Bronnen bij Religieuze conflicten

De Volkskrant, 23-09-2005, van correspondent Michel Maas (volledig artikel  uitleg of detail )

Reportage | Moslim-knokploegen zorgen voor 'verhuizing' protestantse gebedshuizen

Kerken Indonesië duiken onder

Vooral kleine kerken in Indonesië verhuizen vaak. Niet vrijwillig, maar uit angst voor geweld. Ze willen een vergunning voor hun kerkgebouwen, maar krijgen die niet. De diensten houden ze zo goed en zo kwaad als het gaat. Elk moment kan het misgaan.


...     De Pinkstergemeente van Sukapura is verhuisd. Kerken, vooral de kleine protestante kerken van Indonesië, verhuizen vaak. Zij doen dat niet vrijwillig. Militante moslims en opgehitste islamitische buurtbewoners dwingen ze daartoe. Dat gebeurt al jaren, maar sinds enkele maanden is er een gecoördineerde actie gaande.
    Alleen al in en rond Bandung zijn sinds april 23 kerken gesloten door een groep die zich de Alliantie tegen de Afvalligen (AGAP) noemt. In die alliantie zijn diverse militante moslim-groepen verenigd, waaronder het beruchte Front van de Verdedigers van de Islam (FPI), dat zich voorheen vooral bezighield met het vernielen van gokhuizen, bars en discotheken.
    De leider van de AGAP, Muhammad Mu'min, heeft aangekondigd dat nog vele gebedshuizen zullen volgen.
...   De kleine Pinkstergemeente in Sukapura zit zonder vergunning in de loods. Zij kan gebedsdiensten houden zolang dat wordt gedoogd, maar zodra er protesten komen, zal zij ook hier moeten verdwijnen. 'Wij hebben grond gekocht om een kerk te bouwen, en wij hebben een vergunning aangevraagd, maar die is er nog niet. En zolang we die niet hebben blijven we. Ze zeggen nu: breek die loods af, en verhuis. Die vergunning komt wel. Maar ze willen ons alleen maar weg hebben. Zodra wij hier vertrekken, en daar onze kerk beginnen te bouwen, komen ze en jagen ze ons weg omdat wij nog geen vergunning hebben.'
    Vele honderden kerken in Indonesië zitten in dezelfde situatie. Voor christelijke kerken, en vooral voor de kleine protestantse denominaties, is het zo goed als onmogelijk een vergunning te krijgen. Dat is het gevolg van een ministerieel besluit uit 1969, dat voor de bouw van een kerk niet alleen toestemming vergt van de overheid, maar ook van de plaatselijke gemeenschap. Zo moest worden voorkomen dat er onrust zou uitbreken als er een kerk zou worden gebouwd midden in een islamitische wijk.
    In de praktijk blijkt de wet de bouw van christelijke kerken zo goed als onmogelijk te maken. Van de Indonesiërs is 80 procent moslim. Vooral de kleine kerkgemeenschappen slagen er maar zelden in vergunning te krijgen. Noodgedwongen bidden zij in woonhuizen, leegstaande winkels of gehuurde zaaltjes. ...
    De kracht van de FPI en de AGAP blijkt bij elke sluiting. De politie grijpt nergens in. De bevelhebber van de Indonesische politie, generaal Sutanto, zegt dat er in Indonesië geen kerken zijn gesloten, maar alleen huizen en openbare ruimtes die zonder vergunning als kerk werden gebruikt. Zolang de aanvallers geen geweld gebruiken, ziet hij geen reden in te grijpen. In het Javaanse dorp Sukoharjo is pas nog een huis gesloten. Gewapende politieagenten lieten zich door de moslims wegsturen. ...
 

Artikel over allochtonen in Duitsland, de Volkskrant (25-11-2004), onder de kop

Overspannen behoefte aan geruststelling

Natuurlijk is het prettig dat 20 duizend moslims zich van terroristen hebben gedistantieerd. Maar het getuigt van een wat overspannen behoefte aan geruststellend nieuws om in dit gebaar een aanhankelijkheidsbetuiging te zien aan de democratische rechtsorde. Wie zich tegen islamitisch geweld uitspreekt, kan er immers goed opvattingen op nahouden die slecht verenigbaar zijn met de westerse communis opinio. 'Nee' tegen terrorisme impliceert nog geen ruimdenkendheid.
       Dat maakt de nagestreefde 'dialoog' met moslims zo lastig, zei peter Hünseler, de gevolmachtigde voor interreligieuze vragen van de Duitse Bisschoppenconferentie in Die Zeit. 'Hoe kan ik een theologische dialoog voeren met een islamitische geestelijke die het christendom niet zozeer voor een ánder geloof, maar vooral voor een verkéérd geloof houdt? We zullen met elkaar blijven praten, maar we hebben geen illusies meer.'
       De vraag is dan ook hoe extreem de opvattingen zijn van de Berlijnse imam die onlangs álle Duitsers – stinkdieren volgens hem - het hellevuur in het vooruitzicht stelde omdat zij ongelovigen zijn. De man, die al zo'n dertig jaar in Duitsland woont en vele 'geestelijke ambten' bekleedt, werd weliswaar op non-actief gesteld en tot boetedoening gedwongen, maar daarmee wordt niet de indruk weggenomen dat hij een gangbare mening vertolkt.


