Neurologie: hippocampus, scenario's

De werking van de hippocampus laat zien dat op dat moment in het verwerken door het brein van de omgevingsinformatie, die informatie niet meer bestaat uit losse indrukken, maar uit gehele gebeurtenissen, op deze website aangeduid met scenario's. Hier een voorloper uit het Wikipedia-item (wikipedia.org (opgeslagen 23-11-2009):
  Hippocampus

...    The third important theory of hippocampal function relates the hippocampus to space. The spatial theory was originally championed by O'Keefe and Nadel, who were influenced by E.C. Tolman's theories about "cognitive maps" in humans and animals. O'Keefe and his student Dostrovsky in 1971 discovered neurons in the rat hippocampus that appeared to them to show activity related to the rat's location within its environment. Despite skepticism from other investigators, O'Keefe and his co-workers, especially Lynn Nadel, continued to investigate this question, in a line of work that eventually led to their very influential 1978 book The Hippocampus as a Cognitive Map. As with the memory theory, there is now almost universal agreement that spatial coding plays an important role in hippocampal function, but the details are widely debated.

De koppeling met ruimtelijke informatie wordt op deze website dus uitgebreid tot alle informatie en alle reacties op die informatie met betrekking tot de gebeurtenis. Overigens is de theorie van de hippocampus als "cognitieve kaart" alleen zijdelings juist, zoals het geval van Henri Molaison aantoont uitleg of detail .

Hier een paar van de onderzoeken die het scenario-model bevestigen (DePers.nl, 01-12-2011, door Marcel Hulspas):
  Eh, wat kwam ik hier ook alweer doen?

Kent u dat? U bent in huis, en u besluit iets uit de schuur te halen, of uit een andere kamer. Maar daar aangekomen heeft u werkelijk géén idee wat u er komt doen...


Amerikaanse psychologen zijn er in geslaagd het irritante verschijnsel te verklaren dat u naar een andere ruimte loopt en geen idee meer heeft wat u er komt doen. ...
    Het komt door de deur, zegt psycholoog Gabriel Radvansky van de University of Notre Dame, in Indiana. Wie door een deur gaat, krijgt automatisch last van geheugenverlies.  ... In een van zijn experimenten liet hij zijn proefpersonen een aantal voorwerpen in een doos stoppen, en daarna moesten ze een stuk lopen. Sommigen bleven daarbij in dezelfde ruimte; anderen liepen dezelfde afstand een aangrenzende kamer in. En daarna werd hen gevraagd op te sommen wat er ook alweer in de doos zat.
    Radvansky ontdekte dat niet de afstand die zijn proefpersonen hadden gelopen, maar puur het feit dat ze naar een andere ruimte waren gegaan, voldoende was om het geheugen in de war te schoppen. Wat in het geheugen ‘zit’, behoort voor ons onbewuste brein blijkbaar bij de kamer waar het is ‘opgeslagen’ en die informatie werd een stuk moeilijke bereikbaar zodra we die kamer verlaten.    ...

Informatie van wat er in de doos is gestopt, wordt gekoppeld aan de locatie, tot een geheel te benoemen als "ervaring". Verander je de locatie, dan moet je dieper graven in de opslagen ervaringen, en wordt het ook moeilijker ook de rest van de eerdere ervaring te vinden.
    En dit kom nog verder gespecificeerd worden:
  Maar wat is nu het cruciale punt? Vergeten we omdat we in een nieuwe omgeving terechtkomen, of omdat we de oude omgeving verlaten?
    Die eerste mogelijkheid is een oude bekende. Iedereen weet dat het geheugen beter werkt in de ruimte waarin iets ook echt is geleerd. Studenten bijvoorbeeld kunnen thuis aan hun bureau feilloos van alles opdreunen, maar eenmaal in de tentamenzaal, in die volkomen andere omgeving, laat hun geheugen hen spontaan in de steek.
    Radvansky wilde weten of dat fenomeen hier ook het geval was. Was de informatie alleen maar tijdelijk ‘weggestopt’ en kwam ze weer boven wanneer de proefpersonen in de oorspronkelijke ruimte terugkeerden? Om dat te onderzoeken deed hij nog een experiment. En dat had een verrassende uitkomst.
    Hij liet zijn proefpersonen weer een aantal voorwerpen in een doos stoppen en ze daarna een parcours door het huis afleggen, door verschillende kamers – om uiteindelijk terug te keren in de eerste kamer, bij de doos. Daar werd hen gevraagd wat ze er in hadden gestopt. En toen bleek dat met elke deur waar de proefpersonen door moesten lopen, hun herinnering aan de inhoud weer een beetje achteruitging. En de terugkeer in de oorspronkelijke kamer bracht géén ‘terugkeer’ van hun geheugen. Wat het brein weggestopt had, was (bijna) definitief weg.

Dat laatste behoeft verder onderzoek.

Een ander bekend fenomeen bij mensen (de Volkskrant, 20-04-2013, door Tonie Mudde):
  Een geheugen van 30 seconden
...
Tussenstuk
Unieke geheugens

Solomon Shereshevski (1886-1958)
Een Russische journalist die nooit aantekeningen maakte, omdat hij elke naam en elk adres feilloos onthield. Ook obscure wiskundige formules en gedichten in voor hem onbekende talen bleven kleven in zijn geheugen, ontdekte de neuropsycholoog Alexander Luria. Hoe hij dat voor elkaar kreeg? Shereshevski associeerde alle nieuwe informatie met zintuiglijke ervaringen. Het getal 8 was voor hem een dikke vrouw, 7 een besnorde man. 87 een combinatie van die twee: een dikke vrouw samen met een man die aan zijn snor plukte. Deelnemers aan geheugenkampioenschappen gebruiken vergelijkbare trucs om beter te onthouden, maar bij Shereshevski leek het van nature te gaan.

