Bronnen bij Creativiteit en slechtheid: slechtheid

Hier wat uitspraken van mensen uit de literaire wereld en aanverwante waaruit hun voorkeur voor slechtheid blijkt - HP/De Tijd, 26-11-2004, uit een interview met Connie Palmen:
  Nadat ze Geheel de uwe af had, dook ze in van die schreeuwerige Amerikaanse crime stories of in biografieën van serial killers of beroemde moordenaars zoals Mark David Chapman, de man die in 1980 John Lennon dood schoot. Al lezende deed ze een ontdekking. 'Ik dacht: nu heb ik iets te pakken. Want de moordenaar en de schrijver drinken uit dezelfde bron: de fantasie, de verbeelding. Ze leven allebei eerst in een fantasiewereld, in een eenzaamheid. Bij een schrijver komt er een einde aan die fantasie en eenzaamheid als hij zijn boek de wereld in stuurt. Maar een moordenaar draait het om: die neemt iets af van de wereld.'  

Het artikel waar deze bronnenverzameling bij hoort  stamt van december 2003, en is gebaseerd op eerdere uitingen en gedrag van kunstenaars. Het citaat van Palmen onderschrijft de conclusies eigenlijk al volledig.

Hieronder nog een aantal later gevonden voorbeelden - Barend & Van Dorp, TV RTL4, week 20-2005, uitspraak van Jan Mulder :
  Aan het eind van het programma lopen de drie presentatoren altijd naar buiten, onder het uiten van een paar spontane opmerkingen, meestal naar aanleiding van de actualiteit. Van Dorp maakt een opmerking naar aanleiding van het bericht van een doorbraak in de zaak van de diamantroof op Schiphol ter waarde van 75 miljoen euro, enige maanden eerder. Mulder, spontaan: Ik vond het prachtig, ik hoop dat ze ze nooit pakken.

En: VARA TV Magazine, 52/53-2005, uit een column van Midas Dekkers :
  ...  Roofdieren zijn veel leuker om mee om te gaan dan zoiets tams als een konijn. Daders zijn interessanter dan slachtoffers. ...

Juist ja ...

Drie voorbeelden zijn eigenlijk al voldoende (er is, eind 2005, ook nog de "zwartwas" wasmiddelenreclame met Jules Deelder: "het zwarte is toch het interessante"). Tel daar nog eens de algemene afkeer voor het nette koekoeksland Zwitserland  , en de architectuur van Anton Pieck (wordt zelfs als symbool voor afkeurenswaardige netheid gebruikt)  , en dan lijkt de realiteit van het verband tussen intellectuelen, creativiteit en slechtheid nu wel redelijk bewezen. Hieronder worden nog wat voorbeelden (VARA TV Magazine, nr. 2-2006, door Mirjam Bosgraaf ):
  Kwestie van geluk

Voor zijn film Match Point verplaatste Woody Allen 'zijn' Central Park naar de oevers van de Theems. VARA TV Magazine's Mirjam Bosgraaf sprak de New Yorkse regisseur in zijn nieuwe omgeving.


...   De tennisleraar in Match Point komt uiteindelijk klem te zitten tussen zijn aardige vrouw met haar comfortabele rijke familie en Nola, de actrice. Daar moet wel iets dramatisch gaan gebeuren. En aldus geschiede. Uiteindelijk, we houden het cryptisch, speelt er ook nog een kilo toeval mee, en geluk. Of is het juist ongeluk? Woody Allen zelf vindt hem maar een nare man, de hoofdrol- en tennisspeler: 'Een ambitieus type dat verleid wordt door een luxe levensstijl en zijn vrouw bedriegt. Ik hou nooit van de karakters in mijn films. Maar de slechtsten zijn wel de interessantsten natuurlijk, dat spreekt.' ...

Volgende (de Volkskrant, 10-02-2006, recensie door Clara Strijbosch ):
  Wat is het wezen van zwartheid?

Martin Schouten gaat in roman op zoek naar de wortels van negers en jazz

...   Of, zoals Schouten met instemming citeert uit Jack Kerouacs On the Road: 'Ik wilde maar dat ik een neger was', omdat 'de blanke wereld niet extatisch genoeg was, niet genoeg vol leven, vreugde, lol, duisternis, niet genoeg nacht'.  ...

Volgende (VARA TV Magazine, 23-2004, programma-aankondiging (toelichting hier  ) ):
  20:30 Net 5 Pay It Forward (2000, Mimi Leder)
Sentimentele, eersteklas tranentrekker gebaseerd op roman van Catherine Ryan Hyde. Docent maatschappijleer (Kevin Spacey) heeft opdracht voor zijn klas. Een van zijn pupillen (Haley Joel Osment) neemt die zo serieus en zet Amerika op zijn kop met zijn 'pay it forward'-idee: als iedereen iets goeds doet voor een ander heb je al snel, zo rekent hij voor, een betere wereld. Brrr.

Tja, stel je voor - een wereld waarin mensen elkaar helpen - brrrr.

Van de televisie, Nederland 3, 09-04-2006, Boeken&cetera: Geciteerd: Oscar Wilde: "De waarheid is oersaai" (de Volkskrant, 27-10-2006, (luister)boekbespreking door Arjan Peters):
  Alleen tussen de meeuwen

Zinderende, complete editie van de Rotummerplaat-tapes uit 1971 van Godfried Bomans en Jan Wolkers


...   Tegelijkertijd is hij nieuwsgierig naar het effect dat de woeste en ledige aarde op hem heeft, kent hij ook momenten van geluk en vrede, en durft hij zichzelf onder de loep te nemen: ‘Ik weet eigenlijk niet goed wat eerlijkheid is.’ Zoiets kun je alleen in grote eerlijkheid schrijven. ‘De voorbeelden die ik ervan heb gezien vond ik nogal saai.’ Daar klampt hij zich weer vast aan een aforisme dat van Oscar Wilde had kunnen zijn. ....

"Weg met de waarheid!"

Een paar "gewone" exemplaren (de Volkskrant, 13-10-2006, boekbespreking door Martin de Haan):
  De terreur van het Goede

Maurice G. Dantec schrijft romans als experimentele wapens

Hij heeft een donkere bril op. Hij houdt van harde rockmuziek. Hij gebruikt bewustzijnsverruimende middelen. Hij kondigt het einde van de mensheid aan, of iets wat daarop lijkt. En hij schrijft vuistdikke boeken.
     Maurice G. Dantec is een geval apart, en volgens sommigen de grootste Franse schrijver van onze tijd. ...
...In zijn laatste twee romans, Cosmos Incorporated en het onlangs verschenen Grande Jonction, schildert hij een beklemmend beeld van een toekomstwereld waarin de mensheid volledig wordt gedomineerd door haar eigen artefacten. Reactionaire angst voor de machine? Nee, angst voor de terreur van het Goede. Van Dantec mogen de cyborgs gerust morgen komen.

