Bronnen bij Rijnlands onderwijsbeleid, inhoud: wanorde

12 sep.2008

De huidige mate van wanorde wordt nauwelijks waargenomen, omdat men het zo gewend is geraakt. Wat voorbeelden voor wie zich de tijd van voor de Mammoetwet (ca. 1970) nog kan herinneren:


Uit: HP/De Tijd, 13-06-2008, column door Beatrijs Ritsema

Stilte!

Kan dat gebabbel in de klas niet eens afgelopen zijn?


Veel middelbare scholen doen tegenwoordig aan uitwisseling met scholen in het buitenland. ... Een tijdje later komt de ontvangende partij op bezoek in Nederland. ...
    ... Maar het meehobbelen met de buitenlandse schoolpraktijk vormt een buitengewoon interessante leerervaring. Nederlandse scholieren komen bij terugkomst woorden tekort voor hun verbazing (en verontwaardiging) over autoritaire leraren die leerlingen afblaffen en strafwerk opgeven voor minimale vergrijpen. Er heerst een streng regime. Leerlingen mogen in de pauzes de school niet uit en moeten zich ophouden in daarvoor bestemde lokalen, de kantine of op een binnenplaats. Tijdens de lesuren mag er niemand in de gangen lopen; leerlingen zitten goedbeschouwd van acht tot zestien uur lang opgesloten.
    Omgekeerd krijgen de vijftien- en zestienjarigen uit het buitenland een ware cultuurschok wanneer ze meemaken hoe informeel, om niet te zeggen ongedisciplineerd, de sfeer is op Nederlandse scholen. Tutoyeren van leraren door leerlingen is niet ongebruikelijk. Leerlingen zitten met petjes op en jassen aan in de klas, ze zitten te sms'en, bij sommige leraren zijn iPods toegestaan, van andere leraren mag er worden gesnoept en gegeten. In de pauzes en tussenuren begeeft de schoolpopulatie zich en masse naar supermarkt, snackbar en café of naar het park voor een stiekem blowtje.
    Het ziet er in buitenlandse ogen uit als een losgeslagen bende, maar binnen de Nederlandse cultuur zijn informele omgangsvormen en polderende autoriteiten zonder straffend gezag zo vanzelfsprekend dat niemand hier raar van opkijkt. Toch zit er een nadeel aan de informaliteit op school, die zo langzamerhand alle voordelen ervan (die er óók zijn) overvleugelt, en dat is het lawaai: het onafgebroken geklets in de klas dat wisselt in volume naar gelang de leraar orde kan houden, maar dat zelfs bij de strengste leraar nooit helemaal ontbreekt. Er is altijd wel iemand die meent iets te moeten opmerken tegen een medeleerling, met als gevolg een permanente 'wall of sound' van gemurmel en gegiechel, gebrom, gefluister en gesmiespel. Soms taakgericht, soms voor de gezelligheid - dat doet er niet toe. De stand van zaken is simpelweg dat iedereen zich gerechtigd voelt om, net als buiten school, op elk moment te zeggen wat er in hem opkomt.
    Een dag op de middelbare school is niet alleen voor leraren slopend, maar ook voor leerlingen. Het is moeilijker iets op te steken, het leren wordt verplaatst naar het huiswerk. Als deze ene regel (niet praten in de klas) gehandhaafd zou kunnen worden, zou er zo veel gewonnen zijn dat alle andere regels overbodig waren. Maar daar is de cultuur niet naar, dus iedereen kletst door.


Uit: De Volkskrant, 15-06-2007, ingezonden brief van A. Huismans (Haarlem)

Dresscode

Een tip voor leraren: als je jezelf en je functie serieus neemt dan kun je dat uitstralen: een man in een mooi pak of een vrouw in een nette broek of rok straalt zekerheid uit en kan respect afdwingen (Binnenland, 13 juni).
    Het instellen van een dresscode gaat wellicht te ver, maar als je de spijkerbroeken en T-shirtjes van leraren overboord gooit, de leerlingen aanleert om te vousvoyeren (je hebt immers niet met elkaar geknikkerd), dan maak je een mooi begin met het scheppen van een serieus kader, waarin elke leraar de vrijheid heeft om invulling te geven aan zijn of haar beleid. Gelijkheid tussen leraar en leerling is achterhaald: zo werkt het in de maatschappij uiteindelijk ook niet.
 

