De Volkskrant, 03-10-2006, van verslaggever Daan van Seventer
Reportage | Getuigen vragen zich af waarom ambulancepersoneel niet - ondanks
agressie publiek - de gewonde wegvoerde
‘En die man lag daar maar, op z’n zij’
Omstanders belaagden zaterdag personeel van een ambulance in Vlaardingen. De
politie greep in, en werd zelf mikpunt. Wat hebben getuigen van het ‘oproer’
daar gezien?
‘Er lag iemand op de grond. Hij was out. Politie. Een ambulance. Zo’n vijftig
uitgaanstypes. Wat is hier aan de hand?’, dacht Sebastiaan Verburgh toen hij
zaterdagavond kwam aanfietsen bij het uitgaanscentrum van Vlaardingen. Twee uur
later belandde hij in het ziekenhuis met een verzwikte enkel.
Een boze menigte die zich tegen de politie en zelfs tegen de
ambulancebroeders richt – het gebeurt steeds vaker. Zaterdag gebeurde het in
Vlaardingen. Althans, zo kwam het in het nieuws. Ten onrechte, meent Verburgh:
‘Ik ben door de politie met een knuppel geslagen terwijl ik juist wilde helpen
de menigte op afstand te houden. De politie liet de zaak escaleren.’
Ooggetuige Sebastiaan Verburgh heeft naar eigen zeggen niets
tegen de politie. Hij staat achter de bar in een café in het centrum van
Vlaardingen en is goed te spreken over de speciale horeca-agenten die op de
stapavonden patrouilleren.
Tegen een harde aanpak is Verburgh ook niet. ‘Die mongolen
die een ambulance hebben vernield, of zelfs ambulancepersoneel schopten of
duwden, moeten ze hard aanpakken. Maar het is ook fout als de politie
onschuldige omstanders gaat slaan.’
Verburgh schrok toen hij die jongen zag liggen. Even was hij
bang dat de cafébezoeker dood was, of zwaargewond na een steekpartij. De jongen,
– ‘Wynand, een gewone jongen, die ik via-via ken’ – bleek later ‘slechts’ een
hersenschudding te hebben, door een klap tijdens een vechtpartij.
‘Wynand en z’n vrienden hadden het idee dat er geprobeerd
werd ze te rollen’, stelt Verburgh. ‘Nadat ze geld hadden gepind voor het
stappen, liepen ze naar de Oude Haven. Een groepje jongens duwde hen daar wat en
voelde daarbij terloops in een jaszak, alsof ze een portemonnee wilde stelen.’
Dat veroorzaakte volgens Verburg een vechtpartij.
‘Toen ik kwam, lag die ene jongen dus op de grond, met z’n
vrienden om hem heen. Die andere groep was toen al weg.’ Een toevallig voorbij
rijdende ambulance was bij het slachtoffer gestopt. Ook vier politieagenten
stonden erbij, twee mannen en twee vrouwen. En twee ambulancemedewerkers.
Verburgh: ‘De boel leek redelijk onder controle.’
‘Achteruit! Achteruit!’ riepen de agenten, maar de meeste
omstanders bleven op een paar meter afstand staan. ‘Opeens liepen die
ambulancemedewerkers weg en stapten in hun auto. Terwijl die jongen nog steeds
op de grond lag. Ik dacht: wat gaan ze nou doen? Toen kwam er heel veel politie
en een man met een hond die mij sloeg terwijl ik juist wilde helpen. Daarbij
verzwikte ik mijn enkel.’
Een bewoonster van een naastgelegen flat wilde net naar bed
gaan, toen ze door het raam het oproer zag. ‘Het was net een film, heel
beangstigend. Er kwam steeds meer politie. Het zag er heel agressief uit. Er
vlogen bierflesjes door de lucht. Maar het leken hele gewone jongeren. Je zou ze
niet herkennen. En die man lag maar op straat, op z’n zij.’
De Vlaardingse begrijpt niet waarom de hulpverleners die
jongen daar maar voor een telefooncel op het fietspad lieten liggen. ‘Er was al
een ambulance. Ze hadden die jongen snel kunnen afvoeren. Dan wordt het volgens
mij vanzelf wel rustiger. Je krijgt zo toch het idee dat de ambulancemedewerkers
en de politie een statement wilde maken.’