En (de Volkskrant, 03-11-2006, boekbespreking door Maarten Doorman):
  Zuurpruim keert zich tegen de redelijkheid

'Aantekeningen uit het ondergrondse' van Fjodor Dostojewski


...    De roman begint met het gemopper van een gewezen ambtenaar die ‘in een smerige rotkamer’ aan de rand van Sint Petersburg woont, ‘de meest abstracte en bedachte stad van de hele aardbol’. Hij geniet van zijn eigen wanhoop en heeft het goed getroffen met zichzelf, met zijn luiheid en inertie. Hij heeft geen boodschap, laat hij weten, en schrijft voor zichzelf, uit verveling.
    Maar dat liegt hij. Want er zit wel degelijk een boodschap in zijn klagerige nihilisme. En die is dat het 19de-eeuwse geloof in vooruitgang funest is. Hij haat het optimisme dat de vooruitgang wetmatig voort laat schrijden. Zijn wij werkelijk niet meer dan het product van chemische processen, niet meer dan de wiskundige optelsom van causale factoren? Is de mens soms niet vrij om van verwoesting en chaos te houden, desnoods ook van zijn eigen ondergang? ...
    De latere autoriteiten van de Sovjet-Unie verwierpen het boek zonder enige verdere discussie. Wat heb je immers aan een zuurpruim die zich keert tegen elke redelijkheid? Die het recht op stomheid verdedigt en zelfs protesteert tegen de natuurwetten; die als hij zin heeft geloven wil dat 2 x 2 = 5? ‘Te veel begrijpen – dat is een ziekte’, briest onze Petersburgse nihilist, en één ding kun je van de wereldgeschiedenis niet zeggen, merkt hij op: ‘dat de rede er heerst.’ ...
    ... De aantekeningen beschrijven de frustratie van niet al te domme jonge mannen die zich van de wereld afsluiten. Dat gebeurt op een obsessieve manier, waardoor het volgens onze nihilist ‘al geen literatuur meer is, maar dwangarbeid’.
    En óf het literatuur is. In het ondergrondse broeit verzet tegen het geordende leven van de koopzondag en andere gezelligheid, er smeulen haat, geweld en terrorisme. Dostojevski breekt op het laatst de aantekeningen af, hoewel ze nog lang niet geëindigd zijn. Zijn hoofdpersoon ging maar door, schrijft hij, maar ‘wij vinden dat we hier wel kunnen ophouden’. De lezer is ondertussen een onaangenaam pleidooi voor menselijke vrijheid in de maag gesplitst.

En (Trouw, 27-12-2006, door Elma Drayer):
  Een samenleving waaruit alle smetjes gestaag zijn weggepoetst lijkt me geen al te aangenaam oord

Ach ja, de abortusstrijd, nu alweer ruim dertig jaar geleden. Mijn zusters van weleer kwamen op voor het onvervreemdbaar recht op zelfbeschikking.
    De vrouw, en zij alleen, moest kunnen beslissen of de baby in eigen buik welkom was. Een nette, wettelijke regeling moest voor altijd een einde maken aan het gevaarlijke gemier met breinaalden in smoezelige achterkamertjes. ...
    Maar er is de wet. En er is de moraal. En de ongemakkelijke kanten van het verschijnsel zouden ons allemáál wel wat meer mogen beroeren. Zeker nu binnenkort elke zwangere vrouw in Nederland standaard recht heeft op een prenatale screening. ...
    Sommigen menen dat door die massaal aangeboden screeningen het klimaat voor gehandicapten snel zal verslechteren. Dat ouders die – bewust of onbewust – toch een imperfecte baby op de wereld zetten, steeds openlijker te horen zullen krijgen: zo’n kind, dat hoeft toch tegenwoordig niet meer?
    Ik weet niet of die sombere voorspellingen zullen uitkomen. Wel lijkt me een samenleving waaruit alle smetjes gestaag zijn weggepoetst geen al te aangenaam oord. Ook omdat natuurlijk nooit álle pech valt uit te bannen. ...

Wat een misverstand. Alsof er ooit iets zou kunnen komen als een samenleving waar alle smetten zijn weggepoetst - laat staan de smetjes. Zoals de laatste zin al aangeeft. Het is allemaal onzin, dus, die angst - het is een verborgen voorliefde voor de smetten. Stel je voor ... geen smetten, niets om over te schrijven als journalist of stukjesschrijver.
    Of schrijver (de Volkskrant, 10-11-2006, recensie door Arnon Grunberg):
  Wie ben ik ?

De Italiaanse schrijver Luigi Pirandello (1867- 1936) wilde alles vernietigen, behalve zijn identiteit. Zijn roman Iemand, niemand en honderdduizend (1926) gaat daarover - over wie je denkt te zijn en wie je bent in de illusie van anderen. Schrijver Arnon Grunberg verbindt deze roman met hoe Pirandello zelf het leven zag.


...      Pirandello’s Iemand, niemand en honderdduizend is een van de merkwaardigste romans die ik de afgelopen jaren heb gelezen. Het boek heeft veel weg van een studie naar de aard van de waanzin, zonder dat de hoofpersoon werkelijk waanzinnig kan worden genoemd. Men zou deze roman ook een verhandeling kunnen noemen over het waarheidsgehalte van de werkelijkheid, of beter gezegd het gebrek daaraan.
    Hoofdpersoon is Vitangelo Moscarda, de zoon van een bankier, die terend op het vermogen van zijn vader in het stadje Richieri leeft. Zijn dagen zijn gevuld met een zekere lethargie, zonder dat dat al te negatief moet worden uitgelegd. Er zit schoonheid in bewuste passiviteit. ...
    ‘Een naam is niets anders dan dat, een grafschrift’, concludeert Moscarda. ‘Het hoort bij de doden.’
    Zo leeft Moscara uiteindelijk in de waarheid, zonder namen, zonder constructies, maar ook zonder mensen, alleen met dingen.
    Pirandello wilde alles vernietigen, schrijft Max Nord, behalve zijn boodschap ‘die uiteindelijk zijn identiteit was’.
    In een interview over het fascisme had Pirandello eens gezegd in God te geloven. Maar hij voegde daaraan toe: ‘God houdt niet van de mensen.’

Met die laatste zin bedoelt Pirandello natuurlijk ook: "Ik houd niet van mensen."  Schrijver Arnon Grunberg, zelf een erkend cynicus, heeft er geen probleem mee.

Volgende reeksje (de Volkskrant, 13-06-2008, door Liesbeth van de Grift):
  Rusteloos, volhardend vat venijn
 
Gedurende haar grootse en meeslepende loeven vond Martha Gellhorn, de beroemdste oorlogsjournaliste allertijden, ook nog tijd voor het schrijven van brieven. De beste zijn nu gebundeld.


...  Van haar minder charmante karaktertrekken was ze zich volledig bewust, maar die konden haar weinig schelen. Het laatste wat ze wilde zijn was ‘goed maar saai’: ‘Goed zijn, dat is iets voor miezerige mensjes die niet beter weten.’

En (de Volkskrant, 19-06-2008, door Karin Veraart):
  Interview | Acteur Jeroen Willems

‘Ik kan, ik kan, ik moet’

Geheimzinnige personages, met een haast dierlijke kracht, gevaarlijk, met een erotische uitstraling, dat is Jeroen Willems. Nu, in het Holland Festival, weer. Als Lucifer én als De Valmont. ‘Ik moet er erg aan wennen alles in m’n eentje te beslissen.’


Fotobijschrift: Jeroen Willems: ‘iemand vroeg laatst of ik zou kiezen voor de hemel of voor de hel. Dat wordt de hel – ik denk dat daar uiteindelijk interessantere mensen zitten.’

