Bronnen bij Multiculturalisme: cultuurverraad door CGB |
.2009 |
Uit:
De Volkskrant, 27-06-2001, van een verslaggeefster
Hulpgriffier mag hoofddoek dragen
De rechtbank in Zwolle heeft de islamitische studente Ayse Kabaktepe
gediscrimineerd op godsdienst door haar niet aan te nemen als hulpgriffier. De
vrouw wil tijdens zittingen haar hoofddoek blijven dragen. Volgens de rechtbank
is dat in strijd met landelijke kledingvoorschriften voor rechtbanken.
De Commissie Gelijke Behandeling, die dinsdag met dit oordeel kwam, stelt dat
een hulpgriffier wel een hoofddoek mag dragen en dat de gelijke behandeling van
mensen met een bepaald geloof van een hogere orde is dan een kledingvoorschrift.
...
IRP: Dit lijkt geen voorbeeld van zelf-islamisering,
omdat het initiatief is uitgegaan van een islamiet. Toch is het dat wel. Omdat
er hier geen enkel maar dan ook geen enkel goed argument is om toe te geven aan
dit verzoek. Want wat door het CGB een 'kledingvoorschrift' wordt genoemd,
is niet alleen een kledingvoorschrift, het is een symbool voor de
gelijkheid in de rechtspraak. Het is een symbool van onze rechtsstaat.
Aan de andere kant is het door de CGB gegeven argument een
drogreden. Want het niet mogen dragen van een hoofddoek belemmert op geen enkele
wijze de vrijheid van godsdienst van de islamiet. Zij zijn even vrij islamiet te
zijn als ervoor - het enige dat beperkt wordt, is het tentoonstellen van
symbolen van godsdienst.
Ja, zou de islamiet of zelf-islamiseerder kunnen stellen:
maar de symbolen maken een integraal deel uit van die godsdienst. OK, is dan het
antwoord, maar dat geldt precies hetzelfde voor de rechtspraak en de rechtstaat:
het symbool van de onpartijdigheid ervan, de uniforme kleding van de
rechtspraak, is evenzeer een integraal onderdeel van de rechtsstaat.
En op dat moment wordt de keuze voor al dan niet hoofddoek de
keuze tussen het primaat van de religie of dat van de rechtsstaat. En het CGB
koos voor de religie. Dus tegen de rechtstaat. Waarvan akte. Want duidelijker
kan een bewijs van het moreel verval van de elite en leidende klassen niet zijn.
Hulpgriffier mag hoofddoek dragen
de Volkskrant, Binnenland, 27 juni 2001 (pagina 3)
Van onze verslaggeefster
De rechtbank in Zwolle heeft de islamitische studente Ayse Kabaktepe
gediscrimineerd op godsdienst door haar niet aan te nemen als hulpgriffier. De
vrouw wil tijdens zittingen haar hoofddoek blijven dragen. Volgens de rechtbank
is dat in strijd met landelijke kledingvoorschriften voor rechtbanken.
De Commissie Gelijke Behandeling, die dinsdag met dit oordeel kwam, stelt dat
een hulpgriffier wel een hoofddoek mag dragen en dat de gelijke behandeling van
mensen met een bepaald geloof van een hogere orde is dan een kledingvoorschrift.
Tweedejaars rechtenstudente Kabaktepe is opgelucht: 'Nu weet ik dat ik door kan
gaan met mijn studie. Ik vecht niet alleen voor mezelf, maar voor een algemener
belang. Rechters met hoofddoek zijn er ook nog niet.'
Commissielid A. Hendriks: 'Als zo'n voorschrift indirect andere godsdiensten
buitensluit, is dat in strijd met de Wet Gelijke Behandeling.'
De kledingvoorschriften waar de Zwolse rechtbank zich op beroept, stammen uit de
negentiende eeuw en houden in dat rechters een toga moeten dragen. Een baret is
niet verplicht, maar wel toegestaan. Die uniformiteit is bedoeld om de
'onafhankelijkheid en onpartijdigheid' van de rechtbank uit te dragen. Een
hoofddoek, als uitdrukking van een godsdienstige stroming, zou die
onpartijdigheid in het geding brengen.
Volgens de commissie wordt met de uniforme kledingdracht op veel rechtbanken
soepel omgegaan: veel kantonrechters en familierechters dragen geen toga tijdens
rechtszittingen. Ook stelt de commissie dat een waarnemend griffier een
ondersteunende functie heeft en geen recht spreekt, waardoor specifieke
kledingvoorschriften niet nodig zijn.
De rechtbank in Zwolle staat bovendien alleen in zijn afwijzing: bij de
Amsterdamse rechtbank werkt al een hulpgriffier met hoofddoek. 'Justitie heeft
gezegd te willen moderniseren, dus de discussie over het aanzicht van de
rechtbank in een multiculturele samenleving kan beginnen', aldus Hendriks. 'Je
moet ervan uitgaan dat de rechterlijke macht op basis van deskundigheid is
samengesteld. Een geloofsovertuiging is onvoldoende grond om iemand af te
wijzen.'
De rechtbank in Zwolle liet dinsdag bij monde van president E. Maan weten het
oordeel van de commissie niet direct op te volgen. Oordelen van de commissie
zijn niet bindend.
B. van Delden, voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak, probeert vanaf
januari 2002 meer eenheid te brengen tussen rechtbanken: 'We moeten met meerdere
colleges nadenken wat de volgende stap is en een gulden middenweg zien te
vinden.'
Uitspraak over dragen hoofddoek zit er naast
de Volkskrant, Forum, 2 juli 2001 (pagina 7)
Afshin Ellian en Paul Zoontjens
DE Commissie Gelijke Behandeling staat Ayse Kabaktepe toe een hoofddoek te
dragen in de rechtszaal. De commissie is er niet van overtuigd dat de
onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechterlijke macht in een
multiculturele samenleving via uniforme kledingsvoorschriften tot uitdrukking
kunnen worden gebracht. Het oordeel van de commissie laat zien dat de benadering
van de vrijheid van godsdienst op tegenspraak kan stuiten als het gaat om het
verschijnsel van de hoofddoek. De zienswijze van de commissie is onevenwichtig.
