Bronnen bij Westerse cultuur: wetenschap en islam

De hernieuwde nadruk op de Arabische oorsprong van de moderne wetenschap heeft weinig te maken met wetenschapshistorie, al was het maar dat het altijd al bekend was, maar alles met de multiculturalistische ideologie van de huidige intellectuele middenklasse (de Volkskrant, 31-05-2008, column door Maarten Keulemans):
  Zonder Islam geen moderne wetenschap

Tussentitel: Zelfs de geschiedschrijving zit klem tussen islamofoben en Allah-brullers

... deze week is de moslimwereld weer een klein beetje meer weggezet als achterlijke cultuur.
    De belangrijkste populair-wetenschappelijke boekenprijs, de Eurekaprijs, viel toe aan historicus Floris Cohen voor zijn boek De herschepping van de wereld, over het ontstaan van de natuurwetenschap.
    ... En toch kromden mijn tenen toen ik het las, zo erg dat mijn klomp brak. Glashard eist Cohen de wetenschap op als een exclusief Europese uitvinding. Wat de Chinezen en de moslims deden, was aardig, maar échte wetenschap, in de zin van cycli van theorievorming en experimentele toetsing, die is Europees. Een radicale breuk, stelt Cohen.
    Een belachelijk idee natuurlijk, waarvan ik verwacht dat andere historici er gehakt van maken. Er was net een voorzichtige consensus dat sommige wortels van de moderne wetenschap teruggaan op de islamitische wereld van ruim duizend jaar geleden. Terwijl Europese intellectuelen rondscharrelden in de kloosters, deden islamitische geleerden als Jabir ibn-Hayyan en Al-Rhazi wel degelijk al toetsende experimenten. Niet voor niets komen woorden als al-gebra, al-chemie en al-kali uit het Arabisch en schrijven we 1, 2, 3 in plaats van I, II, III.
    Maar Cohen heeft een andere kijk: middeleeuws gepruttel was het. Het echte werk komt uit het Westen. De wetenschap is een innovatie van een kennisbewust Europa; het werk van geniale, blanke mannen die de toffe ideeën als het ware uit de lucht plukten. Dat anderen erop wijzen dat die Europeanen voortborduurden op de vertaalde werken van Geber (Ibn-Hayyan), Avicenna (Ibn-Sina) en Rhazes (Al-Rhazi), doet er niet toe.
    Wat dat betreft is al die bijval voor Cohen een teken des tijds. Het boek verdeelt de wereld in vernieuwende, moderne Europeanen en ouderwetse, achtergebleven moslims. Past prima in ons denkraam. Terwijl de échte geleerden van destijds waarschijnlijk gewoon op elkaars schouders gingen staan als ze verder wilden, moslim of niet.
    Zelfs de geschiedschrijving zit klem tussen islamofoben en Allah-brullers, realiseer ik mij met een lichte schok. ...

Keulemans schrijft over de clou, maar mist hem desondanks: de islamitische wetenschap was van dezelfde soort als de Chinese wetenschap. De Chinese wetenschap heeft niet geleid tot een moderne wetenschap. En islamitische wetenschap heeft op dezelfde wijze niet geleid tot een moderne wetenschap. De redenen zijn dezelfde: moderne wetenschap is niet gebouwd op enkele genieën, enkele excellente wetenschappers, zoals de Chinese en islamitische wetenschap maar op talloze goede wetenschappers.
    Daarnaast: de islamitische wetenschap is in het geheel niet islamitisch. De zogenaamde "islamitische" wetenschap vond plaats in een door de islam overheerste maatschappij, maar is net zo min islamitisch, als de wetenschap in de huidige Verenigde Staten, een land dat voor 90 procent christelijk is, een christelijke wetenschap is.
   Maar hier gaat het eigenlijk niet om. Waar het om gaat is dat Maarten Keulemans, die deze verhalen ook maar weer van anderen heeft die het ook niet over alles eens zijn omdat het al 500 jaar gelden is gebeurd, daar een eigen volkomen zekerheid uit heeft gebouwd: de moderne wetenschap heeft een islamitische oorsprong. En Floris Cohen zegt iets dat niet helemaal overeenkomt met de absolute wetenschap van Maarten Keulemans. Dus is Maarten Keulemans heel erg boos. Zoals iedere bezitter van absolute kennis heel erg boos is als zijn absolute zekerheid wordt aangetast.
   En wat is de meest bekende vorm van absolute zekerheid? Juist: Maarten Keulemans is misschien geen islamiet, maar hij is wel een gelovige  - een gelovige in de multiculturele samenleving  - een gelovige in de gelijkheid der culturen.