Die Valmont die Jeroen Willems zo graag speelt is, zoek het maar op, ook tuig.
    De favoriete filosoof van de redactie, Marjolijn Februari, heeft dit geval ook opgemerkt (de Volkskrant, 28-06-2008, column door Marjolijn Februari):
  Het heeft iets parmantigs, dat lonken naar de duisternis

...    Het is een leuk spelletje om anderen te bekritiseren en over het algemeen ben ik net als iedereen tamelijk frivool in mijn oordelen en vooroordelen. Daar is ook niets mis mee in het dagelijks leven. Fatsoen is voor een groot deel een kwestie van smaak, van redeloze etiquette en plaatselijke cultuur. Je kunt goed volhouden dat het hoogst onbehoorlijk is om rond te rijden met een oranje leeuwenstaart uit je kofferbak. Alleen: echt slecht – ik bedoel door en door slecht – zijn mensen die zoiets doen natuurlijk niet.
    Toch zijn ze er wel, slechte mensen; of liever gezegd, mensen die slechte dingen doen. Die gedrag vertonen dat veroordeeld moet worden. Geen kwestie van smaak of etiquette, geen kwestie van lifestyle, maar regelrecht verderfelijk en afkeurenswaardig. En dan denk ik voor het gemak aan het gedrag van seriemoordenaars, kinderverkrachters, Idi Amin, Eichmann, Pol Pot, Stalin, Robert Mugabe.
    Dat ik het opeens nodig vind daarover met u te praten, heeft te maken met een raar interview dat ik las. Een mooi interview was het wel, met een ongetwijfeld goedbedoelende acteur, maar ik viel toch over een rare uitspraak die hij deed. ‘Grappig’, zei hij, ‘iemand vroeg laatst of ik zou kiezen voor de hemel of voor de hel. Dat wordt de hel – ik denk dat daar uiteindelijk interessantere mensen zitten. Meer stoute mensen, en die vind ik toch wel leuker. Dan moet het maar wat branden.’
    Ja, je zag ze meteen zitten, die interessante mensen in de hel. Inderdaad, Idi Amin, Eichmann, Pol Pot, Stalin, een lege stoel voor Mugabe. Geef toe, zo’n aanbod kun je je niet laten ontgaan, dan moet het maar wat branden. Natuurlijk bedoelde de aardige acteur dit niet zo, hij zei het alleen maar om zijn aantrekkelijkheid te vergroten, maar het was wel de zoveelste keer dat je de lof van de hel hoorde bezingen door een gezeten burger.
   Het heeft iets parmantigs, dat lonken naar de duisternis – de Griezelbus toert door het land – maar het heeft ook iets onverstandigs. Keer op keer wordt zo de suggestie gewekt dat alleen saaie mensen bijdragen aan schoonheid en goedheid; de leuke en interessante mensen misdragen zich, en wel zo ingrijpend dat ze de hel verdienen. Terwijl het in feite precies andersom is. Je misdragen is gemakkelijk, iedereen kan het, iedereen doet het, niets om trots op te zijn. Interessant wordt het pas als mensen iets moeilijks presteren dat gelukkig maakt.

Zo mooi kan deze redactie het niet zeggen.
     Zie ook nog hier  .

Nou, nog eentje maar - omdat deze zo expliciet dit thema bespreekt, en een bekentenis aflegt (de Volkskrant, 14-08-2008, door Hans Driessen ):
  Cirkelen rond de aantrekkelijkheid van het kwaad

Lage lusten en vechtende stieren

In zijn nieuwe essaybundel stelt Ger Groot zich luchtig op tegenover het kwaad, waarvan dikwijls ook valt te genieten
.

Ger Groot is een veelzijdige en uiterst productieve publicist en columnist. Hij schrijft met vaardige pen over de meest uiteenlopende onderwerpen: stierenvechten, de wratjes van zijn dochter, (vooral Spaanstalige) literatuur, de hermetische poëzie van Paul Celan en wat al niet.
    Uit de stukken die hij de afgelopen vijftien jaar schreef, heeft hij een ruime keuze gemaakt, die onlangs onder de titel De gelukkigste illusies. Over kwaad en verlossing verschenen is.
    ... Groots ambitie reikt echter hoger: hij pretendeert in zijn 'Woord vooraf 'dat de hier verzamelde stukken allemaal cirkelen rond één thema, het kwaad, waarbij hij twee aspecten van het kwaad speciaal wil belichten: ten eerste de aantrekkelijkheid (of de aantrekkingskracht) van het kwaad en ten tweede de onmogelijkheid een strikte scheiding te maken tussen goed en kwaad.   ...
    Groot benadert het 'kwaad', zo zou je kunnen zeggen, vanuit een persoonlijke fascinatie, en wel in de vorm van het stierenvechten, de 'schandaleuze' kunst en de pornografie. Hij vermijdt daarbij elke 'rechtlijnigheid van stavast', met andere woorden hij schort het morele oordeel zo lang mogelijk op. Het kwaad heeft zoveel genot te bieden dat een mens zichzelf tekort zou doen door het op voorhand categorisch af te wijzen. Waar deze houding in kan uitmonden blijkt uit het stuk over het stierenvechten.
    Met kennelijke instemming citeert Groot tot twee keer toe Tucholsky's notities naar aanleiding van diens bezoek aan een stierengevecht: na in eerste instantie lucht te hebben gegeven aan zijn afschuw van het leed dat hier aan de stier, maar vooral ook aan de paarden van de picadors wordt toegevoegd, eindigt Tucholsky met de zin: 'Maar wanneer er morgen weer een is, ga ik er opnieuw naartoe.' ...

Mooi - dat weten we ook weer.

De volgende is weer van de Jan Mulder-soort: bewondering voor de stoere jongens van de zelfkant (de Volkskrant, 24-11-2008, column door Bert Wagendorp):
  Joho!

Tussentitel: Was ik een Somaliër in Boosaaso, dan werd ik ook piraat

Volgens The Economist was de kaping van de olietanker Sirius Star, voor de kust van Somalië, de grootste zeeroof ooit: er zat voor tachtig miljoen dollar olie in het schip. Eindelijk eens een vergissing van het onfeilbare blad. In 1628 kaapte Piet Hein de zilvervloot, ter waarde van 11.509.524 gulden, omgerekend naar 2008 ongeveer een half miljard euro.
    Knap staaltje, waarvoor Piet nog altijd uitbundig wordt geprezen. Vertel mij wat over piraten. ...
    Wij zijn een natie, gebouwd op piraterij en roof.
    Kapers, piraten, boekaniers, zeerovers: intrigerende types. ...
    In de 'piratennesten' langs de Somalische kust is het precies de liederlijke toestand die je je bij 'piratennesten' voorstelt. In de New York Times stond een tijdje geleden een reportage uit het 'piratennest' Boosaaso. Er was een twee dagen durende bruiloftspartij met volop geitenvlees en wilde zeeroversdansen. Er kwam een meisje van 21 aan het woord dat zich gelukkig prees dat ze sinds kort ook verkering had met een piraat.   ...
    Veel piraten in Somalië, zag ik in een tv-reportage, waren vroeger visser. Maar de grote visserstrawlers uit het Westen hebben de zee leeggevist. ...
    De zeerovers hebben dit jaar 75 schepen gekaapt, met een geschatte opbrengst van 120 miljoen dollar.
    Dat krijg je, als je met je volgeladen schepen van de westerse welvaart langs mensen vaart die verrekken van de honger en voor wie elk ander doel dan overleven een vorm van luxe is.
    Was ik een Somaliër in Boosaaso, werd ik ook piraat.