Ten eerste verbindt zij het dragen van de hoofddoek met de vrijheid van
godsdienst. Zoals gebruikelijk wordt er zwaarwegende betekenis toegekend aan de
religieuze overtuiging en wordt er niet getreden in de inhoud. Toch lijkt enig
begrip van de hoofddoek, juist vanwege het rechtsbeginsel van scheiding van kerk
en staat, van belang.
De hoofddoek is symbool van waarden waarover soms bloedige strijd in de
islamitische wereld wordt gevoerd. Dat heeft niet alleen met de situatie in
landen als Egypte of Iran te maken, maar vindt zijn oorsprong in de
geloofscultuur van de islam. Een scheiding tussen kerk en staat bestaat in de
islamitische wereld veelal niet. In Nederland zien we ook de sporen van de door
theologische én politiek-maatschappelijke opvattingen gevoede strijd. De
hoofddoek wordt door sommigen in verband gebracht met een traditionele
machtsrelatie, die op een strenge interpretatie van zedelijkheid, vroomheid en
geluk is gebaseerd. Anderen, zoals nieuwkomers, kunnen haar associëren met
geloofsonderdrukking of politiek misbruik in het land van herkomst. In deze
context wordt aan het toelaten van de hoofddoek in de rechtszaal een, in de ogen
van sommige burgers, politieke dimensie toegevoegd aan het rechterlijk bedrijf.
Is de verwevenheid van politiek en religie ook niet de reden dat de discussie
over de hoofddoek moeizaam verloopt?
Ten tweede vindt de commissie dat uniforme kledingsvoorschriften op gespannen
voet staan met de multiculturele samenleving. Op wiens en welke voorwaarden
dient de rechterlijke macht een afspiegeling van multiculturaliteit te zijn?
Hoever moet daarnaast de constitutioneelrechtelijke aanpassing aan de
diversiteit van culturen in de samenleving gaan?
Bij de kreet 'multiculturele samenleving' baseert de commissie zich vooral op de
ideologie van het rechtspluralisme: elke groep zijn eigen rechtsorde. Deze
impliceert in hoge mate een onverschillige houding jegens de grondbeginselen van
het recht en de conflicten in een rechtsorde. Dat de pluraliteit een conditie
voor het menselijke handelen is, heeft de filosofe Hannah Arendt al aan de orde
gesteld. Zij heeft aangetoond dat het een zorgwekkend principe is. Immers, het
menselijke handelen is gevaarlijk onvoorspelbaar.
Daarom zijn, voor het behoud van de pluraliteit, voor iedereen gelijk geldende
wetten en grondbeginselen van belang. De multiculturele samenleving is een
samenleving van conflicten. Daarin moet de macht die de conflicten moet
beslechten, in staat worden gesteld om voor het oog van burgers boven de
conflicten te staan.
Copyright: de Volkskrant
De auteurs zijn werkzaam aan de rechtenfaculteit van respectievelijk UvA en KUB.
Volkskrant website 24-10-2008, ANP |
26 okt.2008 |
CGB: Politie zonder publiekstaak in burgerkleding
Politiemedewerksters die geen contact hebben met het publiek zouden niet per se
een uniform hoeven dragen. Is die verplichting er wel, dan heeft dat gevolgen
voor vrouwen die om geloofsredenen een hoofddoek dragen. De politie zou daarom
terughoudend moeten zijn met het verplicht stellen van een uniform voor
niet-publiekstaken.
Dat adviseert de Commissie Gelijke Behandeling naar
aanleiding van een kwestie bij de politie Amsterdam-Amstelland. Een medewerkster
verrichtte al jaren werkzaamheden in haar burgerkleding. Ze droeg om
geloofsredenen een hoofddoek. Vorig jaar besloot het Amsterdamse korps dat de
vrouw voortaan in uniform moet werken. De hoofdstedelijke politie laat echter
niet toe dat geüniformeerde politievrouwen een hoofddoek dragen, waardoor de
vrouw haar werk niet meer kan doen.
‘Ambtenaar móet homo trouwen’
gepubliceerd op 16 april 2008 05:12, bijgewerkt op 16 april 2008 09:13
den haag - Alle trouwambtenaren moeten bereid zijn homostellen te huwen.
Sollicitanten die dat weigeren, mogen door een gemeente worden afgewezen. Dat is
de kern van een uitspraak van de Commissie Gelijke Behandeling (CGB). De
commissie deed dinsdag uitspraak in een zaak die was aangespannen door een
sollicitant die door de gemeente Langedijk was afgewezen. De reden voor zijn
afwijzing was dat hij wegens gewetensbezwaren weigerde het homohuwelijk te
voltrekken.
De CGB zet met haar uitspraak een politieke discussie op
scherp. CDA, ChristenUnie en PvdA hebben de kwestie bij de
coalitieonderhandelingen in de ijskast gezet door af te spreken dat homo’s in
elke gemeente moeten kunnen trouwen. Individuele ambtenaren zijn echter niet
verplicht om homohuwelijken te sluiten.
De SGP-fractie in Tweede Kamer heeft het kabinet dan ook om
een reactie gevraagd. De PvdA is het eens met de CGB-uitspraak. ‘Er is geen
woord Spaans bij’, zegt Kamerlid Anja Timmer. Zij vindt het een ‘zwaarwegende
uitspraak.’ Coalitiegenoten CDA en ChristenUnie vrezen dat de CGB nodeloos
problemen aan het oprakelen is. ‘De CGB dreigt het doel uit het oog te
verliezen: dat een homostel in elke gemeente moet kunnen trouwen’, vindt
Liesbeth Spies (CDA). Ed Anker (CU) vreest dat gewetensbezwaarde ambtenaren
straks helemaal geen huwelijken meer mogen sluiten.
