met de analyse - en dus het denken.
Het voorbeeld van het Droste-blikje, en wat er hier al eerder
geschreven is, laat onmiddellijk zien dat er maar één betrouwbare methode is om
dit soort denkproblemen te voorkomen: regelmatig refereren aan de werkelijkheid.
En de praktijk laat zien dat er wat dat betreft een hoogst betrouwbare regel
opgesteld kan worden: Waar fout gedacht (geanalyseerd) wordt, wordt niet
gerefereerd aan de werkelijkheid, én, waar niet gerefereerd wordt aan de
werkelijkheid, wordt fout gedacht.
Met welke regel in de hand onmiddellijk gerefereerd kan
worden aan zaken als religie
,
ideologie
,
politieke-correctheid
enzovoort, waar niet gerefereerd wordt aan de werkelijkheid, of zelfs de
werkelijkheid wordt ten achter gesteld aan het idee, en het ook onmiddellijk
fout gaat met het denken: religie en ideologie leiden tot oorlog (zie de
verzamelde nieuwsuitzendingen), en politieke-correctheid leidt tot racisme
.
Causaliteit
Causaliteit
is een samenvatting van het idee dat het ene ding het gevolg is van een ander -
het bedenken of bewust worden ervan is vermoedelijk een van de belangrijkste
stappen op weg naar hetgeen we het "menselijke denken" noemen. De allereerste
pogingen waren begrijpelijkerwijs onbeholpen - vermoedelijk zijn de
grottenschilderingen van "hert/bizon/paard en pijl" een teken ervan. Een
vermoedelijk wat latere versie is de ontwikkeling van religie (als de mens delen
van de natuur kan beïnvloeden, door een hert/bizon/paard te doden, kan de rest
wel eens verklaard worden door supermensen: goden).
Causaliteit heeft een groot probleem, namelijk de
mogelijkheid van verwarring met correlatie - dat is het algemene verschijnsel
dat twee dingen tegelijk gebeuren. De verwarring leidt tot redenaties als: 's
morgen gaan de bloemetjes open, en 's morgens wordt het warm, dus de warmte komt
uit de bloemetjes. De wetenschap der sociologie en aanverwante vakken als
economie zitten vol met dit soort misverstanden
.
Complexiteit
De
natuur vertoont op heel veel plakken en manieren gedrag en patronen die zeer
complex lijken, en daarmee denkt men, dus onverklaarbaar. Dat laatste blijkt
heel vaak niet waar. Het ingewikkelde gedrag van gedrag van scholen vis en
zwermen vogels blijkt het resultaat van een klein, twee, drie vier, aantal zeer
simpele regels. De voor het oog complexe organisatie van mierenkolonies is,
vanwege de simpelheid van de hersenen van de betrokken organismen, ongetwijfeld
ook zeer simpel. De oneindige complexiteit van zogenaamde fractale figuren is
geconstrueerd met één of twee wiskundige vergelijkingen. De oneindige variatie
is sneeuwvlokken komt tot stand onder invloed van de simpele regels hoe
watermoleculen aan elkaar vastkleven bij het bevriezen. De grote variatie zoals
zichtbaar in de afbeelding ontstaat door de keuze uit een beperkt aantal
mogelijkheden, gecombineerd met het proces van toeval: soms valt het dubbeltje
met de ene kant boven, en soms met de andere- in geval van de sneeuwvlokken:
soms sorteren de watermoleculen de ene kant op, en soms de andere.
De pijl van de ontwikkeling van de natuurkunde is dat de
zichtbare complexiteit van de wereld steeds verder gereduceerd wordt tot
eenvoudige regels in combinatie met toeval - waarop dan weer nieuwe complexe
structuren worden ontdekt. Het is nauwelijks voorstelbaar dat het in andere
wetenschappen anders werkt. Verdere uitwerking van dit idee hier
.
Continuïteit
Voluit: "de continuïteit der dingen". Bekend in de vorm van het aforisme van
Goethe: "Je hoeft niet in China geweest te zijn om te weten dat de lucht daar
ook blauw is."
Goethe was niet alleen schrijver, maar hij had ook grote
belangstelling voor de wetenschap. Hij had ideeën over hoe de blauwe kleur van
de lucht tot stand komt, en dat dat iets met de aard van lucht zelf te maken
had. Vanaf dat punt kan je de (onbewuste) gedachtegang zelf invullen: Omdat
lucht vrijelijk kan bewegen, kan je er rustig vanuit gaan dat de lucht in China
niet veel anders is dan die in Duitsland. Dus is de kans groot dat de
lucht daar ook blauw is.