De bekende riedel: wij waren vroeger ook slecht - de armoe is de schuld van het westen - het zijn zielige vissers en boertjes. Antwoorden: we leven nu - de armoe is de schuld van de bendeoorlogen, en het antwoord op de laatste is een foto afkomstig van een ander artikel, van een aantal zojuist gevangen genomen piraten:

En hier zien we geen arme boertjes of vissers, maar de jonge leden van een clan- of stambende, die inderdaad vast geen werk kunnen vinden, maar dat is omdat deze jonge mannen, waarvan er waarschijnlijk veel te veel zijn, het ook veel leuker en makkelijker vinden om oorlogje te voeren en schepen te overvallen, dan met schep of hamer het land op te bouwen - geen glamour in dat laatste.
    Maar ze hebben wel een mooi kleurtje.
    Tussen twee haakjes: deze lieden komen uit hetzelfde land waar laatstleden een meisje van 13 is gestenigd ten overstaan van een stadion gevuld met een man of duizend. Omdat ze was verkracht door drie mannen, en bij twee van de drie was dus sprake van overspel - volgens de sharia.
    Dat zijn wel het soort mensen die onze morele steun verdienen, want ze hebben een kleurtje
    Wat zijn die multiculturalisten toch een viezerikken.

Terug in de tijd (de Volkskrant, 13-12-2008, door Wim Wirtz):
  Een knettergekke keizer!

De Romeinse keizer Heliogabalus (218-222) was 14 toen hij in Rome op de troon werd gehesen en zich algauw onderscheidde door extravagant gedrag. Hij benoemde zichzelf tot 'allerhoogste priester' van de zonnegod Elagabal, hij kleedde zich als vrouw, vroeg zijn artsen een vagina in zijn lichaam te snijden, prostitueerde zich met groot geschapen mannen, baadde zich in zwembaden vol rozenwijn, bedolf zijn gasten in de eetkamer onder een lawine van bloemen die hij uit draaibare plafonds liet neerdalen, 'zodat sommigen zelfs stikten', hij spande naakte vrouwen voor zijn wagen en reed dan bloot door de stad.   ...
    Later zou Heliogabalus postuum alsnog naam maken als idool van dwarse geesten. Dat gebeurde met name in de late 19de eeuw, toen westerse schrijvers en kunstenaars hem op het schild tilden als reactie op de burgerlijke moraal van die tijd. Tientallen boeken werden aan hem gewijd, drie opera's en enkele films werden er over hem gemaakt. Louis Couperus raakte door de perverse, decadente keizer geïnspireerd tot zijn roman De berg van licht.
    'Het was sowieso de notie van decadentie en het verval van het Romeinse Rijk waarvoor kunstenaars grote aandacht hadden', zegt Icks. ...

Die aandacht voor het slechte van onze alfa-intellectuele elite is dus niet iets van de moderne tijd. Maar dat wisten wij nuchterlingen al.

Nog verder uit het archief, met een opvallende overeenkomst (CNN.com, 09-07-2003, Reuters):
  Geniuses, criminals do best work in their 30s

Geniuses and criminals may not seem to have much in common but they both do their be:t work in their 30s -- and mainly to impress the opposite sex.


When Satoshi Kanazawa, of the University of Canterbury in New Zealand, studied biographies of prominent, mostly male scientists he discovered that they made their key discovery before their mid 30s, around the same age that criminal behavior peaks.
    He believes the male competitive urge to attract females is a driving force for the scientific and criminal achievements, according to New Scientist magazine.
    "They do whatever they do" in order to win the sexual attention of women, Kanazawa said.    ...

Wat ook wat zegt over vrouwen ...

Terug naar de klassiek versie: alfa die van misdaad houdt (de Volkskrant, 20-05-2009, column door Ronald Giphart):
  Bonnie en Clyde

Tussentitel: De toeschouwers zien het verraad op het gezicht van de boer

Wat is de aantrekkingskracht, ja zelfs de schoonheid van geweld? Aanstaande zaterdag precies 75 jaar geleden werden een zwaar bewapende man en vrouw door de politie in een hinderlaag gelokt, in de buurt van de Highway 154 en de Interstate 20, richting Gibsland, Louisiana. Het paar had een lange criminele strooptocht achter de rug, waarbij vele banken en winkels werden beroofd, en veertien mensen vermoord. De man en vrouw waren vaker in vuurgevechten verzeild geraakt, maar steeds waren ze de dans ontsprongen. Voor de zekerheid vuurden zes agenten welgeteld 187 kogels af op hun gestolen Ford V-8. De inzittenden, Bonnie Parker en Clyde Barrow, waren op slag dood.
    Al tijdens hun leven was er een Bonnie and Clyde-industrie op gang gekomen. ... Na hun dood steeg hun populariteit ongekend. Recentelijk verschenen er meerdere boeken (onder andere een die hun legendarische tocht bekijkt in het licht van de huidige recessie), er zijn zeker drie lopende theaterproducties (twee musicals en een oral history), het paar is bezongen in tientallen liedjes en in juli beginnen de opnamen van een nieuwe verfilming genaamd The Story of Bonnie and Clyde (verschijnt in 2010 ).
    Morgen wordt het jaarlijkse tweedaagse Bonnie and Clyde Festival gehouden, ter nagedachtenis aan de gebeurtenis uit 1934. ...
    'Deze video is mogelijk niet geschikt voor minderjarigen', waarschuwt YouTube bij de slotscene uit die klassieker. De acteurs Warren Beatty en Faye Dunaway knabbelen samen van een appeltje, waarna ze nietsvermoedend een bevriende boer langs de weg zien staan. Beatty stapt uit, maakt een praatje, en dan begint het. In de verte komt er een auto aan, een zwerm vogels vliegt op vanuit de bosjes. De toeschouwers zien het verraad op het gezicht van de boer, ... Ze proberen in elkaars armen te sterven, maar tevergeefs. Vlak voor het verzengende vuur losbarst, kijkt Faye haar minnaar nog een keer aan: een blik vol mededogen, berusting en liefde. De schoonheid van geweld. ...

De eerste zin zegt al genoeg. En de laatste twijfel wordt weggenomen door iets dat minder opvalt: 'het verraad ... van de boer' ... Hoezo, verraad? Sinds wanneer zijn normale mensen trouw verschuldigd aan misdadigers die uit plezier moorden plegen?
    Giphart ziet niet wat hij schrijft, gestoord als zijn blik is door zijn positieve vooringenomenheid met geweld.

En wie niet aan de verheerlijking van slechtheid doet, wordt met hoon overladen (de Volkskrant, 20-05-2009, door Mark Leenhouts):
  Op naar de binnenkant

China is Schwerpunkt op de Buchmese 2009, die woensdag in Frankfurt begint. De aandacht gaat vooral uit naar jonge schrijvers, die elders nog niet zijn vertaald. Doen zij  het anders dan de oudere generatie?

'De Chinese literatuur van nu is troep!'Dat zei vertaler en éminence grise van de Duitse sinologie Wolfgfang Kubin drie jaar geleden in een interview met een Chinese krant. ... ten derde omdat ze zo laf waren hun eigen werk al samen met de uitgever te censureren voordat de politiek eraan te pas kwam.   ...
     ... Maar gelukkig poogt de Buchmesse meteen een inhaalslag door zich op de jongere generatie schrijver te richten, dertigers die elders nog amper vertaald zijn.
   Piepen zij anders dan de ouden zongen? De als veelbelovend getipte Xu Zechen, geboren in 1978, bericht in zijn werk graag de zelfkant van de maatschappij. ...

Natuurlijk! Literatuur is geen literatuur als het niet gaat over de zelfkant van de maatschappij.