Commissie: moslimdocente mag hand weigeren
ANP
gepubliceerd op 07 november 2006 14:52, bijgewerkt op 7 november 2006 16:18
UTRECHT - Het Vader Rijn College in Utrecht mag niet van een islamitische
docente eisen dat ze handen geeft. Dat heeft de Commissie Gelijke Behandeling (CGB)
dinsdag bepaald in een zaak die de school en de docente hadden aangekaart.
De docente weigerde sinds de zomervakantie om geloofsredenen de handen van
mannelijke collega's te schudden. Eerder had ze daar geen problemen mee. Vanwege
de weigering besloot directeur Bart Engbers van het college haar te schorsen en
de zaak voor te leggen aan de Commissie Gelijke Behandeling. De docente deed dat
ook.
Volgens de uitspraak van de CGB staat de weigering om handen te schudden de
doelstelling van het Vader Rijn College niet in de weg. Die doelstelling is
onder meer het bijbrengen van respectvolle omgangsvormen, de leerlingen voor te
bereiden op de arbeidsmarkt en ze bekend maken met de daar gebruikelijke
omgangsvormen. ‘Hoewel het geven van een hand hier wellicht het meest gangbare
voorbeeld van is, zijn er ook andere vormen van begroeten denkbaar. Dat sluit
naadloos aan bij de eigen omgangscode van de school, die beoogt etnocentrisme
tegen te gaan’, aldus het oordeel van de CGB.
Directeur Bart Engbers van het vmbo-college zegt zwaar teleurgesteld te zijn
door de uitspraak. ‘Dit doe je niet om een piketpaaltje te slaan dat je ergens
tegen bent, maar om de kansen van de leerlingen in de samenleving te vergroten.’
Welk juridisch gevolg hij aan de uitspraak verbindt, beziet hij woensdag. Het
lijkt hem niet logisch dat de docente weer op zijn school komt werken.
De CGB erkent dat dat in bepaalde functies noodzakelijk kan zijn, maar net als
in eerdere gevallen oordeelde de CGB dat die noodzaak nu niet is aangetoond.
‘Per geval beoordelen wij in hoeverre een werkgever de afweging heeft gemaakt
tussen de verplichting te zorgen voor een discriminatievrije werkvloer en ruimte
te laten voor invulling van het geloof door werknemers’, aldus CGB-voorzitter
Alex Geert Castermans.
De Volkskrant, 16-12-2006, van een verslaggever
Banken discrimineren bij hypotheekverstrekking
Banken stellen inwoners van arme wijken achter. Zeker 235 duizend mensen.
Banken discrimineren indirect op afkomst bij het verstrekken van hypotheken. Dat
concludeert de Commissie Gelijke Behandeling (CGB).
Volgens de commissie verstrekken zeven van de negen
onderzochte banken geen hypotheken aan mensen met een verblijfsvergunning voor
bepaalde tijd. Zij zijn daardoor aangewezen op de dure huursector, of moeten
lang wachten op sociale huurwoningen. Dat zijn altijd niet-Nederlanders.
Vier banken, Argenta, Fortis Bank, ING en de Postbank,
stellen extra eisen aan mensen die in bepaalde wijken van de vier grote steden
een huis van rond de 100 duizend euro willen kopen. Volgens de CGB betreft dat
wijken waar veel niet-westerse allochtonen wonen.
Daarmee discrimineren deze banken indirect. De commissie
verwondert zich ook over het uitblijven van hypotheken aan de 235 duizend mensen
met verblijfsvergunning voor bepaalde tijd.
Volgens de CGB kijken banken niet naar hun financiële
mogelijkheden. Van hen zou 98 procent een permanente vergunning krijgen, en is
het risico dat ze hun verplichtingen niet kunnen nakomen beperkt. De commissie
beveelt aan hypotheekaanvragen individueel te behandelen. Hypotheekverstrekkers
hanteren vanaf 1 januari een gedragcode die problemen moet voorkomen.
Politiek ziet niets in agent met hoofddoek
Van onze verslaggever Ron Meerhof
gepubliceerd op 05 december 2007 02:48, bijgewerkt op 02:48
DEN HAAG - Het is ‘absoluut onwenselijk’ dat politieagenten hoofddoekjes dragen.
De Tweede Kamer heeft een motie van de PVV met die strekking aangenomen.
Om verschillende redenen, en elke partij met zijn eigen kanttekeningen, stemden
CDA, SP, VVD. D66, SGP, de Partij voor de Dieren en het lid Verdonk voor. Zo
vond de SP dat de discussie eigenlijk moet worden verbreed naar religieuze
symbolen in het algemeen. Om precies die reden zag de ChristenUnie af van steun.
Minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken werkt aan nieuwe kledingvoorschriften
voor de politie. Daarbij kwam de vraag op of ook hoofddoekjes geaccepteerd
zouden moeten worden.
De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) stelde in een advies dat er in beginsel
geen redenen zijn om symbolen als hoofddoekjes, keppeltjes en kruisjes te
verbieden. De CGB ging daarbij in op het begrip ‘lifestyleneutraliteit’, ofwel
‘een representatieve en neutrale uitstraling, waarbij verwijzingen naar
persoonlijke leefstijlen en opvattingen, waaronder een godsdienstige of
politieke, achterwege blijven’.
Dat lijkt neutraal, maar is het niet, redeneert het CGB. Wie niks gelooft of een
geloof aanhangt dat geen eisen stelt aan het uiterlijk, heeft namelijk nergens
last van. Een kruisje kan gewoon onder de kleding gedragen worden. Maar wie een
bepaalde godsdienst aanhangt en zich verplicht voelt daaraan zichtbaar uiting te
geven wordt ‘onevenredig door dit beginsel benadeeld’, aldus het CGB.
Het principe van ‘lifestyleneutraliteit’ levert dus wel degelijk een onderscheid
naar godsdienst op, aldus het CGB, en dat mag niet. Ter Horst zou met heel goede
argumenten moeten komen om dergelijke kledingvoorschriften door te kunnen
voeren.
De Kamer legt dit alles naast zich neer door het hoofddoekje niettemin
onwenselijk te verklaren. Ter Horst beraadt zich op een reactie.
