Bronnen bij Psychologische krachten: kwaadaardigheid

Dat er kwaad of kwaadaardigheid is in de wereld, is kennis die ouder is dan de Bijbel. In de Bijbel is het gepersonifieerd, maar dat is natuurlijk iets voor de minder subtiel denkenden, en helpt weinig bij het analyseren van het fenomeen.

De invloed van de Bijbel heeft er ook voor gezorgd voor de houding dat zelfs de mogelijkheid van het analyseren van het kwaad in een kwaad daglicht is komen te staan, wat je dan ook weer kan zien als een vorm van kwaad, als je de opvatting toegedaan bent dat het analyseren van dingen nu iets echt typisch menselijks is waarvan je hoopt dat het de wereld vooruit helpt.

Natuurlijk is er best wel wat gezond verstand-kennis van het kwaad, zoals in het bekende gezegde, geformuleerd op vele plaatsen en tijden op vele manieren: "Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet".

Waaruit zonder inhoudelijke verandering voortvloeit: "Anderen behandelen op een manier waarop je zelf niet behandeld wilt worden, is een vorm van kwaad".

De manieren waarop mensen zelf niet behandeld willen worden, zijn er natuurlijk eindeloos veel, maar men mag er van uitgaan dat die manieren allemaal een vorm van nadeel inhouden voor het individu. Een achteruitgang. Een verlies. Simpel voor te stellen: je had dat:

... , en nu heb je dit:

En slechts bij heel weinig mensen doet dat geen pijn.

Er zijn zo weinig vormen van verlies te bedenken die je niet op deze manier kan voorstellen, dat je dit in eerste instantie als de manier kan zien.

Dan is het kwaad ineens heel simpel: dat is dit:

... waarbij de rode pijl staat voor de benadelende actie. Wat ook verbaal kan zijn, als je "reputatie" telt als een maatschappelijke factor.

En met dit model in handen, kan je ineens al verschillende soorten kwaad onderscheiden:
 - het relatieve kwaad: als de schade voor de benadeelde partij kleiner is als de winst van de bevoordeelde.
 - het competatieve kwaad: als de schade voor de benadeelde partij even groot is als de winst van de bevoordeelde.
 - het absolute kwaad: als de schade voor de benadeelde partij groter is als de winst van de bevoordeelde.
 - het psychopate kwaad: als de zogenaamd "bevoordeelde" partij ook schade lijdt door de actie.

Dat laatste lijkt uiterst onwaarschijnlijk, maar dat is het beslist niet. Zeker als de acties op het verbale vlak liggen: de partij die een andere partij zwart maakt, maakt in feite ook zichzelf zwart, zij het dan op een ander veld van beoordeling. Iets dat in het gezonde verstand bekend genoeg is, in gezegdes als "Wat je zegt, dat ben je zelf". En de voorbeelden zijn eindeloos uitleg of detail .

De reden is dat het schelden, in de maatschappelijke discussie uitleg of detail , gedaan wordt voor een veronderstelde en/of reële groep geestverwanten, terwijl er dus ook niet-geestverwanten zijn.

En dat heeft niets te maken met de omvang van de groepen. Het gescheld door de politiek-correcten, in de media een volstrekt dominante groep, bewijst één en slechts één ding: de minderwaardigheid van de eigen standpunten.

Als je het gedrag van de media beschouwt als een vorm van psychopate kwaadaardigheid, komt onmiddellijk de vraag op hoe het toch mogelijk is dat er zo veel kwaadaardigheid is in de wereld.

En ook voor het antwoord op die vraag moet je terug naar de natuur en en de evolutie van het leven.

De start van het leven is iets dat voorbij de horizon van het direct zichtbare ligt, maar uit wat nu bekend is in combinatie met gezond verstand is er best wel veel af te leiden. Er vanuit gaande dat het leven spontaan is ontstaan.

Nummer één: "Leven" is reproductie. Punt.

En dit gaat over de reproductie van de combinatie van scheikundige elementen. Atomen binnen moleculen.

Dat zich in bepaalde omstandigheden atomen tot moleculen en kleinere moleculen tot grotere verzamelen is een kwestie van elektriciteit. Atomen en moleculen hebben elektrische velden met plus en min om zich heen, en als het patroon van één molecuul past bij dat van een ander, kleven ze door elektrische krachten aan elkaar vast.

En zo kunnen, bij daarvoor gunstige omstandigheden, steeds ingewikkeldere moleculen ontstaan.

En zo zou het dus kunnen, dat de kleine moleculen verzameld door een groot molecuul op een gegeven moment tezamen een structuur krijgen die lijkt op het grotere molecuul. En als dat dan losraakt van het origineel, heb je een soort van kopie van het origineel.

Enzovoort, tot aan het allereerst echte zelfreproducerende molecuul. En dat er ooit één enkel originele levende molecuul moet zijn geweest volgt uit het wetenschappelijk onomstotelijke feit van de universele  linkshandigheid van de moleculen van het leven, terwijl als je dezelfde moleculen op een chemische manier maakt, je altijd precies evenveel krijgt van links- en rechtshandig (zie de softenon-affaire uitleg of detail ).