Dit voorbeeld laat onder andere zien dat ook deze methode
niet altijd werkt (het is niet per se hetzelfde soort blauw), en dat je er ook
je verstand (goede waarneming en andere regels) bij moet gebruiken. Dat is met
name het geval indien de methode wordt toegepast op mensen: uit het feit dat
iemand in zijn algemene opvattingen "rechts" is, kan een veronderstelling worden
gemaakt omtrent zijn opvattingen op een specifiek terrein - maar die
veronderstelling heeft een dusdanige mogelijke foutkans, dat controle ervan
altijd gewenst blijft. Voorbeelden: als iemand voor oorlog is, zeg in Irak, is
er ook een goede kans dat hij tegen alle belasting is
.
Of als iemand criminaliteit niet zo erg vindt, is hij vrijwel altijd ook voor
allochtone immigratie en het bevorderen van de islam
.
De toepassing van continuïteit op personen lijkt een conflict
op te leveren met de denkfout van "Ad hominem" - of indien in het positieve
gebruikt: die van "Ad professorandum". Dit is helaas een kenmerk van alle
denken: er zijn geen zwart-wit-regels, dus ook niet omtrent wat wel werkt en wat
niet. Het gaat hier, indien gesteld als regel, om de meest gebruikelijke
situaties - afwijkingen zijn altijd mogelijk.
Correlatie
Zie Causaliteit
.
Creativiteit
Creativiteit in de denksfeer is niet zozeer een denkproces of -methode, maar de
uitkomst ervan: de oplossing ligt buiten het direct verwachte terrein.
Creativiteit kan men dus niet beoefenen - men kan het wel bevorderen, door
hantering van de hier genoemde denkmethodes, en door het vermijden van andere
methodes die de voortgang van het denkproces hinderen, verzameld in
Denkfouten
.
Disqualifiers
Het Engelstalige werkwoord "to disqualify" is vrijwel letterlijk
hetzelfde als het Nederlandse "diskwalificeren", beide staande voor "niet meer
in aanmerking komende om mee te doen", bijvoorbeeld in de atletiek als een
sprinter die twee valse starts pleegt die niet meer mee mag doen - die wordt
gediskwalificeerd. Het Engels kent hiervan ook het zelfstandig naamwoord "disqualifier",
dat staat voor een score op een factor die ertoe leidt dat de betreffende
persoon of zaak niet meer in aanmerking komt om mee te doen. Daarvoor is (nog)
geen Nederlandse equivalent.
Het gebruik van het begrip "disqualifier" is ook een
denkmethode. De eerste aanpak van een algemeen probleem is de analyse
-
het bepalen van de factoren die een rol spelen in het probleem of proces, en het
relatieve belang van die factoren. Die analyse kan een ingewikkelde zaak zijn.
Die analyse hoeft niet meer voortgezet te worden, op het moment dat een "disqualifier"
wordt gevonden. Oftewel: het hanteren van het begrip "disqualifier" kan
het proces van de analyse, en de probleemoplossing, sterk bekorten.
De uitwerking van het begrip disqualifier laat zien dat
het een toepassing van de methode van "de continuïteit der dingen"
.
Eenvoud
De term "eenvoud" is een samenvatting van verschillende versies van de
"wijsheid" dat simpele oplossingen zeer te prefereren zijn, zoals het
Nederlandse "Eenvoud is het kenmerk van het ware", en in de techniek en met name
de ICT middels het Amerikaanse acroniem "KISS": "Keep it simple,
stupid". ook uit het Engelse taalgebied stamt het begrip van Occam's
razor
:
zijn voor een probleem meerdere oplossingen mogelijk en er is geen voor de
hand liggend criterium kies dan de meest simpele.
Er bestaan natuurlijk wel ingewikkelde systemen die goed
werken, maar het sterke vermoeden is dat dit alleen kan als die ingewikkelde
systemen bestaan uit meerdere op zich simpele ondersystemen. Een systeem bestaan
uit ingewikkelde ondersystemen is misschien ook wel mogelijk, maar alleen als
die ondersystemen op een simpel manier aan elkaar verbonden zijn en met elkaar
communiceren - hier ligt een optreden van de regels zoals geformuleerd in
Organisatie, sterke interactie
.
Evolutionair denken
In zijn meest algemene betekenis wordt hier gedoeld op denken in geleidelijke
oplossingen
- als iets plotseling of spontaan lijkt te gebeuren, is het bij bekijken in
(veel) meer detail vaak zo dat er toch een continue reeks van tussenfasen in de
richting van de plotselinge lijkende gebeurtenis. Meer specifiek slaat de
denkmethodiek erop dat vele niet-biologische maar toch menselijke processen,
bijvoorbeeld in de psychologie en sociologie, ook met een evolutionaire aanpak à
la biologische evolutie verklaard kunnen worden. Zie ook Site-introductie,
basis
.
