De Raad voor de Strafrechttoepassing

Door een merkwaardig toeval kwam op opeenvolgende dagen een orgaan in het nieuws waar je normaal weinig van hoort: de Raad voor de Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming. Een orgaan dat de regering adviseert over zaken aangaande de uitvoeringspraktijk van het recht.

De eerste zaak was een spontaan advies waar de Raad mee kwam, naar aanleiding van de sterk gestegen aantallen tbs'ers in zogenaamde longstay afdelingen, waar mensen terechtkomen waarvan de behandelaars menen dat verdere behandeling zinloos is, en die toch niet vrijgelaten kunnen worden vanwege het gevaar dat ze vormen voor de rest van de maatschappij. Tbs is tenslotte niet iets dat je krijgt voor het stelen van een kadetje.

Bij haar argumentatie wijst de raad erop, dat tbs oorspronkelijk is ingesteld met terugkeer naar de samenleving als einddoel. Terwijl de longstay er in feite voor bedoeld is om mensen permanent uit de maatschappij te houden .

Merkwaardige argumenten. Misschien is het hoofddoel van tbs wel de behandeling van iemand die dusdanige daden heeft begaan dat hij als gestoord wordt gezien, maar daaruit spreekt natuurlijk altijd alleen een intentie. Net als bij de gewone geneeskunde probeer je voor iedereen het allerbeste, maar net als bij de gewone geneeskunde is het natuurlijk heel wel mogelijk dat het allerbeste gewoon niet goed genoeg is. De kanker blijkt ongeneeslijk, en de pati�nt gaat dood. Dagelijkse praktijk, in het harde leven.

Er is geen enkele, maar dan ook geen enkele reden te verzinnen waarom dat bij geestelijke kwalen anders zou liggen. En speciaal bij de kwalen waarvan de slachtoffers in aanmerking komen voor tbs: de allerergste kwalen - de moreel-geestelijke equivalenten van kanker. En waar het aantal sterfgevallen ten gevolge van kanker in de duizenden ligt, ligt dat voor longstay tbs'ers op net onder de 150. Eerder een mirakel zou je zeggen - je zou gezien de gedragingen in de maatschappij daar veel grotere aantallen verwachten.

Daar waar dit tegenargument zo duidelijk is, zullen er wel andere zaken een rol hebben gespeeld bij dit advies - zeg bezorgdheid om het lot van mensen die misschien ten onrechte in de opsluiting zitten. Want een gevangenis is het natuurlijk ook lang niet - het zag er in de beelden op televisie best gezellig uit.

Nu de tweede zaak - die van een dag later. Dat betrof het advies van de Raad omtrent de vrijlating van een veroordeelde, die om haar vrijlating had gevraagd omdat haar zaak opnieuw onderzocht wordt. We hebben het natuurlijk over Lucia de B., die volgens iedereen die er zich over gebogen heeft, inclusief alle deskundigen met betrekking tot de relevante bewijsvoering, hartstikke onschuldig is. Niet eens een kwestie van twijfel.

De raad adviseerde negatief over de vrijlating .

Waarom zou dat nu zijn? De raad had zich toch eerder zo inlevend betoond?

Ach, bewijs is er natuurlijk niet, maar er zijn daar best wel een paar relevante argumenten voor te verzinnen: vrijlating zet de vrienden van het Openbaar Ministerie en van de Zittende Magistratuur, die de Lucia ten onrechte op de brandstapel hebben gezet, in een bijzonder slecht daglicht. Ze zijn tenslotte al beschuldigd van heksenjacht.

Maar het zou nog erger kunnen. Lucia heeft een zwakke gezondheid, na een beroerte van de stress. Het zou zo maar kunnen dat ze nog voor het herzieningsverzoek in de uitvoering komt, komt te overlijden.

En zou dat nu niet heel erg makkelijk zijn voor de hele juridische wereld?

   Rijnland  -  27 februari 2008