Tussenstukken:
Anderhalf jaar incidenten
1 oktober 2006, Vlaardingen. Ambulancebroeders worden door omstanders bedreigd
terwijl ze hulp verlenen aan het slachtoffer van een vechtpartij. Als de politie
arriveert, richt de agressie zich ook op de agenten.
3 september 2006, Duiven. Ambulancepersoneel wordt vastgehouden en bedreigd door
een 40-jarige man, omdat het geen noodzaak ziet zijn vrouw naar het ziekenhuis
te brengen. Buurtbewoners beletten de ambulance te vertrekken.
5 augustus 2006, Amsterdam. Ambulancepersoneel behandelt een onwel geworden
vrouw. Zij kan ter plekke worden geholpen, maar haar dochter staat erop dat de
ambulance haar moeder meeneemt naar het ziekenhuis. Als de ambulancebroeder dit
niet doet, slaat de dochter hem woedend met de vuist in het gezicht.
2 juli 2006, Amsterdam. Familieleden van een man die in het Amsterdamse
stadsdeel Zeeburg een hartaanval kreeg, hinderen en bedreigen
ambulancepersoneel, omdat de ambulance te laat ter plekke zou zijn.
12 juni 2006, Amsterdam. Twintig dronken jongeren bedreigen in het Mirandabad
een arts en ambulancepersoneel.
30 april 2006, Doetinchem. Een groepje mannen verspert een ambulance de
doorgang. De chauffeur krijgt een klap in zijn gezicht en de autosleutels worden
uit de ambulance getrokken en weggegooid.
19 juni 2005, Rheden. Na een aanvaring tussen een speedboot en een jetski op
recreatieplas Rhederlaag ontstaat een vechtpartij. Omstanders beletten agenten
het ambulancepersoneel te helpen de slachtoffers stabiel te houden.
29 maart 2005, Oosthem. Ambulancepersoneel, brandweer en politie worden door
opdringerige nieuwsgierigen gedwarsboomd als zij bezig zijn met het bevrijden
van een man die bekneld zit in zijn auto.
Maatregelen Remkes
Het ministerie van Binnenlandse Zaken komt nog deze maand met maatregelen die de
agressie tegen hulpverleners moeten indammen. Minister Remkes wil dat dergelijk
geweld zwaarder wordt bestraft.
Bij het opstellen van het actieprogramma werkt Remkes samen
met gemeenten, branche-organisaties en werkgevers. De verwachte richtlijnen zijn
bedoeld voor alle werknemers in de publieke ruimte: naast ambulancepersoneel en
brandweerlieden zijn dat bijvoorbeeld treinconducteurs, trambestuurders en
medewerkers van de sociale dienst.
In het programma staat wat de ‘tolerantiegrens’ is, hoe
personeel zich moet gedragen en hoe de reactie zal zijn bij agressie. Het is de
bedoeling voortaan op uniforme wijze te reageren, zodat bijvoorbeeld in bepaalde
gevallen altijd aangifte wordt gedaan en altijd vervolging wordt ingesteld.
De Volkskrant, 03-10-2006, van verslaggever Bart Jungmann
Achtergrond | Lik-op-stukbeleid leidt volgens hoogleraar bestuurkunde bij een
menigte al gauw tot te hard optreden van de politie
Agressie in publieke ruimte moeilijk te bestrijden
Weer is ambulancepersoneel agressief bejegend. Iedereen vindt dat het tij moet
keren, de directeur van AmbulanceZorg voorop. Hoogleraar Van den Brink heeft er
een hard hoofd in.
Tussentitel: ‘Als er ophef over is, wordt het interessant en doen ze het na’
‘Het tij moet keren. De vraag is alleen: hoe?’ Koos Reumer, directeur van
AmbulanceZorg, zegt tegen iedereen die het horen wil dat de maat vol is.
Tegelijkertijd vreest hij het effect van zijn alarm. ‘Het zijn allemaal
copycats.’