Slechtheid doet ook prijzen winnen (Volkskrant.nl, 11-12-2009, ANP):
  Arnon Grunberg wint Huygensprijs

Arnon Grunberg heeft de Constantijn Huygens-prijs gewonnen voor zijn hele oeuvre .... Dat heeft het bestuur van de Jan Campert-stichting donderdag laten weten. ...
    In het juryrapport wordt Grunberg geroemd om zijn ‘nietsontziende verbeelding van de meest zwarte kant van de mensheid in zijn romans. ...

 Prachtig toch, die meest zwarte kant der mensheid ... uitleg of detail

Vindt ook regisseur Dana Nechustan:
  Met films als Total Loss en Nachtrit had Dana Nechustan (38) al getoond dat de duistere kant van mensen haar integreerde. Dat de serie over Annie M.G.Schmidt op haar weg kwam, beschouwt ze achteraf dan ook als een welkom geschenk. 'Ze kon heel gemeen zijn, dat vind ik zo geestig.'

...    Haar eindexamenfilm Djinn (1994) werd meteen genomineerd voor een Oscar voor de beste studentenfilm. Total Loss, haar eerste bioscoopfilm, een zwartgallig verhaal over drie jonge mannen die zich doodrijden, werd echter neergesabeld. 'Een van de meest wanstaltige Nederlandse producties sinds jaren', schreef een recensent.

Wat doet dat met je, zulke kritiek?
'Het haalt je compleet onderuit. Ook omdat ik tot op dat moment een zondagskind was. Ik had alleen maar succes gehad. En toen ging ik dus knock-out, en echt totaal. Ik was nog jong, ik had nog geen kinderen, geen relativeringsvermogen. Het was het einde van de wereld. Ik kan die film nooit meer zien zonder die kritiek te voelen. ...'   ...

Nachtrit, je film over de Amsterdamse taxi-oorlog, werd wel goed ontvangen. En toen was je kwaad dat jij als regisseur geen Gouden Kalf won. Sputtert: 'Nou, kwaad. Kwaad is het woord niet.' Harde lach: 'Ik was woedend! Als je vier nominaties hebt - voor beste mannelijke bijrol, beste vrouwelijke bijrol, beste acteur en beste film - is dat toch een eigenaardige keuze. Acteurs spelen zo'n rol niet uit zichzelf.' ...

Gemenigheid en de slechte kant van mensen zijn leuk en interessant. Tot het jezelf treft. Dan zijn precies diezelfde zaken ineens heel anders. Dat verschil zouden we nu graag iets over vernemen van Dana Nechustan, en haar creatieve soortgenoten.
    Gunst, tijdens het nalezen vallen nog twee dingen op:
  Tot je 6de woonde je in een kibboets. Hoe kwam dat zo? 'Mijn moeder is Nederlands en joods, zij ging naar Israel om als fysiotherapeut in een ziekenhuis te werken. Daar heeft ze mijn vader ontmoet. ...

Wat is je eigen zwarte kant? 'Jeetje. Die wil ik niet terugzien in de krant. Ik had me voorgenomen niet te jokken in dit gesprek. Vrienden hadden het ook gezegd: doe nu eens een interview zonder te jokken, Dana. Tot nu toe is dat gelukt.'

We waren hadden in de geest al de theorie geformuleerd dat liegen, jokken, een zaak is die vooraf gaat of samen gaat met vele andere, als meer ernstig gekwalificeerde, zonden. Hier dus het verband tussen liegen en de voorliefde voor het slechte.
    Grappig genoeg zien we ook nog een gemeenschappelijke achtergrond met onze voorgaande liefhebber van de slechtheid: Arnon Grunberg.

Maar het komt ook in noordelijke kunstenaarskringen voor (Volkskrant.nl, 02-04-2010, ANP):
  Belgische babymoordenaar heeft bizarre fan

De Belgische babymoordenaar Kim de Gelder heeft een fan. Een 40-jarige Zweedse kunstenares stuurt vurige liefdesbrieven en solliciteerde vergeefs naar een baan in de gevangenis waar de 21-jarige Belg vastzit.
    De Zweedse Angelina Elander uit Lulea lanceerde al een internetpetitie om Kim de Gelder vrij te krijgen. ...
    De Gelder stak in januari 2009 baby's en leidsters neer in een crèche in Dendermonde. Twee baby's en een leidster stierven, tien baby's en twee leidsters raakten gewond. Eerder vermoordde hij zomaar een bejaarde boerin.
    De Gelder beweert zelf dat hij stemmetjes hoorde die hem dwongen te moorden. ...

De heer Grunberg van de Volkskrant de mogelijkheid gekregen (sinds 29 maart, met de overgang op een ander formaat) om op de voorpagina van die krant een dagelijkse minicolumn te vullen. Hier een voorbeeld van hoe de heer Grunberg dat invult (de Volkskrant, 03-04-2010, column door Arnon Grunberg):
  Fatsoen

Een tijd geleden schreef een sportverslaggever van deze krant dat de heer Afellay (een voetballer) zich aan zijn verantwoordelijkheden had onttrokken door na afloop van de wedstrijd niet met de pers te praten.   ...
    Het praten met de pers lijkt kerkgang en biecht volledig vervangen te hebben: een bewijs dat men fatsoenlijk is of in elk geval bereid is binnen afzienbare tijd fatsoenlijk te worden.
    In diezelfde tijd gaf de heer Afellay een tegenstander een elleboogstoot. Ik vond dat prachtig.
    Zoals de cultuurpessimist naar de samenleving kijkt, zo kijk ik naar sport: alleen de misstanden interesseren me.   ...

Zoals hier gedocumenteerd zijn deze amorele trekken van de heer Grunberg al langer bekend. De Volkskrant is dus ondersteuner van dit soort immoraliteit.

Weer iemand anders - alleen de kop volstaat (de Volkskrant, 03-04-2010, door Ineke van den Bergen):
  Interview thrillerauteur R.J. Ellory

'Ik schrijf over mensen op hun slechtst'

Als zo'n auteur dan ook nog rechts is ... (de Volkskrant, 19-05-2011, van verslaggevers Merijn Rengers en John Schoorl):
  Vastgoedsector verzweeg miljard euro voor fiscus

Tussentitel: Voor 330 miljoen aan boetes en naheffingen opgelegd

De vastgoedsector is woensdag nog meer in opspraak geraakt. Uit grootschalig onderzoek van de Belastingdienst blijkt dat de sector voor 1 miljard euro verzweeg door de inzet van stromannen en andere constructies.
    De fraude kwam aan het licht na 1.291 bedrijfsonderzoeken, waarbij 'in de helft van de gevallen fiscale onregelmatigheden werden geconstateerd'. ...
    Dit onderzoek naar vastgoed is begonnen in 2007, en leidde ook tot acht strafrechtelijke onderzoeken, zoals de zaak Klimop, waarin vastgoedmagnaat Jan van V. - samen met andere adviseurs, notarissen en projectontwikkelaars - het Rabo Bouwfonds en het Philips Pensioenfonds voor miljoenen euro's oplichtte.   ...
    Donderdag en vrijdag gaan de zittingen van de zaak-Klimop verder. Ook hierin staat Jan van V. centraal. De miljonair doet telkens uitgebreid uit de doeken hoe verdorven de branche is, en hoe dit eigenlijk al tientallen jaren het geval is.
    In het nieuwste nummer van het weekblad Elsevier doet schrijver Leon de Winter verslag van zijn vele ontmoetingen met Jan van V., die zelf het initiatief hiervoor nam. Bloemendaler De Winter zet Van V., geboren en getogen in Bloemendaal, neer als 'een helder denkende man met een soort zeventiende-eeuwse ondernemingsdrift'.
    Verder omschrijft De Winter Van V. als 'een gedreven visionair die lange tijd in de hoogste lagen van het onroerend goed een goede reputatie had - tot hij door het OM ten val werd gebracht'.