Extremen
Om de effecten van een factor op een of andere eigenschap te bepalen, is een
schatting te maken door te kijken naar de extremen: maak de factor nul, en schat
het effect, en maak hem oneindig of heel groot, en schat de gevolgen. Trek in
gedachten een lijn tussen deze twee punten om de tussenliggende situatie in te
schatten. Merk op: dit geeft meestal (zeer) benaderende resultaten, maar werkt
soms verrassend goed, en de gesignaleerde trend is redelijk betrouwbaar. Vooral
ook van toepassing in de psychologie, waarin vele psychologische trekjes het
best bestudeerbaar zijn in hun extremen, daar waar ze een echte afwijking zijn.
Het is waarschijnlijk zo dat het onbewuste denken een
intensief gebruik maakt van dit proces, wat de wiskundigen "interpolatie"
noemen.
Een voorbeeld (de Volkskrant, 30-07-2012, door Anna
van den Breemer):
Een door een grote groep experts als zeer plausibel geziene uitspraak. Zonder
dat men daarvoor enig bewijs kan overleggen. Wil je hem snel afschatten, pak dan
het extreem, levenslang opsluiten, en het andere extreem: helemaal niets doen.
Dan is onmiddellijk duidelijk dat helemaal niets doen stukken absurder is dan
levenslang opsluiten - kijk maar naar de praktijk
. Of in een alternatieve vorm: kijk naar de spiegelbeeldige
uitspraak
:
Waarvan je meteen ziet dat dit redelijk absurd is - dus is de eerste
uitspraak dat waarschijnlijk ook.
Het gebruik van extremen heeft ook een valkuil,
namelijk het verval naar het extreem. Als het (onbewuste) oordeel is dat de
werkelijke uitkomst (redelijk) dicht bij het extreem komt, dat het denken de
werkelijkheid dan gelijkstelt met het extreem. Deze valkuil heet
zwart-witdenken, en is één van de bekendste denkfouten
.
Meer voorbeelden van het gebruik van "extremen" hier
.
Faseovergang
Een begrip komende uit de natuurkunde en extreem belangrijk overal elders in de
wetenschap en het denken is dat van de faseovergang. Het standaardvoorbeeld is
dat van het bevriezen van water of het omgekeerde: het smelten van ijs. Voor
natuurkundigen is het essentiële verschil dat in water de watermoleculen vrij
door elkaar kunnen bewegen, en in ijs niet - in ijs zijn ze netjes aan hun
plaats gebonden. Voor het gewone dagelijkse gebruik is het meest zichtbare
essentiële verschil dat je op ijs kunt lopen, en op water niet - de verbinding
met de natuurkundige versie zijnde dat als je met je gewicht op water gaat
staan, de moleculen opzij kunnen bewegen, en de moleculen in ijs niet.
Het feit dat in ijs de moleculen plotseling, want bij nul
graden Celsius, en niet vlak daarboven bij 1 graad Celsius, naast elkaar blijven
zitten is de feitelijke faseovergang. Die valt op omdat je de temperatuur, vanaf
zeg 20 graden, langzaam naar beneden kunt laten gaan en er voortdurend weinig
tot niets lijkt te gebeuren, en plotseling, als bij toverslag, bevriest het
water in bijna één enkele klap. Dat is de reden achter de term "faseovergang",
waarvan er in de natuurkunde talloze voorbeelden en vele variaties bestaan. een
ander is het ontstaan van (permanent) magnetisme in stoffen als ijzer.
Andersoortige faseovergangen kunnen een variabele mate van geleidelijkheid
hebben - de geleidelijk faseovergang van boter of margarine komt omdat het een
mengsel is van verschillende stoffen.
Het essentiële aspect dat ook van belang is voor andere
wetenschapapen, is dat van de verandering van wat natuurkundigen
"vrijheidsgraden" noemen, te vertalen als: "meetbare en geleidelijk verlopende
aspecten" - links-rechts, voor-achter en onder-boven zijn de drie "ruimtelijke
vrijheidsgraden", temperatuur is een ander. Bij het bevriezen verliezen de
watermoleculen hun ruimtelijke vrijheidsgraden.
Maar op ijs kan je lopen, en dat erop kunnen lopen gaat samen
met andere nieuwe eigenschappen, zoals bijvoorbeeld de rekbaarheid of
indrukbaarheid van ijs - iets dat ijs gemeen heeft met alle vaste stoffen: ijzer
is redelijk rekbaar, goud en zilver veel meer. Enzovoort. De rekbaarheid is dus
een eigenschap of vrijheidsgraad die het water erbij krijgt, door ijs te worden.