De volgende bron loopt, heel opvallend, weer via een instemmende wetenschapsjournalist (Dagblad De Pers, 07-05-2008, door Marcel Hulspas):
  Waarom wij geen Grieken zijn

Niet alleen de Grieken, ook de Babyloniërs en Arabieren hebben een wezenlijke bijdrage geleverd aan onze beschaving. Europa stond altijd open voor vreemde invloeden.

...    De idee dat de Griekse cultuur de bakermat zou zijn van de westerse beschaving – niet door Humboldt bedacht maar door de beroemde historicus Winckelmann – is nog steeds hardnekkig dominant, zo constateert historicus Jona Lendering.
    Wiskunde, wetenschap, literatuur, democratie – het zouden allemaal Griekse uitvindingen zijn. En daar zet Lendering in zijn boekje Vergeten erfenis grote vraagtekens bij. Het wordt hoog tijd om de bijdragen van andere culturen aan onze beschaving te erkennen en op waarde te schatten. Het schrift bijvoorbeeld is een uitvinding van de Feniciërs. De codificatie van wetten is een idee van de Babyloniërs. Ook de wiskunde is voor een niet onbelangrijk deel ouder dan Grieken. De beroemde stelling van Pythagoras bijvoorbeeld was al bekend bij de Babyloniërs, en zij konden zonsverduisteringen en de bewegingen van de planeten voorspellen.   ...
    Babylonisch, Grieks of Arabisch – het lijkt een academische kwestie maar onze samenleving gaat nog steeds gebukt onder de oogkleppen van Winckelmann en Von Humboldt. In de talloze analyses sinds 9/11 en de opkomst van Al Qaida wordt ‘het Westen’ steevast tegenover ‘het Oosten’ geplaatst. Het Westen staat voor rationeel, wetenschappelijk, democratisch; het Oosten voor irrationeel en despotisch. Het Westen voor vooruitgang; het Oosten voor stagnatie.   ...

Er is ongetwijfeld een invloed geweest vanuit de Arabische wereld op de Westerse wetenschap. Maar dat dat iets met de islam te maken heeftin onze betekenis van die term, is onzin, zoals blijkt uit onderstaande artikel (de Volkskrant, 09-05-2008, door Gerard Jacobs):
  Een glorieuze droom

Córdoba was de bakermat van de Renaissance, een smeltkroes waarin moslims, joden en christenen vreedzaam samenleefden. Tot in 1009 de rede bezweek in een orgie van religieus fanatisme. Gerard Jacobs beluistert verhalen over een vervallen lusthof en bekijkt een historische vergissing.

De geur van jasmijn hangt rond het standbeeld van Maimonides. ...
    Maimonides staart naar zijn bronzen haremsloffen, diep in gedachten verzonken. Een man met vele talenten, filosoof en jurist. En met vele namen: wij kennen hem als Maimonides, de moslims noemen hem Musa ibn Maymun, zijn joodse naam luidde Moshe ben Maimon.
Hij geldt als een van de inspiratiebronnen voor de Verlichtingsdenkers, net als Averroës - Ibn Rushd zoals zijn Arabische naam luidt - wiens standbeeld even verderop staat, bij de poort van Almódovar, die toegang geeft tot de joodse wijk van Córdoba, de stad die met recht de kraamkamer van onze Renaissance genoemd mag worden.
    Córdoba is een geheugenpaleis in het noorden van Andalusië, op de oever van de Río Guadalquivir. Ooit, duizend jaar geleden, was het de grootste stad van Europa, het hart van het westelijke kalifaat. Nu wordt het islamitische rijk waarvan Córdoba de hoofdstad was, door historici geroemd als hét voorbeeld van een glorieuze, multiculturele samenleving. Als een smeltkroes waarin moslims, joden en christenen vreedzaam samenleefden, een stad waar de schatten van de Griekse cultuur konden overleven, waar Aristoteles en Plato in ere werden gehouden, terwijl de rest van Europa in diepe duisternis leefde, gras de straten van Rome overwoekerde en wolven door de straten van Parijs joegen.
    Niet ver buiten Córdoba ligt het Medina Azahara, een ruïne die steen voor steen wordt herbouwd. ...
    De restauratie gaat traag. Al decennia is een kleine staf, bijgestaan door vrijwilligers uit de hele wereld, studenten vaak, bezig aan de wederopbouw. 'Het paleis is grondig verwoest, alle rijkdom gestolen', vertelt de archeoloog, die zorgvuldig de brokstukken verzamelt, ze afstoft en in kisten opbergt. 'Met de grond gelijkgemaakt. Niet door de christenen, maar door fanatieke moslims. Niet tijdens de kruistochten, maar al in 1009, precies duizend jaar geleden dus, lang voordat de christenen dit gebied heroverden.'
    Het debat of de Koran het Woord van Allah was of de creatie van stervelingen en dus te interpreteren, werd hier met het kromzwaard beslist. Tienduizenden islamitische boeken werden verbrand in de straten van Córdoba. De rede verloor. Het geloof overwon. Allahs woord was voortaan een Openbaring waar een sterveling niet aan mocht twijfelen of over mocht redeneren.
    De fundamentalisten kwamen uit Marokko, uit het Atlasgebergte. 'Barbaarse Berbers', noemt María Rosa Menocal hen in haar studie over de gouden eeuwen van Andalusië. Ze waren streng in de leer, niet bereid tot een compromis.   ...
    Maar meer dan vijfhonderd jaar na de voltooiing van de Reconquista is de strijd blijkbaar nog steeds niet gestreden.
    Maimonides vluchtte uiteindelijk naar Egypte, naar Alexandrië, zoals zoveel joden na hem. Hij vluchtte voor de scherpslijpers binnen de islam.
    Maar zijn ideeën zouden worden opgepikt ten noorden van de Pyreneeën en ze zouden de Renaissance in gang zetten. En in Andalusië, in de stad waar hij geboren werd, wordt hij nu gehuldigd, net als dat verre verleden, en die droom van vreedzame coëxistentie.