Het overigens niet de eerste keer dat we de heren Grunberg en De Winter in dezelfde context tegenkomen ...

En zoals zo vaak: onderzoek bevestigt het gezonde verstand (de Volkskrant, 10-12-2011, door Peter van Ammelrooy):
  Creatief maakt oneerlijk

Creatief boekhouden is meer dan een eufemisme, denken onderzoekers van de Duke University en Harvard University na een experiment waarover ze schrijven in de Journal of Personality and Social Psychology. Uit proefnemingen blijkt dat mensen met een creatieve geest sneller de neiging vertonen om de boel te beduvelen als ze er persoonlijk (financieel) wijzer van worden.   ...

En dat kan je natuurlijk naadloos uitbreiden naar alle situaties waarin er sprake is van eigen voordeel.   
  De onderzoekers stelden van 97 proefkonijnen (studenten) eerst vast of ze over veel of weinig verbeelding beschikten. Daarna kregen ze puzzels en kennisvragen voorgelegd, met geld als beloning voor de goede oplossing en antwoorden. Als de onderzoekers een gelegenheid gaven om vals te spelen gingen de creatievelingen daar eerder toe over dan de proefpersonen met een kleinere verbeeldingskracht. 'Een grotere creativiteit helpt individuen moeilijke taken te volbrengen op veel terreinen, maar een creatieve geest kan personen ook aanzetten om onethische wegen te bewandelen als ze een oplossing zoeken voor problemen of opgaven', zegt Francesca Gino van de Harvard University.

"Aanzetten tot" lijkt hier niet de juiste uitdrukking - misschien is er iets mis met de vertaling. Het lijkt in ieder geval meer een zaak van "biedt extra mogelijkheden tot"- waarbij het zo is dat velen die mogelijkheid aangrijpen.
    Dit is natuurlijk allemaal hoogst politiek-incorrect:
  Psychologen zetten vraagtekens bij de uitkomsten. David Dunning van Cornell University zegt dat de psychologie jaren heeft geworsteld met de vraag of oneerlijkheid een karaktertrek of een reactie in specifieke omstandigheden is. 'In sommige situaties gedragen we ons netjes, in andere niet.' Dunning vraagt zich of de onderzoekers de rol van creativiteit niet overschatten.

Waarbij David Dunning gebruik maakt van de vrijheid die de creativiteit die je normaliter associeert met topwetenschappers, om een door cijfers onderbouwd onderzoek op grond van persoonlijke meningen te betwijfelen.

Nog maar weer eens een erkenning uit de eigen wereld (de Volkskrant, 24-12-2012, column door Aleid Truijens):
  Vannacht pleeg ik weer lekker een moord

Duizenden keren heb ik iemand gemarteld, vergiftigd, knock-out geslagen, met pek overgoten of langzaam maar afdoende de nek omgedraaid. Schepsels die zo'n behandeling volkomen verdienden, omdat ze anderen, de mijnen en soms mijzelf, kwaad hadden gedaan, hadden vernederd, getreiterd, verraden, monddood gemaakt of gepijnigd. Hoeveel jaren gevangenisstraf moet ik daarvoor, redelijkerwijs, uitzitten? Ik loop nog vrij rond. Want ik deed het alleen stiekem, in gedachten. 's Nachts, in die zinsbegoochelende, slapeloze uren waarin alles kan. Laf, en verstandig.
    Het geeft wel lucht, die innerlijke wraakacties. ...
    Ik moest denken aan discussies met Herman Franke, schrijver, criminoloog en columnist in deze krant. Ruim twee jaar geleden overleed hij, 61 jaar oud. Een generatiegenoot en een geestverwant van Bauduin. Vorige week kwam een bundel met zijn beste essays uit, De ziel van Nederland. Over veel dingen waren we het eens, maar hierover niet: ik vond het onrechtvaardig dat criminologen en psychiaters zich veel meer zorgen leken te maken over de arme, belaste daders dan over de slachtoffers. Ook al hielp opsluiten niet en nam de misdaad er niet door af, het moest toch, vond ik, om het slachtoffer recht te doen.
    Franke nam ontslag van de universiteit en ging romans schrijven. Daarin, zoals in de schitterende roman De verbeelding, bleef hij een beetje de begripvolle criminoloog. Maar nu kroop hij ín het hoofd en hart van al die mensen: ruziezoekers, brokkenpiloten, helden, overspeligen, miskenden, verraders. 'Schrijvers', vond hij, 'zijn misdadigers zonder strafblad. De morele vrijheid die schrijvers zichzelf achter hun bureau toestaan , is dezelfde vrijheid die mensen tot misdaden kan brengen. ...

Vandaar die op zich merkwaardige sympathie van alfa's voor misdadigers ... Verwante zielen.

Een pregnant voorbeeld van ene bekend verschijnsel (de Volkskrant, 16-01-2014, van correspondente Leen Vervaeke):
  'Duivelse' vrouw splijt België

Collectieve verontwaardiging in België. Waarom neemt schrijfster Kristien Hemmerechts in haar nieuwe boek Michelle Martin, de ex van seriemoordenaar Marc Dutroux, in bescherming?


In een zwarte, uitdagende jurk en met een blonde pruik: zo kruipt de Belgische schrijfster Kristien Hemmerechts in de huid van Michelle Martin, de ex-vrouw van seriemoordenaar Marc Dutroux. Letterlijk, voor een fotosessie bij een interview in het weekblad Humo. En figuurlijk, in haar nieuwe boek De vrouw die de honden te eten gaf.
    Het boek, een reconstructie van de zaak-Dutroux vanuit het standpunt van Martin ...

Het verschijnsel dat in dit soort contexten een welig tierend verschijnselen vormt: de leugen. Hier de eerste: het boek is geen reconstructie vanuit het standpunt van Martin, aangezien er, in zo'n soort persoonlijke zaak, maar één kan spreken over het standpunt vanuit Martin: Martin. Auterur Hemmerechts heeft het uitsluitend en alleen over haar eigen fantasieën over Martin.
    Even nog het soort zaak:
  Michelle Martin, die Dutroux op haar 21ste leerde kennen, hielp haar toenmalige echtgenoot om meisjes te ontvoeren en te verkrachten. Toen Dutroux begin 1996 een paar maanden in de gevangenis zat, ging ze naar zijn huis in Marcinelle om de honden te voeren. De 9-jarige Julie en Mélissa, die in de kelder opgesloten zaten, liet ze van honger sterven.

Volkomen definiërend, zoiets.
    En dus wekt een boek met ook maar welke ook nuance afkeer:
  Het boek ...
    ... wekt in België heel wat ophef. Nog voor de publicatie lieten de nabestaanden van Dutroux' slachtoffers al hun afschuw blijken. Nu het boek er ligt, spreken de Belgische media van 'een geweldige provocatie': 'Een apologie voor de meest gehate vrouw van België.'
    Hemmerechts zelf zegt Martin helemaal niet te willen verdedigen, maar slechts te willen begrijpen....

Een tweede grove leugen: iemand begrijpen kan twee kanten op: beter dan eerste 9indrukken, of slechter. In vrijwel alle gevallen van dit soort geschrijf pakt het beter uit voor de slechterik. Dat is geen begrijpen - dat is goedpraten.
  'Ik vond het voor mezelf een literaire uitdaging om in het leven van die vrouw te gaan staan en om te onderzoeken: hoe komt iemand tot zo'n gruwelijke daad? Men zegt altijd: 'Hoe is het mogelijk?' Dit is mijn poging om dat te achterhalen.'