De verandering in meetbare eigenschappen als gevolg van faseovergangen is iets
dat in alle wetenschappelijke beschrijvingen voorkomt. Wie zich niet bewust is
van dit feit, maakt op een gegeven moment ernstige denkfouten, zoals deze (de Volkskrant, 10-04-2014, door Henk Müller, opinieredacteur van de
Volkskrant. Herman de Regt is associate professor wetenschapsfilosofie aan
Tilburg University):
Het proces van de faseovergang leidt ertoe dat de keten van oorzaak en gevolg
wordt vanaf de primitieve deeltjes en velden waaruit de oerknal bestaat op
talloze manieren wordt onderbroken voordat je op het niveau van het menselijke
handelen en beslissen terecht komt. Vanwege onbekendheid met dit proces,
begaat deze prominente wetenschapper ...
... dus enorme fouten.
Voor zover filosofie dus een wetenschap is, want iedere wetenschapper dient
op de hoogte te zijn van het bestaan van de faseovergang, en wie dat niet is,
faalt als wetenschapper, en vrijwel geen enkele filosoof is er van op de hoogte.
Deels omdat ze dat niet willen, juist omdat faseovergang de ketens van het door
hen geliefde causale ketens doorbreken.
Iets dergelijks geldt voor het overgrote deel der overige
alfa- en gamma-wetenschappers
, met voor met name de laatste de veelvuldige en
hardnekkige ontkenning van het bestaan van sociologische groepen, zoals
gecanoniseerd in de prominente sociale wetenschappers voorgegeven uitspraak van
destijds prinses Maxima: "Er bestaat niet zoiets als dé Nederlandse identiteit"
.
Het begrip faseovergang is nauw verwant aan de stappen op de
abstractieladder
,
zie aldaar
Geleidelijkheid
Als je voor een probleem of een situatie met meerdere oplossingen of wegen
staat, en er is geen overduidelijke voorkeur, kies dan voor de meest
natuurlijke, de geleidelijke, de groeiende - de evolutionaire. Als er een
overduidelijke voorkeur lijkt te zijn voor een andere weg, vraag je dan drie
keer af waar die voorkeur vandaan komt
. Als één van de voorkeuren iets te maken heeft met kortzichtige zaken als geld
of tijd, lees dan waarom ze veel grote in-één-keer projecten mislukken hier
. Gezond verstand
Gezond verstand bestaat uit een aantal losstaande regels, die geen van allen
altijd of in alle gevallen opgaan. Eén van de gezond verstand regels is dat een
voorbeeld vaak wonderen doet, en een voorbeeld van een gezond verstand regel is
"Je hoeft niet in China geweest te zijn om te weten dat de lucht daar ook
blauw is" (van Goethe). Een andere regel is "de continuïteit der dingen",
staande voor de observatie dat veel zaken in combinatie vorkomen zodat als je
het ene ziet, je ook het andere kan verwachten (voorbeeld: mensen die het meest
psychologische hulp nodig hebben, gaan meestal het laatst naar de psycholoog -
omdat besef van het probleem een belangrijk deel van de oplossing is).
Op maatschappelijk gebied zijn de volgende regels waardevol:
" Als iets uit Amerika komt, is het niet te vertrouwen", en "Als iets uit de
joodse denkwereld stamt, is het niet te vertrouwen". Het eerste is in hoge mate
gebaseerd op het karakter van Amerika als migrantenland gebaseerd op genocide en
later als ontwikkelgrond van bijvoorbeeld het individualisme (meer hier
) ,
en het tweede op de ontwikkeling van de duivelse kracht van de monotheïstisch
godsdienst en daarna nog vele andere vormen van ideologie zoals, "toevallig"
(zie eerdere regel) ook weer in Amerika, het neoconservatisme
en
neoliberalisme
.
Ook heel waardevol zijn de regels voor het beoordelen en
filteren van informatie die bijvoorbeeld via de media tot ons komen, zie hier
.
"Gezond verstand" heeft ook een paar nadelen. De eerste is
dat het, net als intuïtie
,
makkelijk verward kan worden met zaken als wensdenken
.
De tweede is dat iedereen denkt dat hij er genoeg van heeft
- wat
natuurlijk volstrekt onjuist is. Waarbij zich weer een gezond-verstand regel
doet gelden, namelijk dat naarmate een persoon zich meer presenteert als
intellectueel, zijn gezonde verstand vermoedelijk lager ligt
-
met als ultieme voorbeeld dat van filosofen.