Amsterdamse bibliotheek wees moslima onterecht af
ANP
gepubliceerd op 11 mei 2007 17:47, bijgewerkt op 11 mei 2007 18:08
AMSTERDAM - De Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA) heeft vorig jaar een
sollicante die haar hoofddoek zo vastknoopte dat haar hals en nek niet zichtbaar
waren onterecht afgewezen. Dat oordeelt de Commissie Gelijke Behandeling (CGB)
in een vrijdag gepubliceerde uitspraak. Volgens de commissie heeft de OBA
‘verboden onderscheid gemaakt op grond van godsdienst’.
De moslima schreef zich in juli vorig jaar in bij een uitzendbureau, omdat ze op
zoek was naar een vakantiebaan. Ze had interesse in een vacature bij de
bibliotheek, maar kreeg te horen dat ze haar hoofddoek dan op een andere wijze
moest dragen. De vrouw wilde dat uit geloofsovertuiging niet doen en kaartte de
zaak aan bij de CGB.
Hans van Velzen, directeur van de OBA, liet in een reactie weten de uitspraak
‘raar’ te vinden. De instelling heeft al enige tijd geleden de
kledingvoorschriften aangepast. ‘De zaak is al lang uit de wereld.’ Hij wees er
verder op dat in de nieuwe collectie bedrijfskleding van de bibliotheek ook een
hoofddoek zit die de hals en nek bedekt. ‘Wij zijn voorloper op dit gebied.’
Verdonk: overwegen Commissie Gelijke Behandeling af te schaffen
Van onze verslaggever Michiel de Hoog
gepubliceerd op 09 november 2006 12:10, bijgewerkt op 9 november 2006 13:29
UTRECHT - Minister Verdonk van Integratie vindt dat er ‘sterk moet worden
overwogen’ om de Commissie Gelijke Behandeling (CGB) af te schaffen.
De uitspraak van de CGB op dinsdag dat een Utrechtse vmbo-school niet van een
islamitische docente mag eisen dat ze een hand geeft, noemde de minister
gisteren in het programma Nederland Kiest ‘te gek voor woorden’. Verdonk vindt
dat de commissie aan ‘cultuurrelativisme’ doet.
‘Een onderwijzeres dient altijd het goede voorbeeld te geven. We hebben hier
Nederlandse waarden en normen, en het handen schudden hoort bij de gebruikelijke
Nederlandse normen en waarden.’
Ze hekelde ook een ander recent omstreden advies van de commissie, volgens haar
onderdeel van ‘een hele reeks’, waarin een islamitische man in het gelijk werd
gesteld. Hij solliciteerde naar een functie klantmanager bij de Sociale Dienst
van de gemeente Rotterdam, maar werd geweigerd omdat hij vrouwen geen handen
wilde schudden.
Volgens Verdonk is de CGB opgericht om te voorkomen dat niet alle geschillen
tussen burgers aan de rechter voorgelegd hoeven te worden. Nadat de commissie
deze twee uitspraken heeft gedaan, wil Verdonk overwegen de commissie op te
heffen.
De Commissie Gelijke Behandeling is verbaasd over de uitspraken van de minister.
De commissie vindt dat er buitenproportioneel veel aandacht wordt besteed aan de
relatief weinige uitspraken die betrekking hebben op het islamitische geloof.
‘Dat onze oordelen niet altijd begrepen of opgevolgd worden, is een gegeven’ ,
zegt Alex Geert Castermans, de voorzitter van de CGB. ‘Maar de opheffing van de
CGB, zoals minister Verdonk die suggereert, is in strijd met internationale
verplichtingen.
‘Bovendien gaat dat voorbij aan de honderden oordelen per jaar waarin wij
loonverschillen op grond van geslacht of discriminatie op grond van leeftijd of
handicap onderzoeken. In 70 procent van de zaken waarin sprake is van
discriminatie, worden onze oordelen ook daadwerkelijk opgevolgd en dat vinden
wij een mooie score.’
Volkskrant wevsite ANP
gepubliceerd op 14 maart 2009 08:32, bijgewerkt op 08:34
Commissie: boerkini mag van de wet
Een gemeentelijk zwembad in Hengelo heeft in strijd met de wet gehandeld door
het dragen van een boerkini te verbieden. Dat is het oordeel van de Commissie
Gelijke Behandeling. Sommige islamitische vrouwen dragen een boerkini op grond
van hun religieuze overtuiging.
Het is de eerste keer dat de commissie zich met het badpak, dat alleen handen,
gezicht en voeten vrijlaat, heeft beziggehouden. Volgens haar tast een verbod
van de boerkini onnodig de wettelijke vrijheid van godsdienst aan. Daarbij heeft
de commissie meegewogen dat de gemeente in Twente zich er zeer voor inzet dat
iedereen toegang tot het zwembad heeft.
Het zwembad had het verbod tijdens de algemene openingsuren ingevoerd om te
voorkomen dat tussen zwemmers onderling ‘ongemakkelijke gevoelens’ zouden
ontstaan. Ook zou het al geldende verbod op het dragen van onder meer
zwembroeken tot over de knie en t-shirts niet te handhaven zijn, als vrouwen wel
in boerkini zouden mogen zwemmen.
Staatssecretaris Jet Bussemaker van Volksgezondheid, Welzijn en Sport stelde
eerder al dat vrouwen met een boerkini gewoon naar een zwembad moeten kunnen
gaan. Zij stelde dat duikers en surfers ook vaak kleding dragen die het gehele
lichaam bedekken. Over het kledingstuk ontstond vorig jaar commotie, toen het
Hanzebad in Zwolle vrouwen in die zwemkleding niet toeliet. De directie van het
bad ging daarmee in tegen de opvatting van het gemeentebestuur van de
Overijsselse hoofdstad.
De gemeente Hengelo en een antidiscriminatiebureau hadden de commissie om een
uitspraak gevraagd. Zo'n oordeel is niet bindend.