Welk eerst levende molecuul onmiddellijk zijn omgeving domineert volgens het bekende principe van exponentiële groei: 1, 2, 4, 8, 16 ... Het gaat steeds sneller .

En, mag je aannemen, dat als dat eenmaal begonnen is, er meerdere op elkaar gelijkende moleculen ontstaan die hetzelfde kunstje beheersen.

Waarna er een "strijd" ontstaat, net als de hele verdere geschiedenis, om de grondstoffen.

Waarbij er de economische wet geldt dat datgene dat de rijkste dus verst ontwikkelde grondstoffen weet aan te boren, het snelst kan groeien en dus kan gaan domineren.

Waarbij de grondstoffen die het verst ontwikkeld zijn de andere levensvormen zijn.

Oftewel: roof- en prooi-verschijnselen behoren vermoedelijk tot de basis van de evolutie van het leven.

En de relatie tussen roof- en prooi-leven is dus onverdund te combineren met het model van kwaadaardigheid: roofdieren leven op het leven van prooidieren.

Een op zich bekend gegeven uit de evolutie, door de redactie opgestoken op de biologieles op de middelbare school: het maag-darmkanaal van een leeuw is ongeveer een meter lang, en dat van een koe twintig meter. De laatste met vier gespecialiseerde magen. Om het veel primitievere voedsel van de koe, planten, om te zetten in de veel ingewikkeldere moleculen van het leven: proteïnes (om te beginnen). Terwijl de leeuw kan beginnen met proteïnes.

En daar zit de mens dan tussenin, maar met zijn vier meter dus een stuk dichter bij de roof-kant.

Kortom: competitie schijnt bij de kernen van het leven te horen, ook voor de mens. Punt is alleen dat het, al zichtbaar bij zoogdieren en veel sterker bij de mens, staat naast andere kernen die vallen onder termen als groepsbinding en groepssamenwerking.

Je kan dus niet iedere vorm van benadeling van anderen onmiddellijk afwijzen als kwaad, al was het maar omdat de persoon die in één specifiek geval benadeeld wordt, in andere situaties wel weer anderen kan benadelen. Dat even uitstellende, is er meteen al enige aanpassing van de vier rubrieken nodig, met name de eerste:
   - het relatieve kwaad: als de schade voor de benadeelde partij kleiner is als de winst van de bevoordeelde.

Je kan dit ook zien als het automatische gevolg van de toepassing van competitie - zoals de natuur de ene soort laat overleven en de andere niet.

De vraag is dus: is dit nog wel een kwaad?

Wat belangrijk is omdat het de universaliteit van "Wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet" tegenspreekt.

Voor nummer twee:
   - het competatieve kwaad: als de schade voor de benadeelde partij even groot is als de winst van de bevoordeelde.

... geldt iets dergelijks maar in mindere mate. De andere twee lijken minder of niet beïnvloed.

Met deze invulling van de onderlinge rangschikking en de bijbehorende methodologie kan ook het bereik van het spectrum worden aangegeven: de ene kant is simpel: het niet toebrengen van schade, en de ander eigenlijk ook zodra opgeschreven: dat zijn de Joodse wetten van het neoliberalisme: "Ieder voor zich en Jahweh/Allah/God voor ons allen", "Ikke, ikke, ikke en de rest kan stikke", "Het recht van de sterkste" en "Winner takes all".
    Ze zeggen eigenlijk allemaal hetzelfde, maar de laatste het duidelijkst: de andere partij kan/mag onbeperkt benadeeld worden.
    Dus in tegenstelling tot wat gewoonlijk gedacht wordt, is de Bijbel, het Oude Testament, niet de formulering van het Goed, maar van het Kwaad.







De problemen van de maatschappij zijn in hoge mate de problemen van hoe ver het laatste in de maatschappij is doorgedrongen.

Wat betreft die maatschappij wordt bovenstaande analyse een stuk ingewikkelder, omdat je niet meer alleen te maken hebt met bovenstaande één-op-één interactie, maar die over meerdere personen, ook eerst te versimpelen, tot één enkele pot in het midden.

Qua wiskundige representatie is dat een bekende stap: in plaats van één waarde, ga je er twee bijhouden - zoals een plaats wordt aangegeven door een afatnd van links naar rechts en een afstand van voren naar achteren - wat wiskundig genoteerd wordt als (2, 3): 2 naar rechts 3 naar voren. Enzovoort.

Dit moet dan ingesloten in de beschrijving van wat kwaad is en de hoeveelheid ervan. Ieder van de vier gegeven mogelijkheden moet aangevuld worden met drie andere: gaat de gemeenschappelijk pot erop vooruit, achteruit, of blijft ze hetzelfde.



Naar Psychologische krachten  , of site home  .

jul.2023