De Volkskrant, 20-07-2005, ingezonden brief van R. Schoute (Nijmegen)

Enige goden

Tijdens het lezen van het interview met André Rouvoet (het Vervolg, 16 juli) schrok ik toch weer even van de uitspraak: 'Allah is niet verenigbaar met de God van de Bijbel en naast Hem bestaan er geen andere goden.'
    Het blijft het aloude verhaal en het blijft mij verwonderen hoe intelligente mensen zoals de heer Rouvoet de volgende logische gedachtesprong blijven ontkennen: indien een islamitisch kind, door middel van de door André Rouvoets bewonderde gedisciplineerde islamitische geloofsopvoeding, eveneens leert dat zijn god de enige ware is, dan kan het toch niet zo zijn dat er twee of meer ware goden zijn? Waarom lukt het een gelovige niet hier zinnig over na te denken en enige relativering ten aanzien van zijn godsgeloofte ontwikkelen?
    Mijn inziens zou de wereld zeker enige ellende bespaard blijven indien de harde kern gelovigen relativering zou toelaten en een godsvisie met meer wijsheid, minder absolutisme en ook despotisme zou ontwikkelen.
    Zolang dit nog niet het geval is, ben ik blij dat ik een land leef waarin kerk en staat gescheiden zijn. Ik vermoed namelijk dat, indien het erop aan komt, aanhangers van de gevestigde godsdiensten een wezenlijke tolerantie ten aanzien van anders- en niet gelovigen niet kunnen opbrengen.


De Volkskrant, 20-07-2005, ingezonden brief van S. van Leeuwen (Utrecht)

Laatste profeet

In Geachte Redactie van 20 juli schrijft R. Schoute over het interview met André Rouvoet. Beducht voor wat ik zou lezen, heb ik dit interview met opzet niet gelezen. Maar Schoute confronteert mij met de domheid van Rouvoet in zijn uitspraak over ware goden.
    Het is bijzonder dom, omdat welbeschouwd de God, aanbeden door christenen, dezelfde is als die in wie de moslims geloven. Ik heb mij laten vertellen dat het verschil tussen christendom, jodendom en islam niet zit in de God aan wie zij hun leven wijden, maar in de laatste ware profeet. Christenen geloven dat Jezus de laatste profeet is, moslims hebben Mohammed die daar nog na kwam.
    Dit is ook de reden waarom sommige moslims denken dat hun geloof superieur is, omdat zij over het recente woord van God beschikken. En de joden, die hebben het nog beter bekeken, die stellen dat de laatste profeet van God nog moet komen. En dat als die profeet komt, dan zal het joodse volk overheersen, of iets dergelijks. Dus die ene ware God van Rouvoet, is dezelfde als die van de moslims. Hij miskent zijn eigen God, omdat hij angst heeft voor mensen die een ander inzicht hebben over de volgorde en het belang van profeten.
   Zielig hè?
 

De Volkskrant, 14-09-2005.

Niet-invoering sharia treft joden Ontario

Vertegenwoordigers van de joodse gemeenschap in de Canadese provincie Ontario hebben ontzet gereageerd op het besluit de islamitische sharia-rechtspraak geen plaats te geven in het erf- en familierecht van de provincie.


Het besluit, dat premier Dalton McGuinty van Ontario zondag bekendmaakte, heeft vérgaande gevolgen voor de joodse gemeenschap omdat het elke vorm van religieuze arbitrage uitsluit. Daardoor mogen joden onderlinge geschillen niet meer voor hun eigen rechtbanken beslechten. ‘We zijn verbijsterd’, reageert Joel Richler, voorzitter van de afdeling Ontario van het Canadees Joods Congres. ‘We hadden op z’n minst verwacht dat er met ons zou zijn overlegd voordat ons iets wordt afgenomen dat we al zoveel jaren gebruiken.’ Volgens Richler functioneert het huidige systeem, in gebruik sinds 1992, goed.
    Het afzien van de invoering van de sharia-wetgeving kwam als een verrassing. In december nog adviseerde oud-minister van Justitie Marion Boyd moslims, evenals andere godsdienstige groeperingen, het recht te geven geschillen op het gebied van gezins- en erfrecht via arbitrage op te lossen.
    ‘Ons multiculturalisme gaat niet uit van assimilatie of de Amerikaanse ‘smeltkroes’. Wij willen mensen opnemen in de maatschappij zodat ze zich betrokken voelen, en rekening met ze houden zodat ze onze wetgeving volgen.’
    Volgens de Arbitrage Wet van Ontario mogen geschillen tussen burgers over voogdij, echtscheiding en erfenissen worden beslecht via een onafhankelijke mediator, mits beide partijen daarmee instemmen. Katholieken, mennonieten, joden en Jehova’s Getuigen doen dat vaak al op die manier. Tegenstanders van het gebruik van sharia-wetgeving vinden deze manier van ‘rechtspreken’ echter oneerlijk voor vrouwen.
    Tariq Fatah, hoofd van het Muslim Canadian Congress dat hervormingen bepleit binnen de traditioneel ingestelde Canadese moslimorganisaties, noemt het besluit ‘een grote overwinning voor alle Canadezen, vooral voor de moslims in Canada, en een nederlaag voor de islamitische fundamentalisten.’
    Vorige week werd in veel steden, waaronder Amsterdam, gedemonstreerd tegen het plan sharia-rechtspraak in Ontario toe te staan.


Terug naar Religieuze conflicten , Psychologie lijst , Hiërarchie psychologie , of naar site home .
 

[an error occurred while processing this directive]