Marokkaans manifest, analyse

Marcia Luyten heeft een uitgebreide reactie op het Marokkaanse manifest geschreven, waarvan onder de belangrijkste punten. Die worden daarna aangevuld met een analyse van de redactie

Ik [Luyten, red. IRP] ging er ook van uit dat in dit Manifest een Marokkaanse elite zelfbewustzijn paarde aan zelfkritiek – daar zijn de auteurs immers intellectuelen voor. In hun visie op een andere samenleving zouden ze ook de rol van de Marokkaanse gemeenschap bespreken. Kortom, ze zouden doen wat je van een denkende elite verwacht:
Ze houden een zekere afstand tot het gesignaleerde probleem;
Ze baseren zich op feiten;
Ze tonen verschillende perspectieven op een probleem;
Ze betrachten zelfreflectie;
Ze wenden hun verbeeldingskracht aan voor het vinden van een oplossing.

Aan het einde van vier pagina's tekst weet ik niet helemaal zeker meer of de zaak van Marokkaanse Nederlanders wel echt gediend is bij dit manifest. Het allesbepalend bezwaar is dat het vanuit het perspectief van een slachtoffer is geschreven.
...
Voor alle duidelijkheid: alles wijst erop dat jongens met Marokkaanse ouders veel vaker worden geweigerd aan de deur van een discotheek. Dat is vernederend en frustrerend. Dat Marokkaanse jongeren ruim vier keer zo vaak werkloos zijn als hun witte leeftijdsgenoten (22% tegen 5,2%), komt waarschijnlijk ook door discriminatie op de arbeidsmarkt. Jongens met een Marokkaanse naam blijken minder toegang te hebben tot stages en banen. (Een interessante vraag is waarom die uitsluiting niet de Marokkaanse meiden treft. Dat zou kunnen betekenen dat Marokkaan-zijn geen significante factor is.)
...
... de auteurs van het Marokkaanse Manifest zijn met uitsluiting als monocausaal verband tevreden. Ze vragen zich niet af: is discriminatie de enige verklaring voor de achterstandspositie van deze jongens? Dat ze veel vaker dan gemiddeld zonder diploma van school gaan, helpt hun maatschappelijke carrière waarschijnlijk niet. Toch zijn diplomaloos schoolverlaten en de mogelijke oorzaken daarvan niet als een probleem gedefinieerd.
...
Uitgaan van de feiten. Het is pijnlijk te claimen dat de groep Marokkaanse ouderen “als geen ander heeft gewerkt om van Nederland te maken wat het nu is.” Persoonlijk vind ik het niet interessant, de vraag of een bevolkingsgroep meer oplevert dan kost; het is een door rendementssamenleving ingegeven en onaangename manier van over mensen praten. En samen met de opstellers van het Manifest vind ik dat Marokkaanse ouderen respect verdienen gelijk ieder ander mens. Dat neemt niet weg dat cijfers van het Centraal Plan Bureau uit juli 2003 lieten zien dat niet-westerse migranten gemiddeld meer kosten dan dat ze bijdragen. Niet-westerse migranten zijn vaker werkloos, meer afhankelijk van sociale uitkeringen en hebben gemiddeld een lager inkomen. Als gevolg kost de gemiddelde niet-westerse immigrant Nederland 3000 euro per jaar.
...
Het Marokkaanse Manifest wortelt in wij-zij denken. Gechargeerd is dat: wij zijn goed en zij zijn slecht. Zij hebben schuld aan ons leed. Zij moeten daarom onze problemen oplossen. Dat de auteurs van het manifest zich nu ineens presenteren als ‘Marokkaans’, komt door de dynamiek van in- en outgrouping. Vooral dat laatste maakt het Marokkaanse Manifest onrustbarend: in het aangezicht van een tegenstander, sluiten de rijen. Marokkaanse Nederlanders voor wie Marokko eerder niet het referentiepunt was, zien zich gedwongen positie te kiezen. Het geboorteland van je ouders is een vaststaand feit. Religie is dat niet; in de moderne samenleving kun je je geloof terzijde leggen. Daarom komt dat mechanisme van sluitende rijen scherper in beeld als het gaat om de islam: mensen voor wie het geloof op de achtergrond was geraakt, identificeren zich in het islamvijandig klimaat dat Geert Wilders en Ayaan Hirsi Ali helpen scheppen, ineens als moslim. Zo gingen studentes aan de Hogeschool van Amsterdam voor het eerst een hoofddoek dragen. De categorie ‘moslim’ lijkt zich daarmee te ontwikkelen tot een nieuwe etnie.


Red.:  In zijn eenzijdigheid laat het manifest een aantal zaken weg, waarvan een deel benoemt door Luyten. Hier nog een paar andere.

Er bestaat een lange geschiedenis van overlast door voornamelijk Marokkaanse jongens, en van Turkse kant het wijdverspreide wapenbezit. Op scholen is er een direct verband tussen een slechter schoolklimaat net het percentage allochtone jongeren. Dit zijn ontwikkelingen niet van de laatste twee jaar (sinds de moorden op Fortuyn en Van Gogh en het doorbreken van het allochtone-problemen taboe), maar van de laatste twintig tot dertig jaar. Dat is een deel van van het Marokkaans manifest stelt als 'Samen met anderen hebben wij Nederland gemaakt tot wat het nu is, in economisch, sociaal en cultureel opzicht.' Met dat deel is de rest van Nederland niet zo erg blij.

Voor het volgende punt eerst een citaat: Wij komen op voor het recht van vrouwen en meisjes om hun cultuur of geloofsovertuiging in hun kleding tot uitdrukking te brengen. Zoals ook andere groepen zich kleden en tooien op een manier die naar hun mening het beste past bij hun identiteit. We verzetten ons tegen het gebruik van vrouwenlichamen als louter lustobject en commercieel product, maar eisen respect voor vrouwen en mannen, voor hun gevoelens, hun seksuele voorkeuren en hun eigenheid. Kortom: We verzetten ons tegen de Hollandse omgang  met vrouwen, maar Hollanders mogen zich niet verzetten tegen de Marokkaanse omgang met vrouwen. Let vooral ook om de neutraal gehouden omschrijving van het Marokkaanse gedrag, en de sterk beoordelende toon over het Hollandse: 'louter lustobject'. Hier staat dus in nauwelijks verholen termen dat de Marokkaanse manier de leidslijn moet zijn, de dominante.
    Als men deze houding op dit detailpunt doortrekt, maakt dat het hele manifest een stuk begrijpelijker. Luyten verbaast zich over de afwezigheid van enig melden van of begrip voor de Hollandse kant; dat is dan helemaal niet de bedoeling. Als statement van de dominantie van de eigen cultuur is het volstrekt overbodig naar de andere kant te kijken. Als men met deze blik het manifest terugziet, blijkt dat naast het stuk over vrouwenkleding, ook de rest van deze houding doortrokken is. Het verklaart ook het door Luyten geconstateerde verschijnsel van het aannemen van de moslim kledij als een nieuwe etnie. Men is helemaal niet bezig te integreren, maar het de start van het domineren. Men zet een hoofddoek open begint tegelijkertijd schande te spreken van, en hoer te roepen, naar een kort rokje.


Terug naar Marokkaans manifest, Luyten , Allochtonen overzicht  , of naar site
home .