Misschien heeft er lokaal iets van die multiculturele en open islam, of beter: Arabische wereld, bestaan - maar die is door de echte islam hardhandig om zeep geholpen. Onze huidige islam is de opvolger van die echte, fundamentalistische islam. Het is dus totale waanzin om iets met die fundamentele islam te willen - ze was de moordenaar van die betere islam, en ze zal ook de moordenaar zijn van de van die andere open samenleving: onze westerse cultuur, als ze daartoe de kans krijgt. Want religie is fundamenteel onverenigbaar met openheid van ideeën.
    Overigens: dat dit in dit artikel de werkelijke gang van zaken zo openlijk beschreven kan worden, is omdat het niet geschreven als verhaal over wetenschap of cultuur, maar als reisbeschrijving (in het Reizen katern van de Volkskrant) - en daar heerst de multiculturele censuur niet.

Een volgende oprisping (de Volkskrant, 11-09-2010, door Govert Schilling):
  Moslimwetenschap

... Deze week alles over de rol van de islam voor de wetenschap in Twursus, de wekelijkse wetenschappelijke bijspijkercursus in 10 à 15 tweets. Volg @govertschilling
...
2  bloeiperiode van wetenschap in moslimwereld - de islamitische gouden eeuw - viel tussen ca. 750 en 1250 (donkere middeleeuwen in europa).

3  werk van o.a. aristoteles en ptolemaeus bereikte europa via omweg: griekse teksten zijn eerst vertaald in arabisch, pas later in latijn.

4  de sterrenhemel werd preciezer in kaart gebracht; de meeste sterren hebben nog steeds arabische namen, bv aldebaran, betelgeuze en algol.
...
7  islam-wiskundigen introduceerden o.a. het decimaalteken, de boldriehoeksmeting en het concept van bewijsvoering via wiskundige inductie.
...
9  islam-medici onderkenden als eersten besmettingsgevaar van infectieziekten als tbc. ook introduceerden ze het concept van ‘peer review’.

10  ibn al-haytham (of alhazen, 965-1039) was grondlegger van de optica en toonde aan dat lichtstralen niet door het oog worden uitgezonden.

11  hij legde de basis voor de moderne wetenschappelijke methode: ondersteuning of weerlegging van theorieën door experimenten en metingen.

12  alhazen wordt daarom wel de eerste wetenschapper genoemd. de universiteit in fez (marokko) was iig oudste ter wereld (gesticht in 859).

13  de islamtische gouden eeuw eindige met de verwoesting van bagdad (1258) door de mongolen olv hulagu khan, de kleinzoon van genghis khan.
...

Allemaal individuele of geïsoleerde prestaties die verricht werden ten tijde van de islamitische wereldlijke overmacht, maar die niets te maken hebben met de islam als zodanig. Waar het om gaat, is item nummer 13, waarin de islamitische overheersing werd uitgebreid tot alle delen van de maatschappij, en de wetenschappelijke bloei onmiddellijk werd gesmoord. Waarna er gedurende 700 jaar niets is gepresteerd.
    Op grove schaal in de tijd  bezien kan je zeggen dat de islam de omgekeerde weg bewandeld ten opzichte van wat er in Europa is gebeurd. In Europa is na de opkomst van de grotere nationale entiteiten in de eerste honderden jaren na christus eerst een langdurige periode gekomen waarin de godsdienst de leidraad was in de beschaving- de grofweg duizend jaar durende periode aangeduid met "de Middeleeuwen". Daarna heeft het geloof haar absolute dominantie opgegeven, en is er een parallel beschavingspad ontstaan - dat van de humanistiek of de verlichting. Waarna geloof en velrichting nog vijfhonderd jaar met elkaar in de clinch hebben gelegen.
    De islam heeft de omgekeerde weg bewandeld. Na een grofweg vijfhonderd jaar lange periode van religie en verlicht denken naast elkaar, zijn ze daarna begonnen aan een op de Middeleeuwen lijkende fase. Als die net als voor het christendom duizend jaar duurt, hebben ze nog tweehonderd jaar aan achterlijkheid te gaan.