Overigens zijn een groot deel van de hier genoemde
denkmethodes ook vormen van gezond verstand. Het feit dat er zo weinig van dit
soort verzamelingen zijn dat de redactie er geen kent (verzamelingen denkfouten
zijn wel bekend), is een aanwijzing voor het lage algemene niveau van het
gezonde verstand.
Voorbeelden van gezond-verstand uitspraken zijn te vinden
hier
.
Voor toepassingen, zie hier
.
Grijsdenken
Het tegenovergestelde van zwart-wit-denken. Dat wil zeggen: het besef voor ogen
houden dat alle vergelijkingen gaan over verschillen tussen lichter grijs en
donkerder grijs, en niet tussen het absolute zwart en het absolute wit
Integratie
Het in het denkproces betrekken van meerdere aspecten van een zaak, met name die
aspecten waarvan men niet direct het verband ziet. Als bewust proces daarom
moeilijk uit te voeren. De integratie gebeurt vaak of misschien wel altijd in
het onderbewuste, mogelijkerwijs leidende tot intuïtie
, of creativiteit
.
Interpolatie
Zie Extremen
. Intuïtie
Een idee of oplossing die schijnbaar uit het niets opborrelt, en dus bijna per
definitie een product van het onderbewuste denken is. Kan zeer goed werken, maar
wordt in diverse mate in verschillende mensen en op verschillende tijdstippen
verstoord door emoties, met name angst, en ratio, als in wensdenken
-
een dramatisch voorbeeld is de intuïtie die iedereen heeft over wat gezond eten
is, en de feitelijke eetgewoontes zoals verstoord door emoties
.
Intuïties zijn waarschijnlijk gebaseerd op de deelprocessen
die hier beschreven zijn. Meer over intuïtie hier
.
Inversie
(Van toepassing in de psychologie): Als voor een verschijnsel een verklaring
mogelijk is, is de precies tegenovergestelde verklaring vaak ook mogelijk.
Kwaliteit
Ga voor kwaliteit. Waarop onmiddellijk het bekende probleem opduikt: "Wat is
kwaliteit?". Of een zaak of een argument "kwaliteit" is inderdaad moeilijk in
regels te bevatten, maar iets dat duidelijk kwaliteit heeft spring er meestal
wel uit, dus er moeten wel regels zijn. Een paar suggesties: Als ergens
zichtbaar moeite in is gestoken, of men duidelijk zijn best heeft gedaan - als
het zichtbaar op onafhankelijke manier tot stand is gekomen - als er geen
negatieve dingen uit spreken - ls het een vorm van eenheid uitstraalt - en
dergelijke. Maar omdat kwaliteit ook een vergelijkend oordeel is, zijn de
negatieve regels ook belangrijk: inhoudelijke slordigheden - standaardwerk -
tegenstellingen - leugens - en dergelijke. merk op dat dit slechts regels zijn,
en uitzonderingen heel gewoon, met name als het een losse factor betreft - ze
werken eigenlijk alleen in combinatie. Hoewel sommige factoren en drempelwaardes
extra belangrijk kunnen zijn. Dit zijn dan de zogenaamde "disqualifiers":
als een factor onder een dergelijke waarde komt, voldoet het geheel niet aan de
term "kwaliteit" - vrijwel alle vormen van meer dan het meest minimale liegen is
een disqualifier
.
Occam's razor
(Engelse uitdrukking, letterlijk: het scheermes van Occam, een Engels filosoof).
Als er twee benaderingen van een situatie of oplossingen van een probleem
mogelijk zijn, is degene die de minste vooronderstellingen nodig heeft het meest
waarschijnlijk. Het traditionele voorbeeld is dat van de vorm van de
planeetbanen - planeten zijn vernoemd naar het Griekse woord voor "zwerver",
vanwege de manier waarop ze op een ingewikkelde manier door de sterrenhemel
leken te bewegen. De Griek Ptolemaeus had een systeem bedacht bestaande uit
combinaties van cirkelbanen, dat uitstekend in staat is de waargenomen
planeetbanen te beschrijven. Met als bezwaar dat voor betere beschrijvingen
steeds meer cirkeltjes nodig waren. De verklaring van Copernicus, met één zon in
het midden die alleen door middel van één enkele kracht, de zwaartekracht, de
zaak bij elkaar hield, gaf aanvankelijk geen nauwkeuriger beschrijving, maar wel
een simpelere. En deze verklaring bleek ook op andere plekken in de natuur te
werken, en werd daarmee de juiste.
