Bronnen bij Het CDA: de eigen visie

17 jan.2005

Een voorbeeld van de verwoording van de visie van het CDA door iemand uit eigen kring:


Uit: De Volkskrant, 15-01-2005, artikel van Thijs Jansen, hoofdredacteur van Christen Democratische Verkenningen. De bijdrage bouwt voort op zijn inleidende artikel uit Kantelingen, het winternummer dat geheel gewijd is aan de hervormingsagenda van het CDA.

Verzoening blijft kern CDA

Tussentitel: Stuur ook een regeringscommissie de wijken in

Dit jaar bestaat het CDA 25 jaar. Thijs Jansen betoogt dat de brede volkspartij moet doen waartoe zij is opgericht: het actief bedrijven van pacificatiepolitiek.

Na 2002 is de positie van het CDA ingrijpend veranderd. Niet alleen kwam de partij na acht jaar oppositie weer aan de macht, maar de partij lijkt ook van karakter veranderd. Lange tijd was het CDA de remmende kracht die probeerde te behouden wat er te behouden viel. Vorig jaar wakkerde ze als regeringspartij op sociaal terrein plotseling een felle polarisatie aan. Hoe kon uitgerekend het CDA het poldermodel in gevaar brengen?   ...
    De kunst van het verzoenen kreeg in Nederland zijn neerslag in duurzame instituties als de verzorgingsstaat, het poldermodel en de verzuiling. Heeft het CDA onder Balkenende die kunst verleerd? Is de comeback van de partij misschien te danken aan het stiekem afleggen van de christen-democratische identiteit? Is het nieuwe CDA misschien: conservatief, sociaal-conservatief, rechts, sociaalrechts, calvinistisch of domweg opportunistisch? ...
    Een van de maatschappelijke ontwikkelingen die men al kon zien aankomen, lag op het oude vertrouwde gebied van de verzorgingsstaat: de vergrijzing. Deze kreeg snel verstrekkende gevolgen voor de betaalbaarheid van voorzieningen in de sociale zekerheid, de gezondheidszorg en de arbeidsmarkt. In een reeks rapporten werden nieuwe wegen ontwikkeld voor het beheersen van de spanningen die onontkoombaar tussen generaties gaan ontstaan. Bij het uitvoeren van die bouwtekeningen ontdekte het CDA (opnieuw) dat solidariteit tussen generaties een mooi streven is, maar bij operationalisering tot politieke strijd leidde. Daarmee stuitte de partij op een paradox: de partij die plannen ontwikkelde omwille van bemiddeling en verzoening, ontketende een enorme polarisatie tussen vakbonden en kabinet. De doelen waren aandacht vragen voor de verschillende belangen die op het spel staan, recht doen aan de nieuwe diversiteit en tegenstellingen - en in goede banen leiden. Het resultaat was het sociaal akkoord.
    Lastiger heeft het CDA het met de heftige polarisatie die mede het gevolg is van de Haagse verdringing van de multiculturele kwestie. Hier is duidelijk dat het CDA, in tegenstelling tot de VVD en de Groep Wilders, driftig op zoek is naar een pacificatiepolitiek. Die is nog niet gevonden. Bij sociaal-economische conflicten is dat eenvoudiger dan bij de spanningen die nu tussen autochtonen en allochtonen, moslims en niet-moslims ontstaan zijn. Bij de islamkwestie gaat het niet alleen om een explosief mengsel van religieuze kwesties waar gelovigen en ongelovigen tegenover elkaar staan, maar ook om een sociale kwestie waar etnische onderscheidingen en achterstand deels samenvallen. ...
    Het voorkómen van extremisme en het exploreren van manieren om de onverzoenbaar lijkende tegenstellingen in goede banen te kunnen leiden, is een enorme opdracht. Misschien kan iets geleerd worden van de aanpak van andere Europese landen. In Frankrijk heeft de regering nog niet zo lang geleden de commissie-Stasi liet land ingestuurd om de verhalen uit het dagelijkse leven van mensen te horen over de spanningen veroorzaakt door prominente aanwezigheid van met name de islam in het publieke en semi-publieke domein. Zowel moslims als niet-moslims, leraren, dokters, tramconducteurs, buurtbewoners en organisaties konden hun verhaal aan de commissie kwijt.
    Dat heeft geleid tot een enorme maatschappelijke discussie. Uiteindelijk heeft de commissie een aanpassing van de wet op de laicitée uit 1905 (aangaande de scheiding slaat en godsdienst, red.) voorgesteld, die met een enorme parlementaire meerderheid is aangenomen. Mogelijk kan Balkenende het initiatief nemen tot een regeringscommissie als de Franse, die als opdracht krijgt te onderzoeken wat er in het dagelijkse leven van Nederlanders, moslims en niet-moslims leeft. Vragen zijn dan hoe de islam geleefd en beleefd wordt in Nederland: welke belangentegenstellingen en spanningen er bestaan. Als die vraag tot inzet wordt gemaakt van een brede maatschappelijke consultatie, kan dat een belangrijke bijdrage leveren aan het overbruggen van tegenstellingen. In Frankrijk bleek dat de Iraakse ontvoerders van de twee journalisten die terugdraaiing van de nieuwe wet eisten, geen poot aan de grond kregen: ook niet bij de islamitische organisaties.
    De brede maatschappelijke consultatie, het intensieve debat en de politieke conclusies kunnen leiden tot een nieuw patriottisme met typisch Nederlandse trekken. Zoals Balkenendes waardenfluisteraar Etzioni zou zeggen: Let's have a moral dialogue. Pacificatiepolitiek is een kunst die we weer hard nodig hebben. Ze heeft een slechte naam, omdat te vaak angstvallig is vastgehouden aan pacificaties uit het verleden.  ...


Naar Het CDA  , of site home  .