En weer eentje (de Volkskrant, 19-03-2011, door Henk Müller):
  Interview | wetenschapshistoricus Jonathan Lyons

'De Arabische erfenis wordt uit politieke motieven vergeten'

Jonathan Lyons, oud-journalist en wetenschapshistoricus, schrijft over de Arabische wetenschappelijke traditie. Critici zeggen dat de invloed daarvan zo groot niet is. Dat bestrijdt hij. 'Het werd tijd voor een boek dat de historische feiten weergeeft.'

Tussentitel: Zonder de Arabieren had Thomas zijn theologie niet kunnen formuleren
...

Het is natuurlijk precies omgekeerd: "De Arabische erfenis wordt uit politieke motieven opgeklopt" - zonder moslim-immigratie en -integratieproblematiek had er geen haan naar de moslim-wetenschap gekraaid. Met als dieptepunt in dit geval de opbrengst bestaande uit de theologie van Thomas ... Alsof die ook maar een cent aan de moderne wetenschappelijke ontwikkeling heeft bijgedragen ...

Er lijkt weer sprake van een heuse minicampagne. Marcel Hulspas, hier al tegengekomen en fervent multiculturalist, gaat een paar maanden later Lyons speciaal opzoeken (DePers.nl, 26-05-2011, door Marcel Hulspas):
  ‘Arabische geleerden worden consequent genegeerd’

Dankzij de Arabieren maakte Europa kennis met de Griekse beschaving. Maar we willen het niet weten, constateert Jonathan Lyons.

Vertalers. Bezorgers. Die beperkte eer willen we de middeleeuwse islamitische geleerden nog wel gunnen. Ze ‘bezorgden’ ons de werken van de grote Griekse geleerden en filosofen. Het is een beeld waar de Australische godsdienstsocioloog Jonathan Lyons behoorlijk kwaad om kan worden. ...

Meer dan vertalers – maar leverden de Arabieren een fundamentele bijdrage aan de wetenschap?
‘De fundamentele bijdrage van de islam is het besef dat wetenschap en theologie niet tegenover elkaar staan, maar elkaar aanvullen. ...

Maar natuurlijk. Iedere natuurkundige pleegt voor hij zijn werkdag begint zorgvuldig de koran.
  In de Arabische wereld vond de eerste confrontatie plaats tussen het geloof en de Griekse filosofie. De filosoof Averroes, die Aristoteles vertaalde en becommentarieerde, gaat in op het vraagstuk van de oorsprong van de kosmos.

En ook de sterrenkundigen gaan dagelijks bij deze bronnen te rade.
  Dan schiet de westerse wetenschap vooruit. Waarom blijft de islamitische wereld achter?
‘Die vraag wordt me vaak gesteld: wat ging er mis? What’s wrong with muslims? Daarvoor zijn heel wat verklaringen geopperd. Veel Arabieren leggen de schuld bij de kruistochten, bij het Westen dus. Anderen denken aan de invallen van de Mongolen twee eeuwen later. Een andere verklaring is dat het de schuld was van de filosoof Al Ghazali, die in een briljant betoog het hele idee van causaliteit onderuit haalde. Oorzaak en gevolg zijn onbewijsbare concepten. Maar dat hebben westerse filosofen later ook gezegd. We weten het gewoon niet.’

Natuurlijk weten we dat wel: geloof maakt achterlijk, en de islam het meest. Maar dat is iets dat een theoloog nooit zal kunnen bedenken.
  Hier wordt gezegd: het lag aan de islam.
‘We zijn vertrouwd met de opkomst en het verval van de Chinese, de Indiase en de Griekse wetenschap. En om die te verklaren hanteren we sociale en politieke factoren. Maar als het om de Arabische wetenschap gaat, dat móét het aan de islam liggen. We zijn er heilig van overtuigd dat religie daar de dominerende factor is. In mijn volgende boek, Islam Through Western Eyes, dat dit najaar verschijnt, ga ik daar op in. Daarin beweer ik dat die overtuiging ontstond in de tijd van de kruistochten, toen mensen hier niets wisten van de islamitische wereld. Die was vreemd, eng. Dat beeld bestaat nog steeds.’