Red.:   Voor een belangrijk deel stamt de neiging tot het gebrek aan gezag van het linksige onderwijsvolk. Ouders hebben er al vrij lang genoeg van:


Uit: De Volkskrant, 25-08-2009, van verslaggeefster Marjon Bolwijn

Ouders: ouderwets strafwerk geven

Meerderheid ouders bezorgd over schoolcarrière van hun kinderen: ‘Scholen te soft.’

Ouders willen een strengere school voor hun kinderen. Een die leerkrachten met ‘u’ en bij de achternaam laat aanspreken en weer ouderwets strafwerk geeft bij wangedrag. Een meerderheid is bezorgd over de schoolcarrière van zijn kroost, vooral in het voortgezet onderwijs. Eén op de vijf ligt er zelfs geregeld wakker van. Moeders vele malen vaker dan vaders (33 tegenover 11 procent).
    Dit blijkt uit een representatief onderzoek van onderzoeksbureau Qrius in opdracht van maandblad J/M onder vijfhonderd ouders met kinderen in het basis- en voortgezet onderwijs.
    Gevraagd naar hun algemene waardering, geven zij de school van hun kinderen gemiddeld een 6,7 (basisschool) of een 6,5 (middelbare school). Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt van Onderwijs vindt dat te laag. ‘Het had een 8 moeten zijn’, reageert zij in J/M. De tevredenheid is op witte scholen beduidend groter dan op gemengde scholen.
    De voornaamste klacht van ouders is dat scholen te soft zijn en niet het beste uit leerlingen halen. Het onderwijs is volgens hen te veel gericht op ontplooiing van talenten en te weinig op kennisoverdracht. ‘Meer basisvaardigheden en minder poespas’, zegt een 42-jarige moeder van drie kinderen. De prestatiedruk mag omhoog, vindt 60 procent.    ...


Red.:   En, zeldzaam, ook een deskundige die het licht heeft gezien:


Uit: De Volkskrant, 11-01-2010, door Astrid Boon, orthopedagoog en auteur van het boek Straf / Regels

Strafregels vinden scholieren pas echt erg

Een goede straf moet vele uren zwoegen en vreselijk balen inhouden. Alleen dan roepen we normoverschrijdend gedrag een halt toe, betoogt Astrid Boon.

In de krant van 29 december stonden interviews met jongeren die op het verkeerde moment vuurwerk hadden afgestoken. Daar kregen ze HALT-straffen voor. Wanneer begrijpen wij, volwassenen, nou eindelijk eens dat onze alternatieve kindvriendelijke strafjes door jongeren nauwelijks als straf worden ervaren? En daarom nauwelijks helpen?
    Vlak voor school heeft Abdullah (12) in september al vuurwerk afgestoken. Gewoon, zomaar, omdat hij daar zin in had. Hij krijgt een HALT-straf: drie uur op school het plein vegen en met tafels en stoelen sjouwen. En een gesprek met het schoolhoofd.
    Veel kinderen van scholen voor voortgezet onderwijs vertellen op mijn spreekuur dat de hedendaagse straffen ‘gelukkig best meevallen’. Spijbelende kinderen die samen met de vuurwerkaanstekers voor straf een paar uurtjes op de kinderboerderij moeten werken: ze vinden dat niet echt een straf. Voor sommigen is het zelfs een beloning. Als een straf onvoldoende indruk maakt, werkt die niet erg gedragscorrigerend. En als die jongeren dan weer in de fout gaan, verzuchten we dat ze niet willen deugen.
    Dat is ten onrechte. We moeten ons afvragen of het wellicht onze sancties zijn die niet deugen. Doen HALT-medewerkers of subsidiegevers wel eens onderzoek naar effecten van het eigen handelen? Hebben zij zich al eens verdiept in onderzoeksliteratuur op het gebied van effectieve pedagogische bestraffing?
    Abdullah vond zijn straf ook reuze meevallen. Hij was niet in het minst van plan zijn leven te beteren. ‘Op 29 december krijg ik mijn vuurwerk. Dan moet ik eigenlijk nog twee dagen wachten, maar ik denk dat ik al wel een pijltje aansteek.’
    Uit onderzoek blijkt dat er heel wat volwassenen op de autosnelweg snelheidsregels overtreden, omdat ze hard rijden leuk vinden, en dat een grote groep zich alleen aan de snelheidsregels houdt om aan een boete te ontkomen.
    Zo ligt dat bij pubers ook. Die calculeren: wat riskeer ik nou helemaal met voortijdig vuurwerk afsteken? Als ze erg veel plezier hebben in het overtreden van de regels, moet de straf daar tegenop wegen.
    Een straf moet dus een voldoende corrigerende of afschrikwekkende uitwerking hebben. Of, zoals een scholier op mijn spreekuur zegt: op mijn sportclub (kanoën) leerde ik op tijd te komen, want telaatkomers worden daar altijd het water in gejonast.
    Kinderen hebben heel andere ideeën over een doeltreffende straf dan volwassenen. Iets als een koud bad moet het zijn; een zo’n vervelende opdracht dat je je nog wel even bedenkt voordat je een regel overtreedt.   ...
    Uit het onderzoek onder 925 leerlingen op drie scholen voor voortgezet onderwijs blijkt dat een fikse straf tenminste uit een flinke vrijetijdsberoving moet bestaan. In die tijd zou dan iets ‘supervervelends’ gedaan moeten worden: wc’s schoonmaken of kauwgom wegkrabben onder tafels; of iets ‘supersaais’, te weten strafregels schrijven.
    Bij een passende vrijetijdsberoving denkt Abdullah niet aan het taakstrafje van drie uur dat HALT oplegde, maar aan een meer dan drie keer zo grote straf: tien uur werkstraf.
    Dit is geen uitzondering: veel jongeren, ook op mijn spreekuur, zijn verbaasd hoe weinig straf ze van ons krijgen voor hun wangedrag, of hoe weinig onprettig die straf is.
    Dankzij de openhartige en sportieve antwoorden van jongeren als Abdullah worden wij uit de droom geholpen. Voor straf op zaterdagmorgen tussen 9.00 en 11.00 uur naar school moeten komen als je hebt gespijbeld: dat helpt je leven te beteren; sommige scholen doen dit al.
    Ook is er niks op tegen om ordeverstoorders tien of meer uren, verspreid over veel vrije momenten, op het politiebureau de – volgens het onderzoek – met stip saaiste straf te geven: strafregels schrijven. Dat je daarvan pijn van in je vingers krijgt, hoort er gewoon bij.   ...
    Een goede straf houdt dan ook in: vele uren zwoegen en vreselijk balen. Zo roepen we normoverschrijdend gedrag pas een halt toe.