Occam's razor is een van de vele variaties van de
algemene methode der eenvoud
.
Voorbeelden hier
-
zie ook complexiteit
.
Qualifiers
Het begrip "qualifier" is het omgekeerde van "disqualifier"
,
en wordt onbewust veel toegepast, vooral bij de beoordeling van personen, met
name ook bij sollicitatie: men zoekt naar de score op een eigenschap waarvan men
uit ervaring weet dat dit een goede graadmeter is voor het overige presteren.
Deze methode is dus algemener geldig, als denkmethode. Als je merkt dat iemand
erg goed is in rekenen, dan neem je automatisch aan dat hij intelligent is, en
dus op zijn wel redelijk tot goed zal scoren op vele andere aspecten.
Reciprociteit
In het Nederlands: wederkerigheid. Een term toegeschreven aan Confucius,
aanduidend het principe dat in de interactie tussen twee partijen, beide
partijen rekening moeten houden met de belangen van de ander, onafhankelijk van
een eventuele machtspositie van de een ten opzichte van de ander
.
Hier ook te gebruiken als een regel voor het aanspreken of handelen ten opzichte
van een andere partij, namelijk dat men dat in eerste instantie moet doen
volgens de normen die de ander gebruikt. Lijkt ook op tit-for-tat
.
Reductio ad absurdum
Ook wel "bewijs uit het ongerijmde". In zijn oorspronkelijke vorm dit komt uit
de wiskunde - wat men dan doet is een bepaalde aanname doorrekenen of
doorredeneren, en laten zien dat er dan iets onmogelijks uit komt. Dan stelt men
dat de oorspronkelijke aanname dus onjuist is, en daarmee het omgekeerd van die
aanname dus wel juist - bijvoorbeeld: als je stelt dat er meer dan twee rechte
lijnen door twee punten gaan, en laat zien dat er dan iets absurds uit komt, dan
heb je bewezen dat er maar één rechte lijn tussen twee punten gaat. Oftewel: je
hebt aangenomen dat er geen andere mogelijkheid is, of "uitgesloten
derde".
Als wiskundig bewijs lijkt dit geldig, hoewel er geen bewijs
voor die geldigheid is. In het dagelijkse leven kan de methode ook heel
bruikbaar zijn, maar dient toch altijd met omzichtigheid te worden gehanteerd,
omdat het dagelijkse leven nooit echt zwart-wit is, en er dus altijd nog
mogelijkheden overblijven nadat je hebt laten zien dat de "donkergrijze"
veronderstelling absurd is.
Omdat men in het dagelijkse leven zelden zorgvuldig genoeg is,
geldt reductio ad absurdum daar als een denkfout
.
Schatten
Met de opkomst van de rekenmachine is het rekenen uit het hoofd als vaardigheid
achteruit aan het gaan. Voor het bepalen van een precieze uitkomst grotendeels
terecht. Voor het bepalen van een geschatte uitkomst volkomen onterecht. De
capaciteit tot het bepalen van een geschatte uitkomst is een zeer betrouwbare
maatstaf voor de algehele capaciteiten van een persoon, dat wil zeggen: de
combinatie van intelligentie én gezond verstand (de rest wijkt dan meestal
nauwelijks af). De kunst van het schatten voorkomt het maken van grote fouten in
het rekenen, en grote fouten in het denken in het algemeen.
De kunst van het schatten in het rekenen bestaat uit een
aantal simpele en begrijpelijke trucs die gebaseerd zijn op het gewone rekenen:
10 x 10 = 100, dus is 9 x 100 = ongeveer 100 - delen door 2,5 is hetzelfde als
vermenigvuldigen met 4 (en delen door 10 maar dat is triviaal), 7,54 + 6,36 +
13,22 + 11,88 + 8,03 = ongeveer 47 (rond naar hele getallen af) = ongeveer 46
(neem 5 x 10 en bepaal de afwijking: - 3 - 4 + 3 + 1 - 2). Enzovoort
.
De kunst van het schatten in het denken is nog belangrijker -
deze regels zijn elementen van deze kunst. met name die van de extremen
is
in dit opzicht illustratief: de extremen zetten het bereik neer waartussen men
moet zitten.
Een bekende maar enigszins omslachtige truc voor een goede
geschatte uitkomst is qua rekenmethodiek erg simpel: vraag aan veel mensen de
uitkomst te schatten, tel dit op en deel door het aantal mensen - een truc
proefondervindelijk gevonden door Francis Galton
(overigens: deze truc het best als de mensen juist weinig idee vooraf hebben
over de uitkomst, want ze werkt door middeling van willekeurige afwijkingen -
het werkt bijvoorbeeld niet voor de vraag "Welke natuurkundige heeft de
kwantumtheorie uitgevonden?", omdat men dan een goede kans heeft op de foutieve
uitkomst "Albert Einstein", omdat men die naam het beste kent).
