Bronnen bij Drugs, psychologisch, licht: voorbeelden

Onderstaand een voorbeeld van het soort gedrag dat de zelfgewilde drugsverslaafde tentoonspreidt (de Volkskrant, 03-04-2007, column door Pieter Hilhorst):
  Het theater van de straat

Vijftien jaar was Erwin verslaafd aan de heroïne. Toch noemt hij zichzelf geen veelpleger. ‘Dat ben je als je meerdere keren per jaar wordt gepakt. Ik word nooit gepakt.’ Hij ziet dat ik hem niet geloof. ‘Mister Jackpot, zo noemen ze mij.’ Hij zegt een manier uitgedokterd te hebben om parkeerautomaten te legen. Hij gebruikt een ring en visdraad. ‘Dat kunnen alleen mijn broer en ik.’
    Erwin speelt zijn rol met verve. En dat is ook precies waarvoor hij is uitgenodigd. Erwin neemt deel aan een politieke performance op de kunstopleiding van Das Arts. Ik was er een week gastdocent en aan het einde van de week moesten de studenten politieke performances opvoeren. Een Duitse student, Andreas Bachmair, had bedacht dat hij geen theater over de wereld wilde maken, maar de wereld het toneel op wilde halen. Hij had zes mannen die hun dagen bier drinkend in het Amsterdamse Oosterpark slijten, overgehaald mee te doen.
    Het levert een prachtige scène op. Andreas had gezorgd voor soep en een tray met halve liters goedkoop bier. De mannen doen op het toneel wat ze altijd doen: ze drinken en ze roken. Maar waar voorbijgangers normaal wegkijken, bestuderen de toeschouwers de mannen nu aandachtig. Het is op het randje van gênant. Een vrouw uit het publiek gaat bij de mannen aan tafel zitten. Ik volg haar voorbeeld. Gerard, met een mooie verweerde kop van het vele buiten zitten, fluistert me toe: ‘Zij denken dat wij de voorstelling zijn, maar wij zitten naar hun te kijken!’ Na een tiental minuten is de performance voorbij, maar het mooiste van de voorstelling moet nog komen. De andere studenten hebben namelijk ook performances voorbereid en de zes hoofdrolspelers van de eerste act zijn niet van plan te vertrekken.
    In de wandelgangen vertellen ze hun verhalen. Even lijkt het verschil tussen de mannen uit het park en de kunststudenten klein te worden. Gerard heeft de Rietveld Academie gedaan. Pas toen zijn leven ingewikkeld werd, is hij gestopt met schilderen. Hij heeft vier kinderen bij vier verschillende vrouwen. Erwin heeft in een theater gewerkt en Marcel, die met een hoed op zoveel mogelijk probeert te fotograferen en filmen met zijn mobiele telefoon, heeft in een circus gewerkt. Erwin vertelt dat hij van de ene op de andere dag is gestopt met heroïne. ‘Ik had er genoeg van. Het boek was uit. Het was al heel lang uit. Nu drink ik alleen nog een beetje teveel.’ Ironisch genoeg verloor hij prompt zijn uitkering. Eenmaal afgekickt, moest hij solliciteren en toen hij dat niet deed, werd zijn uitkering ingetrokken. Hij leeft nu van de jackpotten van parkeerbeheer.
    Hoe langer de avond duurt, hoe meer de mannen uit het park van zich laten horen. Achmed maakt whisky buit en kotst op het toneel. Als we hem naar buiten begeleiden, snaait hij nog een fles wijn mee. ...
    Andreas voelt zich steeds minder op zijn gemak. Zijn performance dreigt die van zijn collega’s te verpesten. De mannen van de straat laten zich niet zo makkelijk regisseren. Hij krijgt meer theater dan hij had durven dromen. Op aandringen van de leiding van Das Arts weigert hij ze de toegang tot de volgende performance. Ze druipen af. Eenmaal buiten gaat de deur snel op slot.
    ... Tussen de mannen in het park blijkt een duidelijke hiërarchie te bestaan. Je hebt mensen die ‘gewoon een beetje veel drinken’ en mensen die ook andere middelen gebruiken. Erwin heeft ondertussen tranen in zijn ogen en speeksel rond zijn mond. ‘Heb je een mooie avond, word je eruit gegooid. De gewone man is weer niet welkom. Krijg toch de tering met je klotesubsidie.’ Van een parkeerautomatenrover en voormalige junk is Erwin opeens de vertegenwoordiger geworden van de gewone man.
    Maar de grootste verandering is opgetreden bij de Duitse kunstenaar in spe. In de loop van één avond is Andreas van een wereldverbeteraar met een aanklacht (‘Mensen moeten hun ogen niet sluiten voor de marginalen in de samenleving’) veranderd in een politieagent die zijn voormalige protegés buitensluit. De mannen buiten voelen zich gebruikt en schelden hem met genoegen verrot. Onverschilligheid aanklagen en de wereld verbeteren, is lastiger dan je denkt. Zeker als de mensen die je zo graag wilt helpen, niet meehelpen met geholpen worden.
 

Naar Psychologische praktijktips  , Psychologische praktijktips, drugs  , of site home  .

17 nov.2008