Het immigratiedebat

Op gezette tijden wordt er in Nederland gediscussieerd over de mogelijkheid en wenselijkheid van immigratie. Veelgehoord in deze discussies zijn de hoogleraren Entzinger en Emmer, die leerstoelen hebben die betrekking hebben op deze zaken. Van hen komen pleidooien voor immigratie, bijvoorbeeld in interviews op televisie 12 januari 2004, in respectievelijk Buitenhof en Netwerk.

De hoogleraren maken terecht onderscheid tussen immigratie voor hooggeschoolde en laaggeschoolde arbeid. Het pleidooi van Entzinger is gebaseerd op het feit dat Nederland in verband met de vergrijzing in de toekomst meer hoger geschoolden nodig zal hebben om de pensionerende Nederlanders te vervangen. Hij benadrukt dat dit anders is dan de immigratiegolf van Turken en Marokkanen, die gekomen zijn voor laaggeschoolde arbeid, en waarvan bekend is dat het onze maatschappij uiteindelijk tientallen miljarden gekost heeft.

In de uitzending van 12 januari verdedigde Entzinger zijn standpunt tegen de rationele argumenten van kosten en efficiency verwoordt door econoom Van der Zwan. In deze discussie blijkt Entzinger geregeld terug te vallen tot het argument dat er toch mensen moeten komen die aan het bed van onze zieken staan, en onze wegen aanleggen, omdat wij dat niet willen doen. Wat Entzinger daarmee doet, is vervallen van pleidooien voor immigratie van hooggeschoolden naar die van laaggeschoolden.

Met deze terugval bewijst Entzinger een aantal zaken. Als eerste dat de argumenten voor immigratie van hooggeschoolden niet erg sterk zijn. Ten tweede dat immigratie van laaggeschoolden geen efficiƫnt proces is, aangezien we de afgelopen decennia meer dan een miljoen laaggeschoolde Turken, Marokkanen, en anderen binnen hebben gekregen, en dat volgens de immigratietheoretici niet voldoende is aan onze toekomstige behoefte aan laaggeschoolde arbeid te voldoen.

Dit is de discussie zoals hij tot nu toe wordt gevoerd. Daaraan ontbreekt een essentieel element: de bevolkingsontwikkeling. Er zijn allerlei tekenen dat het huidige Nederland vanuit demografisch oogpunt al te veel mensen huisvest, met als meest zichtbare aspecten de files, het openbaar vervoer probleem, en het tekort aan woningen. Alleen al het oplossen van deze problemen kost tientallen miljarden.

Tot de huidige problemen van overbevolking zijn opgelost kan men zonder meer stellen dat immigratie van welke groep dan ook hoogst onwenselijk is. Als er in de toekomst behoefte ontstaat aan arbeidskrachten, kan men bij de oplossing overwegen om mensen uit het buitenland hierbij te betrekken. Maar naast het argument van de overbevolking hebben de ervaringen met de Turken en Marokkanen bewezen dat het voor alle partijen het beste is om de aanwezigheid van die buitenlandse arbeidskrachten te beperken tot arbeidscontracten zonder vestigingsrechten, en met de verplichting om binnen strikt gehandhaafde termijnen terug te gaan naar eigen land.