Simpelheid
De simpelste verklaring is vaak de betere of beste verklaring - zie complexiteit
en
Occam's razor
.
Spiegeling
Spiegeling is de meer logische formulering van wat in oudere termen bekend staat
als "dialectiek": beschouw naast de te bespreken bewering, ook precies het
tegenovergestelde ervan. En in direct vervolg daarop: kijk dan welk van de twee het meest waarschijnlijk
is of het meest voorkomt. Oftewel: spiegeling is een stap op weg naar of
ingesloten in de methode van
extremen
.
Het proces van spiegeling zals denkmethode, dat wil zeggen,
uitgevoerd door de rationele geest, kent een analogon in de psychologie in de
vorm van het begrip "empathie"
,
wat weer een verband heeft met het bestaan in de neurologie van spiegelhormonen
.
In de praktijk van gevoelig liggende discussies is dit met
groot effect uit te voeren door enige specifieke termen te verwisselen voor
termen die slaan op de tegenovergestelde situatie. Een voorbeeld: "PVV'ers zijn
klootzakken" is een volkomen aanvaarde uitspraak. De aanvaardbaarheid en
juistheid ervan is met één simpele spiegeling aan te tonen, door haar te
spiegelen: "Moslims zijn klootzakken" (zie een toepassing op het geval van
Maarten van Rossem hier
).
Indien gedaan door een publiek figuur, een uitspraak die minstens eeuwige pek en
veren oplevert, zo niet vervolging - geïllustreerd door de ophef over de
eenmalige gebruik van de term "kopvoddentaks" door Geert Wilders. Wat overigens
ook weer te spiegelen valt, door er de koran-uitpraak "Joden zijn apen"
tegenover te stellen - wat voorbeelden van dat soort spiegelingen hier
.
Spiegeling is ook een belangrijk wapen, zo niet het
belangrijkste, in de strijd tegen eenzijdigheid, wat zelf weer een van de
krachtigste retorische wapens is, omdat er niet minder of meer opzichtig bij
gelogen hoeft te worden
.
Die behoefte aan stelselmatig liegen is, zoals de bovenstand genoemde
voorbeelden al aantonen, meestal het gevolg van het onderhouden van ideologie
,
omdat het onderhouden van ideologie op de kortere of langere termijn
tegenstrijdigheden met de werkelijkheid veroorzaakt. Hetgeen men meestal oplost
met eenzijdigheid.
De belangrijkste toepassing van eenzijdigheid ligt in de media - een
eenzijdigheid zo sterk is dat er op deze website een aparte sectie voor is
.
Hetgeen die media bewust of onbewust beseffen, want pleeg je zulke spiegelingen
op openbare plaatsen op opinie-pagina's of fora, dan worden je reacties met
grote regelmaat geweerd, zoals deze redactie uitgebreid ervaren heeft. Met name
geldende voor het onderwerp "kritiek op": journalisten hebben het oneindige
recht op kritiek op alles, maar zelfs maar een klein beetje kritiek op
journalisten of verslaggeving doet de betrokkenen met grote regelmaat in heftige
woede, censuur en verbanning ontsteken. Schrijf reacties op relcolumnisten als
Bert Wagendorp
in de stijl van Bert Wagendorp, en de aangesprokene is dusdanig
beledigd dat hij zijn stukken van de website, destijds het Volkskrant-weblog,
laat halen - gesteund door de ombudsman die schande spreekt van de spiegelingen.
Later is dat Volkskrant-weblog opgeheven, vermoedelijk wegens te veel
mogelijkheden tot weerwoord want het was populair genoeg (de blogs en
reactieruimtes aldaar stonden niet onder censuur van de krant). Spiegeling is een
uiterst krachtig wapen.
Spiegeling levert ook een aantal vuistregels voor het debat
op: standpunten die haar spiegeling niet tolereren, zijn hoogstwaarschijnlijk
ondeugdelijk en/of kwaadaardig. Zo zijn dus alle vormen van geloof en ideologie,
alleen al op deze grond, hoogstwaarschijnlijk ondeugdelijk en
hoogstwaarschijnlijk kwaadaardig. Deze regels zijn ook vervat in de algemene
regels voor het beoordelen van informatie met name die in de media
.
Als spiegeling toegepast kan worden in directe interactie met
anderen, is het eigenlijk een vorm van tit-for-tat
: je behandelt een ander op dezelfde manier als hij jou behandelt - hier
dan op het verbale vlak.