Alweer een leugen: het achterhalen kan met minstens 50 projcent kans tot het ontdekken van nog meer narigheid. En, alweer, dat is zelden tot nooit het geval in dit soort geschrijf. Dat men altijd verantwoordt onder de noemer 'literatuur'. En ook hier dus.
    De auteur van het artikel:
  In België is Martin vaak voorgesteld als de verpersoonlijking van het kwaad.

Vraagje: is dat correct? Antwoord: Zoek een geval dat slechter is. Praktijk: Dat zal zeer moeilijk worden. Dus: is Martin  de verpersoonlijking van het kwaad? Antwoord: Daarvoor is ze een uitstekende keuze. En wie dat tegenspreekt is aan het goedpraten. Op zijn minst.
  Hemmerechts probeert een genuanceerder beeld te geven. Ze beschrijft een zwaar depressieve vrouw die een destructieve band had met haar psychopatische echtgenoot. 'Ze is een mens vol tegenstrijdigheden', zegt Hemmerechts. 'Ze is het slachtoffer van wreedheid, maar ze heeft zelf ook een wrede kant.'
    De nabestaanden van Dutroux' slachtoffers vinden dat Hemmerechts Martins daden daarmee goedpraat. Paul Marchal, wiens dochter An door Dutroux werd vermoord, las het boek en ging daarna de confrontatie aan met de schrijfster. 'Je probeert een menselijk iemand aan het woord te laten, terwijl Martin dat niet is. Martin is een psychopate.'

In een televisieverslag van dit gespreek meent Hemmerechts een punt te maken: "Men heeft het almaar over dat ze de kinderen heeft laten verhongeren. En weer verhongeren. En nogmaals dat verhongeren. Voortdurend dat verhongeren". Precies. Omdat dat het kenmerkende van de zaak van Martin is.
    En het is kenmerkend voor Hemmerechts dat ze dit niet wil zien.
    Naar aanleiding van deze vertoning kwam er een gedachte op bij de redactie. Die Hemmerechts is ook één van de twee Belgen die in Nederland hebben opgetreden ter verdediging van de zaken van multiculturalisme, allochtonen en islam, en dergelijke (de ander zijnde Tom Lanoye). Zou dat verdedigen van multiculturalisme, allochtonen en islam niet doodgewoon hetzelfde kunnen zijn als het verdedigen van Martin: het verdedigen van de slechtheid. Het verdedigen van het kwaad ...

De Volkskrant is behulpzaam bij deze analyse (de Volkskrant, 16-01-2014, van verslaggeefster Wieteke van Zeil):
  Waarom fascineert Het Kwaad zo?

Grappig, dit uit de mond, of beter: pen, van de alfa's ... Natuurlijk hebben ze het, zoals het spreekwoord en de psychologie zeggen, hier over zichzelf. En er volgt nog wat uitleg.
  Wie inzicht in het Kwaad wil krijgen - argeloos kwaad, onwetend kwaad, berekend of gewetenloos kwaad - kan zich beter wenden tot kunst dan tot de werkelijkheid.

Inderdaad.
    Hoewel, dat is eigenlijk meer een gemakzuchtige opmerking dan de werkelijkheid. In de werkelijkheid weet het kwaad zich altijd weer te overtreffen - de alfa's hebben voornamelijk last van het probleem het stiekempjes te bewonderen ...
  Goya's Saturnus die zijn kinderen verzwelgt, Dantes Hel, Medea, De Vos Reynaerde, Macbeth, The Joker, Hannibal Lecter - we kunnen ernaar kijken of over ze lezen met een koekje en een kopje thee erbij. Het stilt onze fascinatie met geweld, ons verlangen getuige te zijn van het grensoverschrijdende, het verbodene, het gruwelijke.   ...
    De ophef rondom het boek over Michelle Martin dringt een vergelijking op met het portret Myra van Markus Harvey: in 1997 toonde de Royal Academy in Londen dit op de tentoonstelling Sensation. Myra Hindley was in 1965 veroordeeld voor vijf kindermoorden en voorafgaand seksueel misbruik. Detail: het ruim drie meter hoge portret is opgebouwd uit afdrukken van kinderhandjes. De ramen van de Royal Academy werden al op de openingsdag ingegooid, het werk werd gemold, families van de slachtoffers noemden het een schande. De dader, tot inzicht gekomen in de gevangenis, nam ook ferm afstand van het werk en verzocht de Academy het te verwijderen.
    Deze kunst levert weerstand op, omdat ze ons dwingt ons te verhouden tot dat wat we juist willen uitsluiten.

Riposte: "Hitler dwong de Joden zich te verhouden tot een werkelijkheid die ze wilden uitsluiten. " Een riposte die nog lang niet zo banaal is als de oorspronkelijke opmerking.

Nog een voorbeeld dat laat zien hoe ingekankerd in de alfa-wereld dit soort opvattingen zijn (de Volkskrant, 14-02-2014-2014, door Vincent Kouters):
  Theater | Achtergrond | Monster-voorstellingen in première

Licht op het monster

Angst is een populair thema in het theater. Volgende week gaan twee stukken in première met monsters in de hoofdrol: een filosofische bewerking van het klassieke 'Dracula', en 'Monsters', over de moordenaars van de Britse peuter James Bulger.


Misschien een rare vraag, maar waarom zijn we eigenlijk bang voor monsters? En als we er zo bang voor zijn, waarom trekken ze ons dan zo aan? ...

Alweer dezelfde soort stelling, met precies hetzelfde "we". Praat voor jezelf! Het trekt de alfa's zo aan. De rest van de burgers stoot het af.
  Klassieke monsters als Dracula en dat van Frankenstein zijn al sinds hun ontstaan in de 19de eeuw niet meer weg te denken uit onze beeldcultuur. ...
    Ook het theater wordt bevolkt door monsters. Frankenstein was al eens een ballet, een kindervoorstelling en een toneelstuk. Volgende week is in Nederland Dracula te zien door de Vlaamse theatergroep De Tijd. Ook gaat dan bij De Utrechtse Spelen de voorstelling Monsters in première, een toneelstuk over op waarheid gebaseerde monsters. Het behandelt de brute moord op peuter James Bulger, wereldnieuws in 1993.    ...
    ... Mensen die gruwelijke dingen doen, krijgen al snel het etiket monster opgeplakt - een manier om onze angsten te bezweren. ...

Helemaal niet. Dat etiket van "monster" is om "onze" afschuw te tonen. Het redeneren van alfa's beweegt altijd van de ene onware stelling naar de andere.
  Neem Michelle Martin, de ex van Marc Dutroux. Toen Kristien Hemmerechts haar een menselijke stem

Een keiharde leugen. Michelle Martin had al een menselijke stem, gekregen bij haar geboorte, dus ze kon er nooit één krijgen. Wat de auteur dus wil zeggen dat Michelle Martin een medemenselijk persoon was. Een keiharde leugen.
  Neem Michelle Martin, de ex van Marc Dutroux. Toen Kristien Hemmerechts haar een menselijke stem gaf in haar vorige maand verschenen boek, riep ze een collectieve verontwaardiging over zich af. Die Martin was een monster, geen mens dat gevoelens kon hebben.

En een derde leugen: niemand ontkende dat ze gevoelens had - dat weet iedereen wel. Wat men ontkende was dat dat die gevoelens deugden.
  Tegelijk bleek uit de berichtgeving rond deze zaak een morbide fascinatie voor de gruwelijke details.