De Pers 14-03-2009 Commissie: boerkiniverbod in strijd met de wet
Gepubliceerd: vandaag 07:31
Update: vandaag 12:11
Een gemeentelijk zwembad in Hengelo heeft in strijd met de wet gehandeld door
het dragen van een boerkini te verbieden. Dat is het oordeel van de Commissie
Gelijke Behandeling. Sommige islamitische vrouwen dragen een boerkini op grond
van hun religieuze overtuiging.
Het is de eerste keer dat de commissie zich met het badpak, dat alleen handen,
gezicht en voeten vrijlaat, heeft beziggehouden. Volgens haar tast een verbod
van de boerkini onnodig de wettelijke vrijheid van godsdienst aan. Daarbij heeft
de commissie meegewogen dat de gemeente in Twente zich er zeer voor inzet dat
iedereen toegang tot het zwembad heeft.
Het zwembad had het verbod tijdens de algemene openingsuren ingevoerd om te
voorkomen dat tussen zwemmers onderling ,,ongemakkelijke gevoelens'' zouden
ontstaan. Ook zou het al geldende verbod op het dragen van onder meer
zwembroeken tot over de knie en t-shirts niet te handhaven zijn, als vrouwen wel
in boerkini zouden mogen zwemmen.
Commotie
Staatssecretaris Jet Bussemaker van Volksgezondheid, Welzijn en Sport stelde
eerder al dat vrouwen met een boerkini gewoon naar een zwembad moeten kunnen
gaan. Zij stelde dat duikers en surfers ook vaak kleding dragen die het gehele
lichaam bedekken. Over het kledingstuk ontstond vorig jaar commotie, toen het
Hanzebad in Zwolle vrouwen in die zwemkleding niet toeliet. De directie van het
bad ging daarmee in tegen de opvatting van het gemeentebestuur van de
Overijsselse hoofdstad.
De gemeente Hengelo en een antidiscriminatiebureau hadden de commissie om een
uitspraak gevraagd. Zo'n oordeel is niet bindend. Volkskrnat wevlog,
Geplaatst op 14-03-2009 14:25 door Waarheidsvinding in categorie politiek
Het hemd van de Commisie Gelijke behandeling.
Volgens het oordeel van de Commissie Gelijke Behandeling is een verbod op het
dragen van een boerkini in een zwembadelijke openbare gelegenheid in strijd met
de wetgeving in Nederland, omdat islamitsche vrouwen een dergelijk stuk der
kleding wensen te dragen in het kader van een religieuze geloofsovertuiging. De
vraag is echter of het waar is en het oordeel van de Commisie juist is, echter
het kan ook zijn dat het niets met een geloof te maken heeft, laat staan dat een
juist oordeel is geveld.
Het idee van het dragen van een boerkini uit geloofsovertuiging kunnen wij
rustig aan de bekende laars lappen, want Jet Bussemaker verklaarde inmiddels dat
er wel meer mensen in kleding in het water spelen. Volgens haar is het normaal
dat men zich kleedt in een boerkini of in een duikerspak en te water, te bade of
te spelen wenst te gaan. Hier heeft zij in feite gelijk in, want zij stelt dat
het dragen van een boerkini gelijk staat aan het dragen van een duikerspak. Haar
idee komt voor uit het idee van kleding.
Hierdoor is het duidelijk dat het oordeel van de Commissie aantoonbaar en
feitelijk onjuist is, waardoor niemand zich hier aan hoef te houden. Een oordeel
voor de prullenmand.
Wanneer wij Jet's z'n idee omarmen is het volgens de vinding van de waarheid
geen enkel probleem dat ik mij hul in de kleding van een SS-Nazi-generaal en mij
begeef onder de badgasten in het plaatselijk zwembad. Vanzelfsprekend is het
dragen van kleding uit een voormalig KZ-lager met gele of rode ster eveneens een
normaal gebuik en wellicht ook binnenkort in onze zwembaden. Viert u carnaval en
u draagt slechts een vijgenblad?
Het is volgens Jetje Bussemaker een kledingstuk en er is geen medemens die zich
hier over mag beklagen. Beklagen mag natuurlijk, maar op grond van gelijke
behandeling is men u verplicht toe te laten. Welke kleding? Het maakt niet, want
het principe is duidelijk. Kleding is de discussie en niet het geloof. Wellicht
is een gouden armband voldoende?
Waarom schrijf ik bewust over andere vormen van kleding?
Is het niet zo dat wij allen gelijk behandeld dienen te worden, hetwelk betekent
dat de meest aanstootgevende soort kleding doodnormaal in onze zwemparadijzen
hoort te zijn? Bussemaker ontkent het religieuze idee achter de boerkini,
waardoor mijn antwoord volmondig bevestigend moet klinken. Het is de meest
principïele waarheid, want het kan best zijn dat ik mij te midden van Joden in
een gevechtstenue van een Sonderkommando wens te kleden. Aanstootgevend eerste
klasse, maar volgens het principe van Jet mag ik overeenkomstig mijn eigen
wensen kleden. Ik hang namelijk geen geloof aan, echter wel het idee van
kleding. In haar idee is er geen enkel geloof aanwezig en dat hoort ook zo te
zijn, want Kerk en Staat horen gescheiden te zijn en dat is helaas dikke pech
voor Islamieten of andere geloven in Nederland. De kerk komt simpelweg niet in
onze Staat. Uitgesloten, maar zorgt de Commisie gelijke Behandeling ook voor de
scheiding der machten?
Neen, en daarom is deze Commisie in principe STAATSVIJANDIG.
Verder kunnen wij concluderen dat ik natuurlijk geen nazi-outfit aantrek onder
mijn Joodse badgasten, omdat het een vorm van respect is om het juist niet te
doen en in nagedachtenis van de ontelbare Joodse slachtoffers in WO II is het
ronduit schandelijk.