Het voorgaande laat zien dat spiegeling tot de belangrijkste
denkmethodes behoort, en dat het ideologie dus behoort tot de belangrijkste
denkfouten
,
omdat het onderhouden van ideologie het uitvoeren van spiegeling remt en
voorkomt.
Zwarte doos
Een "zwarte doos", in Nederland even bekend in het Engels als "black
box", is een term bekendst uit de techniek, staande voor een
apparaat waarvan men wel weet wat er in en uit gaat, maar niet weet wat er
binnenin gebeurt. De meeste technische apparaten zijn voor het overgrote deel
der gebruikers "zwarte dozen": in de ene telefoon gaat geluid en uit een andere
telefoon komt datzelfde geluid, maar vrijwel niemand weet hoe dat geluid van het
ene in het andere apparaat komt.
Ook in de wetenschap en met name de psychologie is een vorm
"zwarte doos"-theorie bekend, namelijk in de psychologie die van het
behaviorisme
(Wikipedia) - het behaviorisme stelt dat het er niet toe doet wat er precies
in het hoofd gebeurt: je moet gewoon kijken naar wat er aan impulsen ingaat, en
er aan gedrag uitkomt.
De "zwarte doos" benadering kan ook gebruikt worden als
manier van denken om een probleem aan te pakken: je kijkt niet meer naar hoe het
probleem tot stand is gekomen, maar naar de begin- en eindsituatie, en trekt je
conclusies daaruit. Deze aanpak is met name vruchtbaar als er rond dat probleem
een, meestal schijnbare, wirwar van argumenten is gegroeid, waar niet meer uit
lijkt te komen. Met het formuleren waarvan vrijwel iedereen, schrijvende 2014,
de meest voor de hand liggende toepassing kan bedenken, namelijk de zaak van
Israël en Palestina. De oneindige hoeveelheid die daarover gezegd en geschreven
is, is bekend genoeg, en het argument dat het ingewikkeld is, is eindeloos
gehanteerd. Pas hier nu de "zwarte doos" aanpak op toe: voor de Joodse
immigratie, zeg in 1940, leefden de Palestijnen vreedzaam in hun landje
Palestina. Ne Joodse immigratie, zeg 1948, 1956, 1967, 1974, 1982, of het moment
van nu, 2014, zijn de Palestijnen verdreven van het overgrote deel van hun land
en bezittingen en zijn die in handen van Joden. Puur de "voor" en "na" situatie.
Dan is het overduidelijk dat de stap van begin- naar eindsituatie volkomen
onrechtmatig is. En is ook meteen volkomen duidelijk dat de Palestijnen op geen
enkele wijze hieraan "schuld" hebben ("Het zijn terroristen"), of "Een bijdrage
hebben geleverd", of, ook zeer populair, "Concessies moeten doen".
Een tweede voorbeeld komt uit de immigratie- en
integratiediscussie. Eén van mantra's van de politieke-correctheid en het
multiculturalisme is "Er is geen sprake van massa-immigratie"
, meestal
vergezeld van cijfers omtrent de immigratie, nu of in het verleden. Ook die zaak
kan met de zwarte doos" aanpak opgelost worden: in 1960 waren er geen
(noemenswaardige) aantallen moslims en creolen in Nederland - in 2014 zijn er
circa 800 duizend moslims in Nederland en ruim een half miljoen creolen - en
moslims en creolen en andere groepen tezamen ongeveer anderhalf miljoen
niet-westerse immigranten. Dat ís dus massa-immigratie.
Maar de belangrijkste toepassing van de "zwarte doos" is die
rond nomadisme
en
residentie
.
Nomaden trekken rond in woonwagens, en produceren dus niets substantieels. De
residenten hebben een boerderij en produceren voedsel en als ze een beetje
ontwikkeld raken, hebben ze een kolenmijn en produceren brandstof
.
De nomaden gebruiken voedsel en brandstof, en leveren zelf niets. Dus nomaden en
nomadisch levende volken zijn parasitair. Roma, Joden, en alle andere culturen
met kleinere of grotere nomadische praktijken, zijn minder of meer parasitair.
Dat is een "zwarte doos" redenatie die iedereen kan bedenken en onbewust ook
bedenkt. Vandaar de slechte reputatie van Roma, Joden, enzovoort door de hele
geschiedenis, onafhankelijk van waar ze zijn.
Voor de praktische uitwerking van de "zwarte doos"-redenatie
op allochtonen, zie hier
.
Naar Evolutie
, Wetenschap lijst
, Wetenschap overzicht
, of
site home
.
|