De Volkskrant, 09-09-2005, boekbespreking door Ranne Hovius

Liever een aandachtvretertje

'Het ideale leeftijdsverschil tussen kinderen van één gezin is zes tot zeven jaar', schrijft de Franse kinderpsychiater Marcel Rufo in Broers & zussen - een haat-liefdeverhouding. Toch streven de meeste ouders met de beste bedoelingen naar een kleiner leeftijdsverschil: twee, hooguit drie jaar. De kinderen hebben dan nog wat aan elkaar, is de redenering, ze kunnen met elkaar spelen. Fout gedacht, meent Rufo. Een klein aandachtvretertje waar iedereen mee wegloopt en dat voortdurend op moederschoot rondhangt, is gemakkelijker te verdragen, zelfs te waarderen, wanneer aan de eigen behoefte aan voortdurende aandacht al ruimschoots is voldaan. Met drie jaar verschil is dat allesbehalve het geval. Rufo: 'Drie jaar oud zijn en een broertje of zusje krijgen betekent een ware innerlijke ramp, een aanzetting tot rivaliteit die veel kinderen bij de psycholoog of de jeugdpsychiater brengt'.
    Rufo beschrijft de zichtbare gevolgen van deze innerlijke ramp aan de hand van probleemkinderen die hij in zijn eigen praktijk tegenkomt. Zoals het jongetje dat slikproblemen krijgt en zorgwekkend vermagert wanneer een nieuwe baby hem van zijn troon stoot. Of het agressieve meisje van zes dat de meppende schrik van haar klas wordt omdat haar chronisch zieke zusje thuis alle aandacht opeist.
    De persoonlijke verhalen lardeert hij met de inzichten van zijn vak. Dat vak is bij Rufo onmiskenbaar gekleurd door de psychoanalyse. Kinderen begeren hun moeder in de oedipale fase, moeten - als ze kleine jochies zijn - hun castratieangst de baas zien te blijven en ontkomen niet aan een incestueuze ondertoon bij de genegenheid voor hun broertjes en zusjes.
    Deze psychoanalytische achtergrond hoeft lezers die dit gedachtegoed wat vergezocht vinden, niet af te schrikken. Rufo baseert zijn adviezen op wat in de praktijk blijkt te werken, is wars van generalisaties en veegt de vloer aan met stereotyperingen als 'oudste kinderen in een gezin zijn perfectionistisch en behoudend van aard, de jongsten overmoediger en ongehoorzamer'. Het is niet zo interessant, schrijft Rufo, om te weten hoe gezinnen functioneren, maar wel hoe het eigen gezin functioneert.
    Dat de meeste gezinnen in zijn beschrijvingen fungeren als potentieel oorlogsgebied, is een begrijpelijke beroepsdeformatie: hij ziet niet anders dan ontspoorde kinderen. De problemen die in Broers & zussen aan de orde komen, variëren van de verterende jaloezie tussen broers en zussen die gebaseerd is op vergelijkingen die ouders maken, tot de morele druk die op een kind kan worden uitgeoefend om orgaandonor voor een zieke broer of zus te zijn. De reacties van kinderen op deze problemen variëren van beroerde schoolcijfers tot eetstoornissen en zware depressies. Het is maar een kleine groep kinderen bij wie de reacties zo uit de hand lopen, dat ze bij een psychiater belanden. Toch zal menig ouder de problemen in afgezwakte vorm herkennen. Die ouders biedt Rufo een helpende hand om hen door het mijnenveld ván de kinderkamer te loodsen.

Marcel Rufo: Broers & zussen - Een haat-liefdeverhouding, Archipel; € 16,95


Naar Psychologische praktijktips , Psychologie lijst , Psychologie overzicht , of site home .
 

[an error occurred while processing this directive]