Red.:  Naar aanleiding van dit artikle kwam er ook nog een voorbeeld van de oorzaken waarom het zo fout heeft kunnen gaan:


Uit: De Volkskrant, 12-01-2010, ingezonden brief van Marike Feenstra (Huizen)

Moreel besef

‘Een goede straf moet vele uren zwoegen en vreselijk balen inhouden, alleen dan roepen we normoverschrijdend gedrag een halt toe’, schrijft orthopedagoog Astrid Boon (Forum, 11 januari).
    Nergens in het artikel lees ik terug hoe de bestraften worden geconfronteerd met het waarom: waarom mag ik nog geen vuurwerk afsteken? Hoe moeten kinderen en pubers leren hoe ze zich behoren te gedragen als ons antwoord op hun gedrag een keiharde straf is die op geen enkele manier te maken heeft met hetgeen ze gedaan hebben?
    Laat zien dat vuurwerk rommel maakt, dat ze met het lawaai anderen storen en eventueel ook nog hun vingers eraf kunnen knallen. Alleen zo leren ze de consequenties van hun gedrag, en geef je ze ook nog enig moreel besef. Dat is toch wat elke ouder voor een kind wil?


Red.:   Een ongetwijfeld, want de Volkskrant lezende, ouder uit wat betere kringen. Die op redelijk verstandige en rationele manier is opgevoed, en waarschijnlijk ook redelijk verstandige kinderen heeft,met wie die je dit soort dingen op de verbale manier, met uitleggen enzo, kunt aanpakken.
    Maar helaas is dit op zijn allerbest een deel van de bevolking, en misschien zelfs een minderheid. De anderen zal je niet of niet alleen op de redelijke, in rationele termen geformuleerde manier kunnen aanpakken, maar die aanpak moeten combineren met een meer directieve benadering. Met opdrachten, enzo. En desnoods inclusief bestraffing.
    Oh, en de meesten zijn namelijk ook weer niet zo dom dat ze best wel weten dat vuurwerk overlast veroorzaakt en dat je je vingers ermee kunt afknallen ... Dat is namelijk één van de redenen dat ze het doen ...


Naar Rijnlands onderwijsbeleid, inhoud , Rijnlandmodel, lijst , Rijnlandmodel, overzicht , of site home .