Tjonge... naast religie zijn er ook andere redenen dat wetenschap in verval raakt....
    Inderdaad: in het Chinese geval en deels ook het Indiase: sociologische starheid - in plaats van religieuze starheid:
  Wie profiteren nu van die mythe?
‘In de VS de Republikeinen; hier in Europa de tegenstanders van immigratie uit de Arabische wereld…’

En daar komt de aap uit de mouw aangaande ware motieven voor de campagne: migratiefundamentalisme

En even later (de Volkskrant, 01-06-2011, van verslaggeefster Geertje Dekkers):
  In tijd kruistochten waardeerden moslims en christenen elkaar (ook)

Tussentitel: Intensieve culturele uitwisseling Europa en wereld islam

In de tijd van de kruistochten was er intensieve culturele uitwisseling tussen Europa en de islamitische wereld. Vandaag eindigt de tweedaagse conferentie Islam en moslims in Nederlandse kunst en literatuur, over de wederzijdse beïnvloeding van beide gebieden. Ook andere perioden komen aan bod.
    De wederzijdse invloed blijkt duidelijk uit twee liefdesgeschiedenissen: het Europese verhaal van Floris en Blanchefleur en het Perzische over Warqa en Golsjah, beide in de 11de en 12de eeuw op schrift gesteld.
    De opvallende parallellen duiden op uitwisseling, stelt literatuurhistoricus en organisator van het congres Asghar Seyed Gohrab van de Universiteit Leiden. In beide verhalen over een koppel dat samen opgroeide, hoort bijvoorbeeld de jongeman de leugen dat zijn geliefde dood is. Zowel Floris als Warqa sterft dan bijna van verdriet.   ...

Over anekdotisch bewijs en "er met de haren bijslepen" gesproken... Dit soort liefdesverhaal komt zo'n beetje in alle culturen voor, ook als ze nooit iets met elkaar te maken hebben gehad - het is gewoon puur menselijk. Kortom: het is weer doodgewoon ideologisch geïnspireerde propaganda.
    Maar gelukkig voldoet de "wetenschappelijke wereld" hiermee aan het verzoek van Job Cohen, om meer objectieve berichten over de islamitische wereld en de islam, om als tegenvuur te dienen tegenover de stroom negatieve berichten in de media  .

De volgende episode in deze sage is geschreven door een moslim en komt via een recensent die specialist is in religieuze zaken. Het grappige is dat deze bron zijn eigen weerleggingen bevat. Maar we beginnen met het bekende verhaal en de bekende boodschap (de Volkskrant, 15-10-2011, door Gert J. Peelen):
  Het Huis der Wijsheid stond in Bagdad

Een verlichte islamitische stroming uit de achtste eeuw zorgde voor de wedergeboorte van de westerse beschaving. De Koran als beginpunt van kennis van de werkelijkheid.

Het is voor de doorsnee-Europeaan heel gebruikelijk de Westerse beschaving te laten beginnen bij de renaissance, met Michelangelo en Leonardo da Vinci als de eerste spelers op het daarvoor in Florence opgerichte podium. Dat renaissance 'wedergeboorte' betekent, wordt daarbij gemakkelijk vergeten, evenals de vraag van wie of wat, en vooral ook hoe.   ...

Een leugen. Dit wordt er altijd bij verteld, en van wie of wat ook: de wetenschap en kennis van de oude Grieken. Of het nu juist is of niet, het wordt verteld.
  De renaissance die zich vanaf de veertiende eeuw vanuit Italië over Europa verspreidde, betekende het einde van de middeleeuwen en de wedergeboorte van de welvaart, de cultuur en ideeënrijkdom uit de klassieke oudheid, die na de val van het Romeinse rijk teloorging.

Precies. Zoals we dus al noteerden: het voorgaande is een leugen.
  Wat weinigen zich realiseren is dat Europa en het Westen de renaissance mede te danken hebben aan de Arabieren die, terwijl de Europeanen, overgeleverd aan middeleeuws obscurantisme, in duisternis wandelden, zich over het Griekse wetenschappelijke en filosofische erfgoed ontfermden, het naarstig vertaalden en erop voortbouwden.

En ook hier een leugen, want het aspect van het doorgeven door de Arabieren en verhalen over de bibliotheek van Alexandrië worden er ook altijd bij verteld.   
  Even gangbaar als het idee dat de renaissance een oorspronkelijk begin was, is de gedachte dat de moderne wetenschap pas begon met het werk van genieën als Copernicus, Galileï, Kepler en Newton. Maar ook zij stonden op de schouders van Arabieren die tussen de negende en de veertiende eeuw het voorwerk deden voor hun opzienbarende inzichten.