Uit het oogpunt van het idee van ontoelaatbaarheid van massamoord op dieren en
mensen is het dragen van kleding en niet het religieuze idee van het dragen van
kleding denkbaar dat men geen boerkini of Nazi-uniform draagt in onze
chloorplassen, omdat het autochtonen en allochtonen kan herinneren aan de
massamoorden van de extremistische en op de zogenaamd religieuze gronden
beroepende zogenaamde islamitische terroristen in Afghanistan onder het bewind
van de Taliban en Oscar Bin Laden, de massamoorden onder Iranezen na de komst
van de Ayatollah, de massamoorden in Irak na de komst van de troepen der
vrijheid, de slachtingen onder Darfoerezen door Arabische extremistische
zogenaamde islamieten, de slachting onder de Amerikanen in New York, de
vernietiging van mensenlevens in Madrid en de vergruzeling van menselijke
ledematen in Londen.
Uit het oogpunt van respect en ter nagedachtenis aan de duizenden doden uit
Christelijk en Islamitische hoek adviseer ik niemand om een boerkini te dragen,
ten einde niet te veroorzaken dat men zichzelf op religieuze en of
kledingachtige overtuiging buiten de Europese en of Nederlandse maatschappij
plaatst, integendeel, maar op grond van enige sympathie van Islamitische
massamoordenaars verdacht kan worden en door de NIET maakbare linkse
maatschappij wordt buitengesloten.
Een gevaarlijke situatie die slechts afwijzing, misprijzing en haat zal
veroorzaken, maar ook enkelen in de arm van de extremisten zal drijven. In de
Islamitische? Vanzelfsprekend, maar ook in de andere hoek. Onwenselijk.
Wanneer wij het idee van het Islamitische extremisme en het Nazi-extremisme
verder loslaten en ons niet laten leiden door bomaanslagen en massavernietiging
rest ons niets anders dan te kunnen denken dat men zich in kleding hult die men
gewoon lekker kan vinden. Een utopie weliswaar, maar het enige juiste. Elke
associatie dat de boerkini meer in de acceptatie sfeer ligt dan een uniform der
nazi's is slechts gestoeld op een idee uit de huidige tijd en riekt naar niet
denkende Gelijke behandeling van de mens in Nederland.
Hierdoor is wenselijk dat mensen in boerkini, volledig naakt, in Nazi-uniform,
kampkleding, verpleegstersjurkje of in nietsverhullende bikini op gronden van
werkelijke GELIJKE BEHANDELING van alle mensen in Nederland in hetzelfde zwembad
op dezelfde tijd worden toegelaten en samen met elkaar de tijd doorbrengen.
Elk ander idee is pure DISCRIMINATIE, behalve v oor de racistische en
discriminerende Commisie der Gelijke behandeling.
Een commissie der Charlatans.
De acte van sexy boerkini.
Dagblad De Pers, website 1 mei 2009
Naaktlopers Singapore krijgen flinke boetes
Twee studenten hebben ontdekt dat het niet zo verstandig is om naakt een
wandeling te maken in Singapore. De Zweedse uitwisselingsstudent Jan Philip (21)
en Eng Kai Er, een 24-jarige Singaporese die een studie volgt in Zweden, kregen
ieder een boete opgelegd van omgerekend ruim duizend euro wegens obsceen gedrag.
Dat meldden media in de stadstaat vrijdag.
De twee trokken in januari veel bekijks toen ze naakt een wandelingetje maakten
door het Holland Dorp, een uitgaansgebied dat populair is onder buitenlanders
vanwege de vele uitgaansgelegenheden. Ze hadden bier gedronken voordat ze
besloten zich te ontdoen van hun kleren en er op uit te trekken.
Singapore staat bekend om de strenge wetten, onder meer op het
gebied van de publieke moraal. Zo is de Playboy niet te koop in het
kleine land in Zuidoost-Azië.
De studenten droegen kleding en zonnebrillen toen ze zich donderdag
moesten verantwoorden voor de rechtbank.
Volkskrant, Van onze buitenlandredactie
gepubliceerd op 01 mei 2009 09:45, bijgewerkt op 1 mei 2009 09:54
Zweedse rechter verbiedt ‘Madonna van Orgasme’
Een Zweedse rechter heeft de omstreden naam van de vrijkerkelijke parochie
‘Madonna van het Orgasme’ verboden. Volgens de rechter is de benaming van de
kerkgemeenschap van de Spaanse schilder Carlos Bebeacua ‘aanstootgevend’ en
‘tegen de goede zeden’.
In het kerkgebouw in het Zuid-Zweedse Lövestad, waar
honderden leden geregeld samenkomen, hangt in de gebedsruimte het enorme
schilderij ‘Madonna of Orgasm’ van Bebeacua. De 54-jarige Spanjaard zorgde met
het doek voor veel beroering op de Wereldtentoonstelling van Sevilla in 1992.
Veel bezoekers bestempelden zijn schilderij destijds als pornografisch.
Volgens Bebeacua is een orgasme echter ‘de ultieme samenkomst
met God’. Die boodschap propageert hij ook tijdens zijn kerkdiensten. Daarin
doet Bebeacua slechts een beroep op priesteressen. Ze eten fruit, drinken sap en
bejubelen het orgasme.
Bebeacua: ‘God is het orgasme, het orgasme moet aanbeden
worden. Het orgasme is het ultieme gevoel van lust dat verder gaat dan de
zaadlozing. Je kan een orgasme ook bereiken via kunst of door verwondering bij
het kijken naar een schitterend landschap. Ook dat is een orgasme.’
CGB: discriminatie op Haagse Hogeschool
De Pers, Gepubliceerd: donderdag 14 mei 2009 15:13
Update: donderdag 14 mei 2009 16:11
Het diversiteitsbeleid van de Haagse Hogeschool is niet voldoende effectief. De
hogeschool moet werken aan een discriminatievrije leer- en werkomgeving. Dat
blijkt uit een onderzoek van de Commissie Gelijke Behandeling (CGB).
Twee docenten van de hogeschool werden vorig jaar onvoldoende beschermd tegen
discriminerende uitlatingen. Daarom begon de CGB met een onderzoek. Uit het
onderzoek blijkt dat zowel allochtone als autochtone studenten en docenten
stelselmatig discriminatie ervaren.