Het bijbehorende ervaringsfeit: meer complete gebeurens worden makkelijker onthouden dan bijvoorbeeld pure getallen.

Een onderzoek bij dieren (Livescience.com, 12-02-2006, door Ker Than uitleg of detail ):
  Mind Rewind: Brains Run in Reverse

When faced with a new learning task, our brains replay events in reverse, much like a video on rewind, a new study suggests.     ...
    The finding was detailed in a Feb. 12 online issue of the journal Nature.
    The researchers measured brain activity in rats as the animals ran back and forth on a linear track. Specifically, they monitored a brain region called the hippocampus, which is known to be important for memory and navigation in both rats and in humans.
    When the rats completed a lap, they were given a food reward. After eating, the animals would pause briefly before starting another lap. Outwardly, the rats didn't seem to be doing much during these rest periods. They would fidget, groom or remain still. The brain recordings told a different story, however. During times of rest, a rat's hippocampus was a hotbed of activity.
    As the rodents ran up and down the track, hippocampal cells fired in certain patterns. This sequence of firing repeated when the animals rested, but in reverse order. The reverse-replays were repeated several times; each replay took only a few hundred milliseconds.
    "In that compressed time, the rat is replaying the entire track from where it currently is all the way back to the very beginning," said study team-member David Foster from the Massachusetts Institute of Technology. "This result suggests that the immediate experience is actually recapitulated several times. The processing going on outside of the original experience may be important for learning."     ...

Waar het geheugenproces dus mee werkt, is het totale bewegingspatroon - het complete scenario. En omdat het een compleet scenario is, kan het brein het ook omkeren.
    Overigens kan het 'may be' uit 'may be important for learning' gevoeglijk worden weggehaald. Hier wreekt zich wat betreft de auteurs van deze zin het besef van wat "leren" is. De term "leren" is een slechts een aanduiding voor een ingewikkeld proces, maar vanwege het veelvuldige gebruik ervan, wordt bij gebruik van de term niet meer beseft voor welk ingewikkeld proces het staat. Ga je het volledig uitschrijven komen daar ongetwijfeld termen als "herhaling" en/of "in gedachten opnieuw doen" in voor.
    Het belangrijkst dat uit deze proef volgt, en achteraf bijzonder logisch is, is dat het proces van het vastleggen van een ervaring dus beslist geen één-op-één overdracht is. Het is niet zo dat er van de ervaring een foto wordt gemaakt en die onveranderd wordt opgeslagen. Dat kan ook nauwelijks, want die ervaring komt binnen van allerlei kanten: oog, oor, geur, enzovoort, en hoeft beslist niet eenduidig te zijn: misschien ziet het oog wel iets anders dan het oor hoort. Die waarnemingen moeten gecontroleerd en geëvalueerd worden.
    En het tweede wat nogmaals duidelijk wordt uit de proef is dat de hippocampus hierin een instrumentele rol speelt - ze wordt gebruikt zowel bij het eerste opnemen als bij het latere terugspelen.

De hypothese dat het geheugen werkt met gehele scenario's, maakt het ook mogelijk om er een evaluatie aan te koppelen (DePers.nl, 20-08-2009):
  Diepe slaap zorgt voor herinnering

... ervaringen dienen opgeslagen te worden. En liefst zo goed mogelijk. En dan niet alleen wat er gebeurde, maar ook wáár dat genoegen zich voordeed. ... Carien Lansink, promovendus aan de Universiteit van Amsterdam, heeft dat experimenteel aangetoond.
    Lansink en vier andere medewerkers van het Swammerdam Institute for Life Sciences voorzagen vier ratten van elektroden waarmee ze de elektrische activiteit van groepen neuronen konden meten in de hippocampus en in het ventrale striatum, een stukje brein dat informatie vastlegt over ... ervaringen en beloningen. De ratten leerden eerst een parcours ‘uit het hoofd’ waarbij ze, aan het eind, lekkere hapjes konden vinden. Wanneer ze vervolgens gingen slapen, werd de hippocampus actief.
    ... tijdens de diepe slaap ... leken de elektrische patronen die Lansink registreerde, sterk op de patronen overdag, wanneer de ratten het parcours moesten leren. ... Tijdens de diepe slaap, zo constateerde Lansink, wordt ruimtelijke informatie ... aan beloningsinformatie gekoppeld ...

Waarmee ook het ultieme evolutionaire aspect van geheugen geïntroduceerd is: het moet ergens toe dienen. In dit geval, eenmaal benoemd, overduidelijk: het verbeteren van gedrag. Gedrag dat leidt tot voor het overleven gunstige zaken wordt bevorderd, en gedrag dat daarvoor ongunstig is, wordt tegengegaan. Het eerste noemt de daarover praten mens "beloning", het tweede "bestraffing". Beide zijn doodgewoon niets meer dan signalen, stofjes, neurotransmitters in het brein, die aangeven of bepaald gedrag is uitgelopen op voor het overleven gunstige zaken: voedsel, paring, enzovoort, of ongunstige zaken: gebrek aan voedsel, geen paring, diverse vormen van beschadiging. Meer over dit aspect van de zaak later en elders.
    Termen als "beloning", en dergelijke zijn op de mens gecentreerde begrippen, die door mensen normaliter vertaald worden in "emoties", waarvan men denkt dat dieren die niet hebben. Flagrante onzin want het gaat over identieke neurologische processen, maar wel algemeen inburgerde onzin, vandaar het wegfilteren alhier van de menselijke, "emotionele", uitdrukkingen in de citaten.


Naar Neurologie, hippocampus  Neurologie, emotie-organen  , Neurologie, organisatie  , Neurologie, overzicht  , of site home  ·.

28 mei 2014