Voor deze stap waren de vorige leugens noodzakelijk: je stelt dat de moslims twee keer tekort zijn gedaan, en veronderstelt dat dat dus ook geldt voor de derde. En natuurlijk is ook dit een leugen: Copernicus, Galileï, Kepler en Newton staat al een grote stap hoger dan dat van de islamitische voorgangers, mede door de grotere continuïteit erin.
  Copernicus bijvoorbeeld maakte voor de ontwikkeling van zijn heliocentrisme, waarin de aarde om de zon draait in plaats van andersom, aantoonbaar gebruik van de modellen van Nasr al-Din al-Tusi (1201-1274), een Perzische astronoom die zelf voortborduurde op het werk van de oude Griek Claudius Ptolemeüs en daarin meteen wat fouten recht zette. Dante Alighieri ontleende de astronomische kennis die hij bij het schrijven van zijn La divina commedia gebruikte aan het werk van de negende-eeuwse astronoom al-Farghani.

Al was het onverkort waar: de astronomie is niet de wetenschap die de Europese vooruitgang kenmerkt - dat is de natuurkunde en aanverwante.
  En wat te denken van de van oorsprong Perzische wiskundige Mohammed ibn Musa, bijgenaamd al-Khwarizmi (780-850), die met Kitab al-Jebr de eerste studie ooit schreef over algebra, het onderdeel van de wiskunde dat zijn naam dankt aan de Arabische titel van dat boek. Al-Khwarizmi's Latijnse naam - Algorithmus - leeft voort in de benaming van het systematisch uitvoeren van rekenkundige bewerkingen.

En het was dus ook niet de wiskunde. Het was de natuurwetenschap. En de voor de ontwikkeling van de natuurwetenschap noodzakelijke wiskunde was niet algebra of getaltheorie, maar differentiaalrekening - ontdekt door Newton en Leibniz en Huygens.
  Dat de huidige Westerse wetenschap veel te danken heeft aan Arabische onderzoekers, die in de negende eeuw aan een half millennium durend gouden tijdperk begonnen, valt na lezing van Jim al-Khalili's The House of Wisdom niet te ontkennen. Al-Khalili, in 1962 geboren in Bagdad en in 1979 Irak ontvlucht, is hoogleraar theoretische atoomfysica in Engeland.

Maar dat de gelovigen hun focus richten op deze meest absoluut denkende en dus ideologische vormen van "wetenschap" is volstrekt logisch: de ene ideologie trekt de andere aan.
  Grote vraag is uiteraard waardoor primitieve nomadenstammen uit de woestijn plotseling belangstelling kregen voor Griekse filosofie en wetenschap. Volgens al-Khalili, die zichzelf overigens nadrukkelijk als atheïst presenteert, heeft de islam daarbij een grote rol gespeeld. Een weinig overtuigend argument daarvoor is, dat de Koran moslims oproept te zoeken naar kennis en zo een klimaat schiep waarin verwondering, nieuwsgierigheid en onderzoek konden floreren. Volgens al-Khalili stak de islam daarmee gunstig af ten opzichte van bijvoorbeeld het christendom. Die stelling is om verschillende redenen onhoudbaar.

Uit de laatste zinnen volgt dat het zich presenteren als atheïst slechts gedaan wordt om de boodschap meer geloofwaardigheid te geven. Zelfs de hem gunstig gezinde recensent erkent dat zijn stelling onzin is:
  Bekend is de vergelijkbare oproep van de apostel Paulus: 'Onderzoekt alle dingen en behoudt het goede!' Al-Khalili's stelling biedt daarnaast geen verklaring voor het feit dat aan de aansporing in de Koran om kennis te vergaren tegenwoordig blijkbaar geen gehoor meer wordt gegeven.

En zelfs dus de waarde van de oproep van Paulus is nihil, gezien de manier waarop zelfs de hedendaagse christenen omgaan met de evolutietheorie - en die zouden, in een vertaling van de Amerikaanse uitdrukking "serieus beter moeten weten".
    En Peelen heeft nog een argument:
  En tenslotte is zijn standpunt in strijd met zijn eigen overweging om van Arabische, en niet van islamitische wetenschap te spreken. Er waren ook joden, christenen en Perzen bij betrokken, van wie sommigen zich wel en anderen zich niet tot de islam bekeerden, en voor wie het Arabisch de lingua franca was.