Vooral bij de opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD) is er
sprake van discriminatie. Verder blijkt dat medewerkers en studenten binnen de
HHS verschillend denken over de betekenis van discriminatie. Dat zorgt voor
verwarring.
Ook kregen mensen van de ene etnische groep sneller een goede baan dan mensen
van een andere etnische groep. Daarnaast kwamen opmerkingen over huidskleur,
religie en afkomst aan de orde.
Het onderzoek kwam in overleg met de school tot stand. Het college van bestuur
van de HHS liet donderdag weten de adviezen van het rapport op te volgen. Zo
moet de aansturing en implementatie van de diversiteitsaanpak worden verbeterd.
Het college betreurt het dat mensen binnen de school zijn geconfronteerd met
discriminatie. ,,Het college zal al het mogelijke doen discriminatie in de
toekomst te voorkomen en te bestrijden en vraagt iedereen bij de hogeschool
hieraan mee te werken.''
Het actiecomité tegen racisme en discriminatie in het HBO heeft in een open
brief aan voorzitter Pim Breebaart gevraagd om op te stappen wegens zijn falende
beleid. Een woordvoerster van het college zei dat er geen sprake van is dat hij
gaat vertrekken. ,,De voorzitter gaat volgens plan in 2010 met pensioen. Hij wil
nu juist de schouders zetten onder deze problematiek.''
Resultaat: geen kerstoom
Fit for free weert hoofddoekjes
Een Utrechts fitnesscentrum weigert hoofddoekjes en dreigt daardoor nu in de
problemen te komen.
De Utrechtse Fatiha Guirou (27) werd aan de deur, met
hoofddoek, geweigerd in de nieuwe sporthal De Dreef (Overvecht). Omdat de
sporthal van de gemeente is, probeert ze via een klachtprocedure wel binnen te
komen.
"Als ik in een ruimte alleen onder vrouwen ben, doe ik mijn hoofddoek af. Maar
ik wil vrij zijn om te kiezen waar ik sport," zegt ze tegen het AD.
Petjes
Raadslid Khadija Bouazani van de Utrechtse PvdA-fractie heeft vragen gesteld: ,
Er zijn meerdere sportscholen in het land die geen hoofddoekjes (of petten)
willen hebben. De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) heeft daarover geklaagd
bij de staatssecretaris.
Experiment
Fit for Free heeft een tijdje geexperimenteerd met het toestaan van
hoofddoekjes, maar toen wilden andere bezoekers ook hun pet ophouden en
ontstonden er ruzies.
Sportschool op zwarte moslimlijst Stichting
Ontsluiert, een organisatie die opkomt voor gesluierde moslimvrouwen, heeft drie
filialen van sportschool Fit for Free op haar zwarte lijst gezet. Zij besloot
daartoe, nadat het filiaal in Rotterdam een Schiedamse vrouw om haar hoofddoek
niet had toegelaten.
Behalve het filiaal in de Maasstad vallen de scholen in Den
Bosch en Dordrecht onder de boycot. Ook die hebben geweigerd een moslimvrouw toe
te laten. Op de lijst komen organisaties die zich niets van de (niet-bindende)
uitspraken van de Commissie Gelijke Behandeling (CGB) aantrekken.
Discriminerende regel
Op de website van Fit for Free, dat 24 filialen heeft, staat dat in de
trainingsruimte geen petjes, caps of andere hoofdbedekking mogen worden
gedragen. De CGB oordeelde dat die regel discriminerend is, omdat hij indirect
tot onderscheid op grond van godsdienst leidt. Hij treft overwegend mensen die
om godsdienstige redenen een hoofddoek of ander hoofddeksel dragen.
De CGB heeft de zaak bij staatssecretaris Jet Bussemaker van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangekaart. Zij heeft toegezegd met de
sportscholen over de kwestie te spreken
Uit: De Volkskrant, 16-12-2006, van een verslaggever
Banken discrimineren bij hypotheekverstrekking
Banken stellen inwoners van arme wijken achter. Zeker 235 duizend mensen.
Banken discrimineren indirect op afkomst bij het verstrekken van hypotheken. Dat
concludeert de Commissie Gelijke Behandeling (CGB).
Volgens de commissie verstrekken zeven van de negen
onderzochte banken geen hypotheken aan mensen met een verblijfsvergunning voor
bepaalde tijd. Zij zijn daardoor aangewezen op de dure huursector, of moeten
lang wachten op sociale huurwoningen. Dat zijn altijd niet-Nederlanders.
Vier banken, Argenta, Fortis Bank, ING en de Postbank,
stellen extra eisen aan mensen die in bepaalde wijken van de vier grote steden
een huis van rond de 100 duizend euro willen kopen. Volgens de CGB betreft dat
wijken waar veel niet-westerse allochtonen wonen.
Daarmee discrimineren deze banken indirect. De commissie
verwondert zich ook over het uitblijven van hypotheken aan de 235 duizend mensen
met verblijfsvergunning voor bepaalde tijd. ...
IRP: De zoveelste belachelijke uitspraak van het CGB -
voorbeeld van een analoge redenatie: de sociale diensten stellen eisen aan een
uitkering gebaseerd op het niet hebben van werk; allochtonen hebben veel meer
geen werk; dus sociale diensten discrimineren indirect door allochtonen meer
uitkeringen te geven dan autochtonen.
De Volkskrant, 15-12-2005,
ANP (alleen op web)
Islamitische school negeert uitspraak over hoofddoek
Het Islamitisch College Amsterdam legt het oordeel van de Commissie
Gelijke Behandeling over het weigeren van een hoofddoek door een docent naast
zich neer. Dat heeft het bestuur van de school donderdag laten weten. De
commissie stelde in november dat de school onterecht een islamitische lerares
had geweigerd omdat zij geen hoofddoek wilde dragen.
De islamitische school weigerde haar eind mei een baan als docente Arabisch
omdat zij als moslima geen hoofddoek draagt en die ook niet wil gaan dragen.