Natuurlijk moet Koos Reumer het opnemen voor ‘zijn’
ambulancepersoneel, en dat doet hij met verve. Te gek voor woorden wat er
zaterdagnacht in Vlaardingen is gebeurd; passend in een reeks incidenten met
ambulancepersoneel, die voor de zomer begonnen is. Het publiek moet weten dat
het absoluut niet kan, en het wordt echt hoog tijd dat de overheid met
maatregelen komt die hulpverleners in bescherming nemen.
Aan de andere kant: ‘Het is niet een specifiek probleem van
ambulancepersoneel. Het zijn dezelfde relschoppers die de politie en de
brandweer belemmeren in hun activiteiten. Het is de toegenomen agressie die je
overal ziet, vaak veroorzaakt door drank- of drugsgebruik. Het is een breed
maatschappelijk probleem. En je zult altijd zien: als er veel ophef over is,
wordt het interessant en wordt dit gedrag gekopieerd.’
In de tweede helft van vorig jaar organiseerde de Stichting
Ideële Reclame (SIRE) daarover een publiekscampagne onder de veelzeggende titel
‘Kort lontje’. Het interessante van dit probleem is namelijk dat iedereen vindt
dat het tij moet keren. Toch gebeurt het niet. Uit onderzoek van
onderzoeksbureau TNS NIPO, voorafgaand aan de campagne, bleek 84 procent van de
ondervraagden te vinden dat het alleen maar erger is geworden vergeleken met
tien jaar geleden. Ruim 40 procent rekende dat zichzelf ook aan.
Directeur Reumer van AmbulanceZorg vindt dat er nu een aparte
voorlichtingscampagne over het werk van de acute hulpverlening moet komen. Vaak
is er sprake van onbegrip, over het tijdstip van aankomst of over de geboden
hulp. Aan het vervoer naar ziekenhuizen moeten soms handelingen vooraf gaan die
niet iedereen begrijpt, en daarbij kunnen de emoties hoog oplopen.
Intern is er volgens Reumer al genoeg gebeurd. Personeel
wordt getraind in het omgaan met agressie en psychologisch ondersteund als het
daarmee te maken heeft gehad. Van de politie verwacht hij een
lik-op-stuk-beleid. ‘Dat is het enige dat helpt.’
Gabriël van den Brink, lector aan de Politieacademie en
hoogleraar bestuurskunde in Tilburg, denkt van niet. ‘In Vlaardingen was er een
menigte van 250 cafébezoekers die zich tegen de politie keerde. Met een
lik-op-stukbeleid krijg je dan toestanden als in Pijnacker.’ In mei trad de
politie hard op bij rellen in het Zuid-Hollandse Pijnacker. Te hard, stelde de
Rijksrecherche onlangs vast.
Van den Brink wordt het somber te moede als hij de verhalen
over Vlaardingen leest. Hij zou zichelf bijna de klassieke vraag stellen waarmee
we met z’n allen bezig zijn. ‘Ik weet zo langzamerhand niet hoe het verder moet
met het publieke domein. Dit zijn operetteachtige toestanden.’
Red.: Gabriël van den Brink laat zich hier van zijn
verkeerde kant zien. Er is nog nooit een consequent lik-op-stukbeleid geweest,
dus over de effecten kan hij niets zeggen. een consequent lik-op-stukbeleid
betekent dat iedere escalatie van de kant van het publiek wordt beantwoordt, en
als men te dreigend wordt, dat de politie het recht heeft op passende
wapengebruik. En dat dan ook moet doen. Dat zal de neiging tot nabootsgedrag
razendsnel de kop in drukken.
Het zijn natuurlijk ook dit soort praatjes geweest,m die er toe hebben
bijgedragen dat de zaak nu zo uit de hand gelopen is - men heeft niet op tijd
grenzen aangegeven. Let vooral ook op het gebruik van de term 'te hard
optreden', naar aanleiding van een enkel geval, tegenover vele de andere kant
op. Het is natuurlijk het publiek dat in dit soort gevallen "te hard optreed".
En als er te hard moet worden opgetreden, dan liever van een enkel geval van
politie, dan vele gevallen van publiek.
Terug naar Linkse denkfouten, individualisme
, Politiek lijst
,
Politiek & Media overzicht
, of naar site home
.
|