Waarbij vermoedelijk ook de toenmalige rijkdom van de Arabische wereld een rol speelde.
    Waarna je nog een aardige analogie kan maken, namelijk die met het hedendaagse Amerika. het leidt weinig twijfel dat het het cultureel meest conservatie westerse land Amerika is. Daar heeft de groep fundamentalistische christen de omvang van op zijn minst enkele tientallen procenten, en daar durft men het het creationisme als serieuze theorie naast en boven de evolutieleer te plaatsen. En ook is Amerika het enige land waar je er niet openlijk voor kunt uitkomen atheïst te zijn, zonder serieuze schade te doen aan je reputatie  . Terwijl onderwijl wetenschappers van over de hele wereld naar Amerika trekken,. Wetenschappers waaronder een hoog percentage atheïsten zit. Maar die naar Amerika gaan vanwege het geld en de bijbehorende mogelijkheden. En die eigenlijk leven los van de Amerikaanse samenleving als geheel. Nee, de islam heeft bijzonder weinig tot niets te maken met de bloei van de wetenschap in de Arabische wereld.
    Zoals Peelen ook beschrijft:
  Grote invloed van de islam op de wetenschappelijke vooruitgang was er wel, maar die kwam geheel voor rekening van de mu'tazilah, een van de vele stromingen binnen de islam, die volgens de overlevering halverwege de achtste eeuw gesticht zou zijn door Wasil ibn Ata, een lakenhandelaar uit Basra. In de mu'tazilah gold het primaat van de vrije wil. Mu'tazilieten - 'de teruggetrokkenen', of 'zij die zichzelf afzonderen' - stelden de rede boven de heilige geschriften, die zij niet letterlijk maar als beeldspraak wensten op te vatten. De Koran was in hun ogen het beginpunt om kennis van de werkelijkheid te verwerven, niet het eindpunt.

De eerste zin klopt dus niet: er was grote invloed van die stroming die het minst islamitisch was. En zodra die wegviel, begon de duisternis van de islam:
  Dit Bayt al-Hikma ('Huis der wijsheid') zou het zaad worden waaruit alle de grootste successen van de Arabische wetenschap ontsproten, en dat zich zou verspreiden over het hele islamitische rijk, van Oezbekistan in het oosten tot Spanje in het westen.
    Aan dat laatste is te danken dat de verlichte Mu'tazilisch georiënteerde wetenschapsbeoefening van al-Ma'mun niet direct al in de kiem gesmoord werd toen halverwege de negende eeuw het geestelijk klimaat in Bagdad veranderde met de komst van kalief al-Mutawakkil als opvolger van al-Ma'mun. De mu'tazilah werd gaandeweg in de hoek van de ketterij gedreven en vervangen door het voorschrift dat de Koran letterlijk dient te worden genomen. Het is eigenlijk nog een wonder dat pas in de veertiende eeuw het licht van de Arabische wetenschap, door een complex van factoren, waaronder de terugkeer naar de scherpslijperij van een meedogenloze orthodoxie, voorgoed gedoofd werd. ...

Waarin geen vijfhonderd jaar islam ook maar iets aan verbering kon brengen:
  Het bracht de in 1979 met de Nobelprijs vereerde Pakistaanse moslimwetenschapper Abdus Salam tot de vertwijfelde constatering dat van alle beschavingen op aarde de wetenschap in de islamitische wereld veruit het zwakst is.

Oftewel: zowel de titel van het boek als de titel van de recensie zijn slechts propaganda. Propaganda die er is voor slechts één enkele reden, de reden dat er niet dezelfde soort propaganda voor de Chinese wetenschap wordt bedreven: de aanwezigheid van moslims in Europa, en de door hen meegebrachte overlast en gewelddadigheid.

De persoon van wetenschapsredacteur van De Pers Marcel Hulspas zijn we al twee keer tegengekomen als verdediger van de "via de islamitische wetenschap"-theorie. Hier laat hij zien dat hij de waarheid ook wel beseft (DePers.nl, 10-11-2011, door Marcel Hulspas):
  Moslim met westerse ogen beschrijft de geschiedenis

Na een teleurstellende bijdrage aan een Amerikaans boek, besloot de Afghaan Tamim Ansary zijn eigen wereldgeschiedenis te schrijven.

Tamim Ansary, een moslim geboren in Kaboel, kreeg in 2000 van een Amerikaanse uitgever het verzoek mee te werken aan een nieuw boek over de wereldgeschiedenis, voor Texaanse scholen. Hij dacht dat hij vanwege zijn geloof en afkomst een bijzondere bijdrage zou kunnen leveren aan dat project, maar gaandeweg ontdekte hij dat zijn collega-redacteuren en de horden adviseurs die erbij betrokken werden, nauwelijks tot geen belangstelling hadden voor de geschiedenis van de islamitische wereld. Zijn pleidooien vonden geen gehoor: ‘Mijn mening was zozeer in de minderheid dat deze niet meer te onderscheiden viel van een vergissing’. En wat er van de islamitische wereld en haar geschiedenis in het boek terechtkwam, was zó onbeduidend dat de leerlingen wel moesten concluderen dat de islam ‘een relatief onbeduidend fenomeen was’.
    Gelouterd door die ervaring besloot Ansary een eigen, compleet ander boek te schrijven: een wereldgeschiedenis ‘door moslimse ogen’.
    Een dwarse, ‘andere’ geschiedenis schrijven, daar is Ansary zeker in geslaagd. Zijn beschrijving van het ontstaan van de islam is weliswaar veel te zoetjes ...