Niet-islamitische leraren kunnen vrijstelling krijgen van die verplichting, maar
de lerares niet.
Het bestuur is het eens met de commissie dat technisch gesproken een hoofddoek
niet noodzakelijk is voor de uitoefening van een functie binnen de school. Maar
bij het islamitisch geloof horen bepaalde kledingvoorschriften vindt de school.
‘De noodzaak ligt besloten in onze levensovertuiging en de daarmee samenhangende
regels, zoals die ons gegeven zijn.’
De school reageerde donderdag ook op een brief van de Amsterdamse
onderwijswethouder Aboutaleb. Daarin schreef de wethouder dat hij zich zorgen
maakte over de intolerante houding van het college. Het bestuur vindt dat niet
tolerantie in het geding is, maar de godsdienstvrijheid. ‘Het belijden daarvan
leidt bij de islam tot bepaalde kledingvoorschriften.’ Het bestuur vindt dat
deze ook in de werksfeer geuit mogen worden.
De opmerking van Aboutaleb dat de school hem onlangs nog heeft gevraagd te
helpen bij stageplekken en banen voor hoofddoekdragende moslima's en dat hij dan
ook verwacht dat de school zich op zijn beurt zich tolerant opstelt tegenover
niet-hoofddoekdragende moslima's, is bij de school in het verkeerde keelgat
gevallen. ‘Dit principe eenvoudigweg omkeren en verlangen dat ons bestuur het
met het geloof dan maar als tegenprestatie wat minder nauw moet nemen, vinden
wij een opmerkelijke benadering’, schrijft het bestuur in een brief aan de
wethouder.
Aboutaleb liet donderdag via zijn woordvoerder weten dat hij het jammer vindt
dat de school de verhoudingen zo op scherp zet. ‘En dan niet de verhoudingen met
de wethouder maar met de stad Amsterdam.’ Inhoudelijk blijft Aboutaleb bij zijn
eerder verzonden brief. Hij hoopt dat de betrokken docente deze zaak voor gaat
leggen aan de rechter. ‘Want tenslotte leven we in Nederland in een
rechtsstaat.’
Het oordeel van de Commissie Gelijke Behandeling is juridisch niet bindend. 85
procent van de oordelen wordt echter opgevolgd. Bovendien moet de rechter bij
een eventuele rechtszaak het oordeel meenemen in de toelichting op het vonnis.
Als de rechter al afwijkt van het oordeel van de CGB dan mag dat alleen
gemotiveerd. In ruim 70 procent van de gevallen volgt de rechter het oordeel van
de Commissie.
Volkskrant website 24-10-2008, ANP |
26 okt.2008 |
CGB: Politie zonder publiekstaak in burgerkleding
Politiemedewerksters die geen contact hebben met het publiek zouden niet per se
een uniform hoeven dragen. Is die verplichting er wel, dan heeft dat gevolgen
voor vrouwen die om geloofsredenen een hoofddoek dragen. De politie zou daarom
terughoudend moeten zijn met het verplicht stellen van een uniform voor
niet-publiekstaken.
Dat adviseert de Commissie Gelijke Behandeling naar
aanleiding van een kwestie bij de politie Amsterdam-Amstelland. Een medewerkster
verrichtte al jaren werkzaamheden in haar burgerkleding. Ze droeg om
geloofsredenen een hoofddoek. Vorig jaar besloot het Amsterdamse korps dat de
vrouw voortaan in uniform moet werken. De hoofdstedelijke politie laat echter
niet toe dat geüniformeerde politievrouwen een hoofddoek dragen, waardoor de
vrouw haar werk niet meer kan doen.
De Volkskrant, 05-12-2007, van verslaggever Ron Meerhof |
.2007 |
Politiek ziet niets in agent met hoofddoek
Motie van PVV krijgt meerderheid Kamer | Commissie Gelijke Behandeling had geen
bezwaren | Minister beraadt zich nog
Het is ‘absoluut onwenselijk’ dat politieagenten hoofddoekjes dragen. De Tweede
Kamer heeft een motie van de PVV met die strekking aangenomen.
Om verschillende redenen, en elke partij met zijn eigen
kanttekeningen, stemden CDA, SP, VVD. D66, SGP, de Partij voor de Dieren en het
lid Verdonk voor. Zo vond de SP dat de discussie eigenlijk moet worden verbreed
naar religieuze symbolen in het algemeen. Om precies die reden zag de
ChristenUnie af van steun.
Minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken werkt aan nieuwe
kledingvoorschriften voor de politie. Daarbij kwam de vraag op of ook
hoofddoekjes geaccepteerd zouden moeten worden.
De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) stelde in een advies
dat er in beginsel geen redenen zijn om symbolen als hoofddoekjes, keppeltjes en
kruisjes te verbieden. De CGB ging daarbij in op het begrip ‘lifestyleneutraliteit’,
ofwel ‘een representatieve en neutrale uitstraling, waarbij verwijzingen naar
persoonlijke leefstijlen en opvattingen, waaronder een godsdienstige of
politieke, achterwege blijven’.
Dat lijkt neutraal, maar is het niet, redeneert het CGB. Wie
niks gelooft of een geloof aanhangt dat geen eisen stelt aan het uiterlijk,
heeft namelijk nergens last van. Een kruisje kan gewoon onder de kleding
gedragen worden. Maar wie een bepaalde godsdienst aanhangt en zich verplicht
voelt daaraan zichtbaar uiting te geven wordt ‘onevenredig door dit beginsel
benadeeld’, aldus het CGB.
Het principe van ‘lifestyleneutraliteit’ levert dus wel
degelijk een onderscheid naar godsdienst op, aldus het CGB, en dat mag niet. Ter
Horst zou met heel goede argumenten moeten komen om dergelijke
kledingvoorschriften door te kunnen voeren.
De Kamer legt dit alles naast zich neer door het hoofddoekje
niettemin onwenselijk te verklaren. Ter Horst beraadt zich op een reactie.
Terug naar Allochtonendebat 2006 , Allochtonen, overzicht
, of naar site home
.
|