Precies: 'uit de berichtgeving' - bij de alfa's.
  Het toneelstuk Monsters van de Zweed Niklas Rådström gaat over die spagaat. Aan de ene kant willen we ons distantiëren van elke vorm van monsterlijk gedrag. Maar tegelijk vinden we het opwindend en willen we ook iets proeven van die grenzeloze gewetenloosheid.
    De casus die Rådström hiervoor nam, was de moord op de 2-jarige James Bulger. Maar het had net zo goed kunnen gaan over Tristan van der V., die in een winkelcentrum in Alphen aan den Rijn zes mensen doodschoot. Of grensrechter Richard Nieuwenhuis, die werd doodgetrapt op het voetbalveld, omdat niemand ingreep.

Alweer een leugen. Die drie gevallen verschillen allemaal hemelsbreed van elkaar. Zoals blijkt uit de details van de Bulger-zaak:
  Het was 1993 en in Liverpool ontvoerden Jon Venables en Robert Thompson de kleine James Bulger uit een winkelcentrum, waar hij op zijn moeder stond te wachten. Ze namen hem mee naar een treinspoor, waar ze hem martelden en ten slotte doodden. De choquerende moord werd breed uitgemeten in de pers en woedende menigtes eisten de doodstraf voor de barbaren die dit op hun geweten hadden: twee 10-jarige jongetjes.

Waarbij de schok van het publiek voor een belangrijk deel veroorzaakt werd door dit:
  Beeldvorming speelde een cruciale rol in die publieke reactie. De beelden van de bewakingscamera die het moment vastlegde waarop twee jongens met James het winkelcentrum verlieten, gingen meteen de wereld rond. Evenals de foto's van Jon en Robert. De confrontatie van het publiek met die twee onschuldig uitziende jongetjes en de onbegrijpelijke daad die zij hadden gepleegd, deed de woede goed ontvlammen.

En het deed de woede ontvlammen, omdat hier voor iedereen zichtbaar werd dat de gepleegde daad geen inval van het moment was. Een uit de hand gelopen spontane gebeurtenis. Net als in het geval Martin de "volkswoede" niet zozeer opgewekt werd door de dood van de uitgehongerde meisjes, als wel door het feit dat Martin de honden wel te eten had gegeven.
    Maar alfa's verliezen gewoon alle rede uit het oog als ze naar een door hen gewenste conclusie aan het werken zijn.
    En hier is die conclusie:
  'Jongetjes van 10 kunnen helemaal geen monsters zijn', zegt regisseur Matthias Mooij.

En nu zijn alle voorgaande leugens verklaard: die zijn nodig om tot deze conclusie te kunnen komen: het kwaad bestaat niet.
    Hetgeen nog eens een keertje expliciet bevestigd wordt:
  Interessant is wat dat betreft een vergelijkbare zaak uit Noorwegen: de moord op de 5-jarige Silje Redergård in 1994. Criminoloog David Green legt de twee gevallen naast elkaar in zijn boek When Children Kill Children. Drie 6-jarige jongentjes spelen in de sneeuw met het meisje. Ze vragen haar om zich uit te kleden. Dan slaan ze haar met stokken en ten slotte laten ze haar in de sneeuw achter, waar ze sterft. Het eerste wat de Noorse regering deed was de pers een schrijfverbod opleggen. De jongens werden onder begeleiding terug naar school gestuurd. En de moeder van het meisje verklaarde de jonge daders te kunnen vergeven. Niemand had het over monsters, de daders werden vergeten.

Oftewel: behandel het kwaad als het goed, en alles zal goed komen.
    Die Neurenbergprocessen waren dus een volkomen foute aanpak. Ze hadden die nazi's gewoon moeten zeggen dat ze het niet meer mochten doen, en loslaten.

En, voor de zoveelste keer op deze website, met het voortschrijden van de wetenschap wordt ook deze stelling bewezen (brainpickings.org, opgeslagen 23-06-2014, door Maria Popova uitleg of detail ):
  Behavioral Economist Dan Ariely on the Relationship Between Creativity and Dishonesty

“Creativity can help us tell better stories — stories that allow us to be even more dishonest but still think of ourselves as wonderfully honest people.”


...    Behavioral economist Dan Ariely belongs to the rare breed of scientists who are both actively engaged in empirical research, running all kinds of fascinating experiments in the lab, and keenly skilled in synthesizing those findings into equally fascinating insights into human nature, then communicating those articulately and engagingly to a non-scientist reader.  ... Now comes The (Honest) Truth About Dishonesty: How We Lie to Everyone — Especially Ourselves, in which Ariely asks himself a seemingly simple question — “is dishonesty largely restricted to a few bad apples, or is it a more widespread problem?” — and goes on to reveal the surprising, illuminating, often unsettling truths that underpin the uncomfortable answer. Like cruelty, dishonesty turns out to be a remarkably prevalent phenomenon better explained by circumstances and cognitive processes than by concepts like character.   ....
    Here’s where it gets interesting:
  [T]he difference between creative and less creative individuals comes into play mostly when there is ambiguity in the situation at hand and, with it, more room for justification… Put simply, the link between creativity and dishonesty seems related to the ability to tell ourselves stories about how we are doing the right thing, even when we are not. The more creative we are, the more we are able to come up with good stories that help us justify our selfish interests.

But could it be, Ariely wondered, greater intelligence was responsible for better stories? One experiment measured the brain structure of pathological liars, and compared it to normal controls — more specifically, the ratio of gray matter (the neural tissue that makes up the bulk of our brains) to white matter (the wiring that connects those brain cells). Liars, it turned out, had 14% less gray matter than the controls but had 22-26% more white matter in the prefrontal cortex, suggesting that they were more likely to make connections between different memories and ideas as increased connectivity means greater access to the reserve of associations and memories stored in gray matter. “Intelligence,” it turned out, wasn’t correlated with dishonesty — but creativity, which we already know is all about connecting things, was.
    In another experiment, Ariely tested how “moral flexibility” was related to the level of creativity required in different jobs by visiting an ad agency and studying the capacity for dishonesty in representatives of its various departments:
  [T]he level of moral flexibility was highly related to the level of creativity required in their department and by their job. Designers and copy-writers were at the top of the moral flexibility scale, and the accountants ranked at the bottom. It seems that when ‘creativity’ is in our job description, we are more likely to say ‘Go for it’ when it comes to dishonest behavior.

Ultimately, Ariely explains the osmotic balance between creativity and dishonestly through our capacity for storytelling:
  Just as creativity enables us to envision novel solutions to tough problems, it can also enable us to develop original paths around rules, all the while allowing us to reinterpret information in a self-serving way… [C]reativity can help us tell better stories — stories that allow us to be even more dishonest but still think of ourselves as wonderfully honest people.
...

Het was gezond verstand, en nu staat het wetenschappelijk vast: mensen die mooie verhalen kunnen vertellen, die goed kunnen schrijven, oftewel alfa's: je moet ze niet in de buurt laten van wat voor invloed en macht op de rest van de maatschappij dan ook. Daar moet je ze er vandaan trappen. Het zijn inherent onbetrouwbare leugenaars. Zoals allang blijkt uit de reputatie van politici - vrijwel altijd vlot van de tongriem en een reputatie van keiharde leugenaars, zoals blijkt uit het volgende gezegde: "Wanneer liegt een politicus? Anttwoord: Wanneer hij zijn mond open doet!"


Naar Creativiteit en slechtheid  , of site home  .

14 jan.2005