Ongetwijfeld een eufemisme voor het verzwijgen van de gewelddadige geschiedenis van het ontstaan van de islam als wereldgodsdienst.
... voor menigeen zal de daaropvolgende geschiedenis een eyeopener zijn. De wereld van tien eeuwen geleden werd niet gedomineerd door woeste ridders met hun kruistochten, maar door hoog ontwikkelde islamitische rijken die het vooral met elkaar aan de stok hadden ...

En daarvoor de Chinezen en Djenghis Khan.
  Niet die christenen, maar de mongolen veroorzaakten de grootste ellende in het Midden-Oosten. Ook de gloriejaren van het Ottomaanse Rijk, in de zestiende, zeventiende eeuw, bieden Ansary veel stof voor mooie verhalen. Maar daarna neemt de geschiedenis een wending – en ook zijn verhaal verandert volkomen. Vanaf dan ligt het initiatief in het Westen.

De intellectuele omslag ligt een stuk vroeger, ergens rond de dertiende eeuw, toen de fundamentalistische islam aan de macht kwam in de islamitische wereld.
  Het Westen domineert de wereldhandel en dwingt grote en kleine vorsten om te buigen of te barsten. Vanaf dat moment wordt Ansary’s geschiedenis ‘door moslimse ogen’ een verhaal van langzame neergang, van reageren, zich aanpassen aan westerse uitvindingen en ideeën. Hij vertelt wat er in het Westen gebeurde (expansie, industrialisatie, revolutie, socialisme) en vervolgens hoe daarop in de islamitische wereld werd gereageerd. Is dat de enige manier om die geschiedenis te schrijven? Beslist niet. Het is de westerse manier, en Ansary komt daar niet van los. Want zijn bronnen zijn westers.

Onzin, dat laatste. Welke bronnen dan ook, ze komen allemaal uiteindelijk uit bij hetzelfde.
  Maar waarom dan spreken van ‘moslimse ogen’? Is het traditionele westerse wereldbeeld, waarin alles om Europa en de VS draait, er een ‘door christelijke ogen’? Allang niet meer. Met die keuze onderschrijft Ansary impliciet de versleten these dat ‘de islam’ de tegenpool is van ‘het Westen’.

Natuurlijk is die these niet versleten. Het westen onderscheidt zich door meer rationaliteit dan ooit voorheen (hoewel objectief redelijk bescheiden), en de islam onderscheidt zich te midden van de achterstandsculturen in hardnekkig vasthouden aan irrationaliteit - bidden voor regen en dat soort dingen.
  Met die keuze onderschrijft Ansary impliciet de versleten these dat ‘de islam’ de tegenpool is van ‘het Westen’.
    En dat doet hij tegen het slot ook expliciet. Men hoeft geen ‘moslimse ogen’ te hebben om in te zien dat de Amerikaanse reactie op 9/11, de inval in Afghanistan en Irak, een volstrekt rampzalig besluit was. Maar Ansary suggereert duistere wortels. Hij vergelijkt de inval met ‘het sinds lang vertrouwde programma om moslims in hun eigen landen te verzwakken’. Het Westen wil ‘het vermogen van mensen ondermijnen om hun gemeenschappelijke identiteit te behouden’.

Natuurlijk ondermijnt het westen het behoudt van de gemeenschappelijke identiteit van culturen als die van de moslims. Maat het westen doet dat niet omdat zij dat wil, maar omdat ze er is. Door haar zeer zichtbare en zeer opvallende beter functioneren.
  Het is het treurige ‘zij tegen ons’ waar islamitische fundamentalisten garen bij spinnen.

Ook dit kan niet anders: Ansary is moslim, en zijn hele cultuur bestaat uit ‘zij tegen ons’. Hulspas weigert dit natuurlijk tot zijn bewustzijn te laten doordringen, maar gezien het vervolg moet hij het wel weten.
  Ansary doet geen poging tot islamitische zelfkritiek, zegt niets over het ontstaan van het islamitisch terrorisme. Hij houdt tot slot zelfs een pleidooi om de islam te zien als méér, als iets groters dan andere religies. Of het Westen daar alsjeblieft voortaan rekening mee wil houden.
    Nostalgie, gebrek aan zelfkritiek, geloof in eigen religieuze superioriteit, zelfmedelijden – het zijn zwakheden waar grote delen van de islamitische wereld in zwelgen. Ansary heeft zich er helaas niet aan kunnen onttrekken.

Dit is gewoon uitgeschreven het "wij tegen zij" dat aan de islam ten grondslag ligt.


Naar Westerse organisatie  , Sociologie lijst  , Sociologie overzicht  , of site home  .

 

10 mei 2009